De Atoszaak: het komt waarschijnlijk tot een schikking
Dat ligt bij het handelsnaamrecht wat anders, omdat deze wetgeving alleen tot doel heeft misleiding en verwarring te voorkomen en geen exclusief gebruik biedt. Door de beperkte rechtsbescherming heeft een onderneming dus niet het uitsluitende recht op een bepaalde handelsnaam. Toch moet automatiseerder Atos Origin het gebruik van haar handelsnaam staken. Hoe zit dat? Wie een beroep op de Handelsnaamwet wil doen dient allereerst een naam te kiezen die voldoende onderscheidend vermogen heeft (I), deze in te schrijven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel (II) en last but not least de naam actief in het rechtsverkeer te gebruiken (III). Dit laatstgenoemde probeert oneigenlijke monopolisering te voorkomen. Toen het Nederlandse ICTbedrijf Origin B.V. (opgericht in 1995) zo’n drie jaar geleden fuseerde met branchegenoot Atos uit Frankrijk, kreeg de nieuwe onderneming ook een nieuwe naam: Atos Origin (inschrijving begin 2001). Echter sinds 1987 bestaat in Amsterdam de consultancyfirma Atos Beleidsadvies en Onderzoek B.V., die niet alleen vreesde voor misleiding en verwarring in de praktijk, maar daar naar eigen zeggen ook daadwerkelijk mee te maken kreeg. Dat neemt grote vormen aan. Niet alleen post wordt verkeerd bezorgd, er wordt ook geld, wat bedoeld was voor de automatiseerder, op haar rekening gestort. Anderen menen dat de adviesfirma deel uit maakt van het internationale Atos Originconcern. In 2002 stapten de consultants voor arbeidstijdmanagement naar de rechter. Met succes, zo blijkt uit het vonnis van 19 februari 2003 van de rechtbank te Den Bosch. Atos Origins verweer dat er geen sprake was van verwarring sneed geen hout en ook het verweer dat haar naamsbelang vele malen groter was dan dat van Atos Beleidsadvies en Onderzoek vond bij de rechter geen steun. Volgens de rechter is namelijk sprake van indirect gevaar voor verwarring in de zin van Artikel 5 van de Handelsnaamwet. Beide partijen hebben immers een vestiging in Amsterdam en zijn beide in geheel Nederland actief. Het kenmerkende deel van de handelsnamen van partijen wordt gevormd door het element ‘Atos’, aangezien dit element sterk onderscheidend is en, blijkens de door Atos Beleidsadvies en Onderzoek B.V. in het geding gebrachte en door Atos Origin niet betwiste producties, de naam is waarmee het publiek de beide ondernemingen kortweg pleegt aan te duiden. Bovendien constateert de rechter dat ‘genoegzaam’ gebleken is van overlapping van de bedrijfsactiviteiten van de ondernemingen van strijdende partijen. Hoewel de zwaartepunten verschillen doen beiden in informatietechnologie en human resource management. Atos Origin heeft hoger beroep aangetekend, maar de kans lijkt groot dat de zaak geschikt wordt. Dat betekent in concreto dat Atos Beleidsadvies en Onderzoek een forse som geld ontvangt voor de wijziging van haar handelsnaam. Eerder speelde de vergelijkbare zaak Cisco Trading versus Cisco Systems, nader bepaald een Eindhovens eenmansbedrijf, ingeschreven in 1988, tegen eveneens een multinational in de hightechsector. De netwerkgigant werd in 1995 in Nederland als onderneming opgenomen in het handelsregister. Ook hier speelde het argument van misleiding en verwarringsgevaar tussen Cisco Trading en Cisco Systems, zoals door eiser gesteld. In 1999 wees de rechter in Amsterdam het gevraagde verbod op gebruik van de handelsnaam Cisco Systems toe, maar in hoger beroep dacht het Gerechtshof daar toch anders over. Cisco Trading kon namelijk onvoldoende onderbouwen dat er daadwerkelijk (voldoende) gebruik werd gemaakt van haar handelsnaam in het rechtsverkeer, zoals de Handelsnaamwet vereist. Dat argument zal Atos Origin niet kunnen maken.