De nieuwe werknemer...Zoekt het geluksgevoel
Het is een prachtige voorjaarsdag, vogels fluiten en het bos geurt zoet. Een tussen bomen verscholen grindpad leidt naar de ingang van Ex’ovision. Binnen aan de linkerkant een klein kantoortje van Staatsbosbeheer, aan de rechterkant een grote ruimte, met warme kleuren en veel hout. Vroeger gymzaal van het vakantieverblijf, nu kantoortuin. De grote schakelkasten en dikke kabels laten even je fantasie op hol slaan. Is deze in de bossen bij Austerlitz verscholen locatie een spionagehol waar in het diepste geheim al ons e-mailverkeer in de gaten wordt gehouden? Nee: hier wordt gewerkt aan de Eye Catcher, het geavanceerde videofonieapparaat dat CEO’s uit het vliegtuig moet houden. De technici hebben hun werk er bijna opzitten, de Eye Catcher is nagenoeg productierijp. Voor Remko Brilman begint het dan pas. De zware taak het kostbare stuk techniek aan de man te brengen rust op zijn schouders. Op 1 februari kwam Brilman bij Ex’ovision in dienst als Director Operations. Hij bood zichzelf aan. “Ik kwam regelmatig bij Ex’ovision over de vloer”, vertelt Brilman, “omdat het bedrijf waar ik hiervoor werkte de ontwikkeling van de Eye Catcher doet. Ik had voor mezelf het idee: nu is het moment dat er iets gaat gebeuren. Het apparaat is bijna productierijp. Nu moet je de organisatie van de productie, de verkoop, de service handen en voeten gaan geven. Ik zag de kans die hier lag en heb aan de bel getrokken. Ze waren nog niet bewust op zoek, ik heb ze er even op attent gemaakt dat ze mij nodig hadden”, zegt Brilman met een brede lach. “Kun je je er iets bij voorstellen, dat ik hier graag wilde werken?”, vraagt Brilman, “als je dit hier allemaal om je heen ziet? Als ik hier ’s ochtends uit mijn auto stap, of op de fiets aankom, en je ruikt het natte bos, je hoort de vogeltjes. Dan krijg ik meteen een geluksgevoel. Het lijkt onbelangrijk, een locatie. De uitstraling van een bedrijf als dit was ik nog niet eerder tegengekomen. De locatie, de inrichting. Hier heerst een bijzondere sfeer, soms bijna klef, maar altijd heel open en gezellig. Een heel warm gevoel. Als je hier binnenkomt wordt je echt ontvangen, iedereen spreekt je aan. Ik ben heel gevoelig voor dat soort signalen, veel gevoeliger dan voor de cijfertjes op mijn salarisstrook.” Ex’ovision wordt gefinancierd door Ex’tent, het Venture Capitalbedrijf van Eckart Wintzen. Beide bedrijven zijn, samen met marketingcommunicatiebureau Joy Company, gehuisvest in een oude bosschuur van Staatsbosbeheer. De vervallen gebouwen stonden op de nominatie voor sloop, en staan dat overigens nog steeds. Wintzen is inmiddels een lobby begonnen voor behoud ervan, en heeft zichtbaar zwaar geïnvesteerd in opknapwerk. “Als we hier toch weg moeten zou dat heel jammer zijn,” zegt Brilman. “Aan de andere kant vinden we dan vast wel een nieuwe locatie met veel sfeer en emotie. Die sfeer en emotie, en de vrijheid om zelf je werk in te richten zijn toch wel dé drijfveren voor mij om hierin te stappen. Het is ook een heel risicovolle stap: als niemand dit product wil kopen is het over een jaar of anderhalf jaar schluss. Maar dat zien we dan wel weer. Kijk, ik kan ook bij de gemeente Landsmeer gaan werken, waar ik woon, en dan zit ik tot mijn pensioen gebakken. Maar dat risico maakt het ook juist leuk, en vrijheid is geweldig.” Het dagelijkse hoogtepunt van werken bij Ex’ovision, en een belangrijke arbeidsvoorwaarde, is voor Brilman de lunch. “Ik heb hiervoor bij een bedrijvengroep gewerkt waar ze een afschuwelijk sfeerloze kantine hadden, daar kwam ik nooit. Er waren geluiden in het management die vonden dat je daar bij hoorde te zijn, dat je in die kantine moest lunchen tussen je medewerkers. Ik heb dat nooit gedaan, ik heb er altijd zo’n aversie tegen gehad. Die medewerkers spreek ik overdag vaak genoeg, dacht ik, en ik at mijn boterhammen tijdens het werk op. Meestal was het ook erg druk.” De lunch bij Ex’ovision wordt genuttigd in de ‘Rulle Klaft’. Brilman heeft geen idee waar het voor staat en welk dialect het is, maar het is een begrip. De ruimte heeft het meest weg van een boerenschuur, met strobalen, opgestapeld haardhout, een enorm fornuis. De zorgvuldig achter ruw hout weggewerkte vrieskast wordt regelmatig gevuld door Ben&Jerry’s, ook een deelneming van Eckart Wintzen. Bij mooi weer luncht men buiten, in het bos. Het heeft nog meeste weg van een jeugdkamp. Brilman kijkt genoeglijk rond. “Door de lunches hier ben ik heel anders gaan denken. Om elf uur kijk ik al op mijn horloge of we al gaan eten. Chris, die de lunch verzorgt, komt ons om twaalf uur roepen. Hij doet de boodschappen voor de lunch, allemaal biologische producten, en alles wat we wensen haalt hij. Als iemand zegt ‘dit zou ook wel lekker zijn’ dan komt het er. Zo dijt de lunch steeds verder uit, want er gaat nooit wat af. Je moet wel ontzettend oppassen, voor je het weet blijf je eten.”