Klager krijgt meestal zijn domeinnaam
De Uniform Domain Name Dispute Resolution Policy uit 1999 en de bijbehorende Rules for Uniform Domain Name Dispute Resolution Policy vormen een alternative dispute resolution (ADR)-procedure; deze is ontwikkeld als een eenvoudige wijze van geschillenbeslechting tegen lage kosten, speciaal voor ruzies over alle.com-,.net-, en.org-domeinnamen, en tevens bepaalde landendomeinen (waaronder.nu,.tv en.ws). Het beleid en de regeling stammen uit de koker van Icann, de Internet Corporation for Assigned Names and Numbers. Het hoofd van het onderzoeksteam van de Syracuse University, Milton Mueller, ziet zich naar aanleiding van zijn eigen onderzoek gesteld voor de vraag waarom toch al die domeinnaamhouders verliezen ten gunste van merkenhouders. Een antwoord heeft hij nog niet, maar wellicht denkt de Amerikaanse onderzoeker aan de rechtvaardigheid van de (ADR)-procedure. Heeft de procedure wel voldoende oog voor de belangen van domeinnaamhouders? Uitstekende dienst Het feit dat het beleid en de regels ontwikkeld zijn voor conflicten tussen domeinnaamhouders en derden, laat overigens onverlet dat de procedure tevens – misschien wel in het bijzonder – de registrerende instellingen een uitstekende dienst bewijst. Het beleidsdocument (onder sectie 4h) bepaalt namelijk dat ‘We do not, and will not, participate in the administration or conduct of any proceeding before an Administrative Panel. In addition, we will not be liable as a result of any decisions rendered by the Administrative Panel.’ Anders gezegd: terwijl de domeinnaamhouder in geval van een conflict over zijn domeinnaam verplicht aan Uniform Domain Name Dispute Resolution Policy moet meewerken (en pas later desgewenst naar de rechter kan stappen), vrijwaart Icann de geaccrediteerde ‘domainname registrars’ doodleuk. Die kunnen zelf dus niet aangesproken worden en aansprakelijk gesteld worden. Een ‘life-saver’ eerste klas, want zo blijven de ‘registrars’ buiten alle juridische wapengekletter van de strijdende partijen. Een life-saver die tevens opgelegd is door een overkoepelende organisatie (Icann) met een monopoliepositie, ten behoeve van de bij haar aangesloten leden. Overigens: ook de arbiters kunnen voor fouten niet aansprakelijkheid gesteld worden, tenzij er sprake is van opzet, hetgeen doorgaans buitengemeen lastig te bewijzen zal zijn. Interessant. Waarom zou iemand die handelt in de uitoefening van een bedrijf of beroep niet op een beroepsfout aangesproken mogen worden? Conflicten over websites gaan ook over andere zaken. Verborgen handelsnamen en merken op sites van concurrenten of over de juistheid van de geboden informatie. In dit kader diende onlangs een aardige zaak voor de Nederlandse rechter. In Rivierdael Notarissen v. De goedkoopste notaris.nl vorderde eiser Rivierdael Notarissen voor de Utrechtse kortgedingrechter dat haar tarieven van de website www.degoedkoopstenotaris.nl verwijderd moesten worden. Volgens de rechter is echter het vermelden van de naam Rivierdael op de website niet onrechtmatig. Bovendien is in de procedure niet komen vast te staan dat de website een misleidend beeld van het notariskantoor geeft. Wel voldoende aannemelijk is dat de tarieven die de website voor Rivierdael vermeldt, onjuist zijn. De eigenaren van de site hebben onrechtmatig gehandeld door de bewuste tariefgegevens niet van de website te verwijderen, nadat het notariskantoor had aangegeven dat ze onjuist waren, aldus besliste de president. Veel mag op internet, maar zeker niet alles. Informatievoorziening mag niet misleiden (bijvoorbeeld door middel van een domeinnaam die inbreuk maakt op het merkenrecht, handelsnaamrecht of auteursrecht) en moet inhoudelijk juist zijn.