Overslaan en naar de inhoud gaan

Toezichtsraad: kijk kritisch naar positionering BIT

Voor de leden van de toezichtsraad van het Bureau ICT Toetsing is de onafhankelijkheid en ophanging een belangrijke factor in de afweging over het eigen functioneren in die toezichtsraad. Dat zegt staatssecretaris Raymond Knops in de plenaire vergadering van 29 mei.
Kamerzetels
© CC BY-SA 2
CC BY-SA 2

“Ik weet dat de leden van de toezichtsraad de uitkomsten meenemen in hun eigen afweging over hun eigen functioneren in die toezichtsraad. Dat hebben zij ook in hun brief gezet. Dat wachten we even af,” aldus Knops.

Gisteren werd een motie aangenomen die er voor zorgt dat de staatssecretaris voor Prinsjesdag duidelijkheid geeft over de scenario’s die voor het BIT worden onderzocht. In die scenario’s wordt de plek van het BIT binnen de overheid ook meegenomen. Dat er snelheid wordt gemaakt met de analyses, vindt ook voorzitter Hans Verkruijsse van de toezichtsraad van het BIT van belang. “Die afwegingen moeten zo snel mogelijk gemaakt worden. Het BIT heeft een termijn van vijf jaar. Die loopt op een gegeven moment af. De eerste vraag is of het BIT nog een functie heeft na vijf jaar. Ik denk dat dat wel duidelijk is. En dat werd ook door de staatssecretaris in het laatste Algemeen Overleg beaamd.” Het BIT werd in juli 2015 vijf jaar in het leven geroepen. Staatssecretaris Raymond Knops verlengde het instellingsbesluit voor het BIT met een half jaar; tot 31 december 2020.

Onafhankelijkheid

Over de onafhankelijkheid van het BIT wordt inderdaad gesproken met de staatssecretaris, zegt Verkruijsse in een gesprek met AG Connect. “Het BIT moet zo onafhankelijk mogelijk zijn. Daar hebben we de staatssecretaris nog eens op gewezen. En dat wordt ook door iedereen als zodanig erkend.” De toezichtsraad ziet toe op het onafhankelijk functioneren van het BIT. Onlangs stapte een van de drie leden op, Gerko Baarslag, omdat hij geen vertrouwen meer heeft in de borging van de onafhankelijkheid en kwaliteit van het orgaan.

Of het BIT momenteel onafhankelijk genoeg kan functioneren, zegt Verkruijsse: “Laat ik voorop stellen dat alle rapportages die het BIT heeft uitgevoerd echt in een volstrekte onafhankelijke situatie tot stand zijn gekomen. We hebben ook absoluut geen twijfel over de onafhankelijkheid van de conclusies.” Dat wordt overigens ook door Andersson Elffers Felix (AEF) erkend in de meest recente evaluatie van het BIT. “In de afgelopen periode is de onafhankelijkheid van het BIT niet in het geding geweest. De formele waarborgen van  deze onafhankelijkheid ten opzicht van het ministerie van BZK functioneren naar behoren”, schrijven de onderzoekers in het eindrapport dat dateert van november 2018.

Positionering

Toch is de ophanging wel een punt van zorg voor de voorzitter van de toezichtsraad. “We hebben vanaf begin af aan gevraagd of het wel op de goede plek zit.” Die vraag is ook aan AEF gesteld. Volgens hem zou bij die analyse ook gekeken kunnen worden naar hoe andere toezichtshouders worden gepositioneerd. “Ik ben accountant en ik vergelijk het met de financiële markt. Een toezichthouder als een AFM, zet je ook niet op een accountskantoor of binnen de bancaire sector.”

Als het BIT onder een ministerie hangt, kan het schijn tegen hebben, zegt Verkruijsse. Hij noemt als voorbeeld de BIT-toetsing over de Basis Registratie Personen (BRP). Naar aanleiding van een advies van het BIT  werd de stekker uit het project getrokken. “Plassterk (toenmalig minister van BZK, red.) heeft zich nooit bemoeid met de inhoud van dat rapport, maar je hebt de schijn tegen. Qua onafhankelijk en feiten in de rapporten is niets mis. Maar er zijn altijd mensen die over de schijn gaan praten.” En dat moet worden voorkomen, aldus de voorzitter.

Verkruijsse speculeert niet over het gevolg als BIT onder BZK blijft. Hij wacht eerst de beleidsdoorlichting en gesprekken daarna af. In de afweging over de ophanging van het BIT wordt de toezichtsraad ook gehoord. Hij wijst op de voor- en nadelen om het BIT op een andere  manier te positioneren.  Dat wordt ook door AEF genoemd. “Alternatieve positioneringen hebben net als de positionering binnen het ministerie van BZK zowel voor- en nadelen. Er is geen alternatief dat beter is”, aldus de onderzoekers.

Commissie Elias

Het BIT valt nu onder het ministerie van Binnenlands Zaken. Dit is niet volgens het advies van de Commissie Elias dat het BIT adviseerde na onderzoek over de enorme problemen met ICT-projecten bij de overheid. Elias zei daarover onlangs nog tegen AG Connect: “Je moet het BIT niet ophangen onder de Rijks-CIO die ook nog eens verantwoordelijk is voor het Rijks ICT-beleid. Het BIT moet een volstrekt onafhankelijk orgaan zijn met een heel krachtige zware leiding. Ik pleit ervoor om het onder te brengen bij Algemene Zaken – dat hebben we destijds ook geadviseerd. Als Rutte zich daartegen blijft verzetten dan maar als ZBO of bij Financiën. Maar het moet weg bij BiZa.”

Ook voormalig hoofd BIT Cokky Hilhorst sprak zich in een bericht op LinkedIN uit over de positionering van het BIT. Zij schreef: “Om toezicht op IT-investeringen bij het Rijk voor langere termijn goed in te richten is onafhankelijke positionering ervan cruciaal. Bijvoorbeeld als ZBO.”

Reacties

Om een reactie achter te laten is een account vereist.

Inloggen Word abonnee

Bevestig jouw e-mailadres

We hebben de bevestigingsmail naar %email% gestuurd.

Geen bevestigingsmail ontvangen? Controleer je spam folder. Niet in de spam, klik dan hier om een account aan te maken.

Er is iets mis gegaan

Helaas konden we op dit moment geen account voor je aanmaken. Probeer het later nog eens.

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in