ING ruimt obstakels voor e-handel uit de weg Bank stapt in één jaar over op multi-platformbeheer
„In de oude situatie kon het dagen duren om een storing verholpen te krijgen”, zegt teamcoördinator Hans Hasert van het Informatie Technologie Centrum van ING, die de overgang naar multi-platformbeheer heeft geleid. „Nu, in de nieuwe, centraal beheerde situatie, wordt elke storing binnen enkele uren opgelost. Die tijden nemen verder af naarmate de beheerders meer ervaring krijgen met de beheertool Command Center van Candle.” De omschakeling is gestart met het implementeren van IBM’s product MQSeries voor een aantal projecten. Het implementeren van deze, via ’channels’ en ’messages’ verbindende middleware, gaf geen problemen, maar knelpunten ontstonden bij het beheer van de door MQSeries gekoppelde projecten. Dit omdat de projectleiders en leden en daarmee de MQ-kennis, zich met volgende projecten moesten bezig houden. „Duidelijk werd toen dat er een centraal coördinatiepunt moest komen om het beheer van de projecten met MQSeries te structureren”, aldus Hasert. „Met MQSeries veranderde de kijkrichting voor de beheerders. In plaats van beheer vanuit de platforms werd nu beheer vanuit de platformoverstijgende infrastructuur noodzakelijk voor steeds meer applicaties die in de middleware waren ingebed.” Tijdrovend In de beheerorganisatie met een headcount van zeventig operators die Hasert in ongeveer een jaar tijd heeft opgezet, neemt Candle Command Center (CCC) een centrale plaats in. Candle heeft veel ervaring met MQSeries en multi-platformbeheer. Volgens Hasert is het Candle’s MQSeries-beheerproduct geschikt voor ING vanwege de uitgebreide functionaliteit en de platformondersteuning. Beter en meer middleware-gericht en platformoverstijgend dan met beheer- frameworks als Tivoli, Unicenter TNG of BMC Patrol mogelijk zou zijn. „Het implementeren van CCC was ingrijpend en ingewikkeld”, vindt Hasert. „Er moesten twee trajecten worden opgestart: één voor het uitrollen van het beheerproduct en één voor het beschrijven van de nieuwe rollen en taken voor zowel MQSeries als CCC voor de verschillende beheergroepen. Al met al heeft dat voor de operationele beheerders grote taakverschuivingen in de wijze van werken tot gevolg gehad: van platformgericht naar platformoverstijgend.” Over het technisch, operationeel en functioneel beheer van MQ-koppelingen vanuit CCC laat Hasert zich positief uit. Bij de implementatie van nieuwe toepassingen worden nu vanuit één centraal punt door het centrale beheerteam over de platforms heen de koppelingen aangelegd en beheerd. Wel geeft hij toe dat de ’fine tuning’ van CCC een langdurig leerproces inhoudt. De gewenning en het opdoen van kennis en ervaring vereisen de nodige tijd. Continuïteitsgarantie De interne klanten van Hasert worden aangeduid als ’labels’: drie grote en veel kleine. Onder de grote labels schaart hij ING Bank, de Postbank en de verzekeringspilaar onder ING Groep: Nationale Nederlanden. Een leerproces wordt ook voor de interne klanten voorzien. De nieuwe ervaringen zullen uiteindelijk in hogere SLA-eisen tot uitdrukking worden gebracht, met name met betrekking tot performance, stabiliteit en continuïteit. Hasert: „Voor onze afnemers betekent multi-platformbeheer meer en betere dienstverlening. Ze kunnen nu platform-overstijgend beheer van MQ-infrastructuur kopen evenals voor het instandhouden van de verbindingen tussen de platforms. Vroeger kon dat niet. Wij sloten toen ook geen SLA’s voor MQSeries af. Nu dat wel mogelijk wordt zal dat van groot belang zijn voor de kwaliteit van de bestaande applicaties, maar meer nog voor de vele nieuwe producten die nog in ontwikkeling zijn. De SLA’s worden nu veel meer gericht op de dienst, dus op het aanbieden van de continuïteit over de platforms heen dan op de specifieke deelactiviteiten verdeeld over de platformketens. Vanuit de beheeroptiek van de gebruiker bestaat zijn toepassing nu uit een keten van applicaties. Daarin speelt de plaats van verwerking en het platform geen wezenlijke rol van betekenis meer.” De verbeterde dienstverlening komt volgens Hasert tot uitdrukking in de mogelijkheid om vanuit de beheertool de status van alle operationele objecten op een 7x24-uurbasis te monitoren. Met pro- actief beheer moet continuïteit van de applicaties worden gewaarborgd. „MQSeries is een asynchroon communicatiepakket”, verduidelijkt hij. „Applicaties kunnen op hun platforms continu informatie versturen zonder dat merkbaar is dat een partner niet bereikbaar is. Op het moment dat een partner aan de andere kant van een channel onbereikbaar wordt, signaleert CCC dat de verbinding wegvalt. Nog voordat de klant er last van heeft kan dan worden ingegrepen om de verbinding te herstellen.” Het totaal overziend spreekt Hasert zonder enige aarzeling over een nieuwe situatie van strak beheerde, stabiele systemen. Hij telt gemiddeld vijf storingen per dag, waarvan één tot twee in de productiesfeer en de rest in de ontwikkel- en testsfeer. Shared services ING stelt nu orde op beheerzaken voor de Nederlandse organisatie. Een proeftuin? Verdere doorvoering van deze gecentraliseerde beheeraanpak over de Europese vestigingen ligt ’op termijn’ voor de hand, geeft Hasert toe, maar over nog verder gaande plannen in de richting van Amerika en de rest van de wereld bewaart hij het stilzwijgen: „Daar bestaan zover mij bekend nog geen plannen voor.” Nochtans ziet Hasert in de toekomst grote veranderingen op zich af komen. Er zijn plannen om tot een vergaande integratie te komen met shared services voor de totale ING-organisatie. „De bedoeling is de databases en de gegevensopslag los te koppelen van de applicaties”, licht Hasert toe. „Op basis van gestandaardiseerde middelware kunnen tal van nieuwe diensten worden aangeboden ten aanzien van het routeren en vertalen van berichten. Zo kan meer gemeenschappelijk gebruik van de databases worden gemaakt. Hergebruik van informatie belooft grote voordelen voor de organisatie in een veranderende wereld, maar tegelijk zal dat weer gevolgen hebben voor de manier waarop wij het operationele beheer uitoefenen.” Hans Hasert: „In de nieuwe, centraal beheerde situatie wordt elke storing binnen enkele uren opgelost. Die tijden nemen verder af naarmate de beheerders meer ervaring krijgen met Candle Command Center”. foto: nfp/jeroen kho