Auto van de zaak belangrijk voor ICT’er
Het onderzoek inventariseerde arbeidsvoorwaarden die men krijgt aangeboden en essentieel vindt om bij de huidige werkgever te blijven en arbeidsvoorwaarden die nu niet gelden, maar die wel gewenst zijn wil het bedrijf of de instelling als werkgever aantrekkelijk blijven. Extraatjes De branche waar de meeste ‘extraatjes’ over tafel gaan is de ICT. Gemiddelde bieden ICT-bedrijven ruim zestien verschillende arbeidsvoorwaarden. Sommige automatiseerders bieden hun medewerkers maar liefst 31 arbeidsvoorwaarden aan. Vrijwel iedere werknemer in deze branche (98 procent) krijgt een vergoeding voor cursussen, seminars, studies en vakliteratuur. Daarnaast bieden ICT-werkgevers vaak bedrijfsspaarregelingen (77 procent), collectieve pensioenregelingen (77 procent), en flexibele werktijden (76 procent)aan. Werknemers in de ICT hebben dan ook de minste noten op hun zang als het gaat om extra gewenste beloningsvormen. Het collectieve pensioen is de arbeidsvoorwaarde die het meest wordt gemist door IT-werknemers zonder pensioen (24 procent). Lease-bak ICT-professionals geven aan de vergoedingen voor cursussen, studies en seminars een wezenlijke arbeidsvoorwaarde te vinden. Nog belangrijker is de lease-bak: maar liefst een kwart van de ondervraagde ICT’ers gaf aan een auto van de zaak de belangrijkste secundaire arbeidsvoorwaarde te vinden. Ruim 50 procent van de ondervraagde ICT’ers beschikt momenteel over een auto van de zaak. Een collectieve ziektekosten- en pensioenregeling scoorden met bijna 25 procent eveneens hoog als belangrijke arbeidsvoorwaarde. Ook de mogelijkheid om vrije dagen te kopen wordt gewaardeerd. 23 Procent van de ondervraagde ICT-professionals zegt deze beloningsvorm essentieel te vinden om bij de huidige werkgever te blijven. 43 Procent van de ICT-functionarissen krijgt een collectieve pensioenregeling aangeboden.Dat is fors minder dan het gemiddelde: 82 procent van alle geïnterviewde werknemers krijgt deze regeling aangeboden van de werkgever. Opmerkelijk is de toenemende mate waarin werknemers flexibele werktijden kunnen hanteren. In 1999 had de helft van het personeel in Nederland deze mogelijkheid. Inmiddels gaat het om ruim 70 procent. In de ICT krijgt zelfs 76 procent deze voorwaarde aangeboden.