Consultant of uitzendkracht
De onverlaat, die je uit pure jaloezie maar een gewone uitzendkracht noemde, werd de mond gesnoerd met de opmerking dat je CMG-consultant bent die een CMG-dienst levert, tegen een inkomen dat ver uitstijgt boven het hoogste uitzendtarief. Ook bij moeder CMG werd alleen al het idee van uitzendkracht en uitzendbureau naar het rijk der fabelen verwezen. Je bent blauw, dus CMG’er, de arbeidsovereenkomst heb je met CMG, je staat op de payroll van CMG, je maakt carrière binnen CMG, je krijgt opleidingen van CMG. Kortom: een CMG’er is een CMG’er als er CMG op staat. Onlangs kondigde CMG voor het eerst in het bestaan van het bedrijf een collectief ontslag aan. Dit moet de CMG’ers rauw op het dak gevallen zijn. Het is wellicht onontkoombaar dat er maatregelen moeten worden getroffen. Maar de keuze voor een collectief ontslag voor 118 medewerkers (familieleden) is moeilijk te accepteren als er geen overleg mogelijk is over alternatieven. En gebruikmaken van een uitzonderingsbepaling voor uitzendwerkgevers is onbegrijpbaar en onverteerbaar. Onbegrijpelijk, omdat het management van CMG het zo vaak geprezen familiemodel aan de dijk zet en overgaat tot een weeshuisconstructie. Onverteerbaar, omdat CMG zich plotseling omdoopt tot uitzendbureau, waardoor de verzoeken om ontslagvergunningen niet op grond van de algemeen aanvaardbare en wettelijke vastgelegde uitgangspunten gemotiveerd behoeven te worden. Bij een collectief ontslag dient de onderneming het principe van anciënniteit toe te passen (‘last in first out’). Mocht als gevolg daarvan bijvoorbeeld de leeftijdsopbouw in de organisatie erg onevenwichtig worden, dan mag daarnaast een zogenaamd afspiegelingsprincipe worden toegepast. Deze regels zijn vastgelegd in het Ontslagbesluit, en niet voor niets. Ondernemingen kunnen bij reorganisaties in de verleiding komen mensen op ‘andere’ gronden op de ontslaglijst te plaatsen. (Jan is veel ziek, Marie heeft een grote bek, Kees weigert een stropdas te dragen: een mooie gelegenheid om ze te lozen.) De bedrijfseconomische oorzaak voor collectief ontslag wordt dan misbruikt om minder gewenste medewerkers voor ontslag in aanmerking te brengen. De regels in het Ontslagbesluit voorkomen deze willekeur. Voor uitzendbureaus en schoonmaakbedrijven (waar wil je je mee vergelijken) zijn in twee aparte bijlagen bij het Ontslagbesluit uitzonderingsbepalingen op deze regels vastgelegd. Voor uitzendbureaus houdt dit in dat medewerkers, die op het moment van de ontslagmelding uitgeleend zijn, niet ontslagen behoeven te worden. De eersten die voor ontslag in aanmerking komen zijn dus de bankzitters. Vakbond De Unie worstelt met het verzoek van CMG om analoge toepassing van de uitzonderingsbepaling van het anciënniteitsbeginsel voor de uitzendsector (de zogenoemde bijlage B van het Ontslagbesluit). Het naar analogie toepassen van deze bijlage suggereert dat CMG vindt dat het naar de letter geen uitzendbureau is, maar wel naar de geest. De CMG-cultuur op een hellend vlak, uurtje factuurtje. Als bijlage B mag worden toegepast, zonder dat er feitelijk sprake is van een uitzendwerkgever, dan staat toepassing van de bijlage open voor vele organisaties. Denk aan de bouwwereld. Een bouwonderneming leent een uitvoerder met een ploeg – al of niet aangevuld met onderaannemers – uit aan een projectontwikkelaar, om diens project uit te voeren. Denk ook aan de dienstensector, waar detachering meer regel dan uitzondering is. In het burgerlijk wetboek (7:690 BW) wordt niet de uitzendwerkgever gedefinieerd doch de uitzendovereenkomst. De CMG’er zal per opdracht buiten CMG moeten vragen of er een uitzendovereenkomst is. Zo ja, dan is hij een uitzendkracht, althans kan hij als zodanig worden beschouwd. Als blijkt dat CMG als een uitzendwerkgever wordt beschouwd, dan dient de vraag zich aan of CMG niet gehouden is om de CAO’s voor het uitzendwezen toe te passen. Deze zijn tenslotte in het verleden algemeen verbindend verklaard. De Unie blijft zitten met vele vragen. De belangrijkste vraag is echter: wat bezielt het management van CMG om zo op het scherpst van de juridische snede te opereren? Vroeg of laat loop je zo een forse snee op. Is het in de vinger, dan is het nog wel te verhelpen, maar wordt de neus getroffen dan geldt het spreekwoord: ‘Wie zijn neus schendt, schendt zijn aangezicht’. En dat wil toch niemand. Paul ten Brink is bestuurder bij vakbond De Unie (www.unie.nl).Bijdragen in de rubriek Opinie staan los van de redactionele opvattingen van AG. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te redigeren en in te korten. Bijdragen voor de rubriek kunnen worden gestuurd aan: ag@wkths.nl onder vermelding van ‘opinie’.