Marktplaatsen vallen vaak tegen
Die verwachtingen zijn over het algemeen nogal uitgebreid. Meer dan de helft van de respondenten verwacht kostenverlagingen, betere CRM, kortere productontwikkeltijden en een optimalisatie van het voorraadbeheer. Dergelijke verwachtingen zijn oorspronkelijk overigens geformuleerd zonder het onderscheid te maken tussen de drie typen marktplaatsen die zich ontwikkeld hebben. Er zijn onafhankelijke marktplaatsen, er zijn consortia-marktplaatsen die door enkele spelers in een branche worden opgezet en er zijn ‘private exchanges’ waarbij een bedrijf zijn eigen logistieke keten als uitgangspunt neemt. Pas het afgelopen jaar is duidelijk geworden dat elk van die drie typen zijn eigen sterke kanten heeft. Een consortium, zoals bijvoorbeeld Covisint voor de auto-industrie, wordt vooral gezien als inkooporganisatie. Een stroomlijning van de logistieke planning verwacht men veelal van een privé-marktplaats, evenals een betere samenwerking in productontwikkeling en beter klantrelatiebeheer. Onafhankelijke marktplaatsen zijn te overwegen voor het aanboren van nieuwe afzetkanalen. Ingrijpen Het gebruik van privé-marktplaatsen zal flink toenemen, zo voorspellen de onderzoekers, maar daarvoor moeten veel bedrijven sterk in hun eigen organisaties ingrijpen. Ze merken bijvoorbeeld dat ze procedures moeten standaardiseren en ontwikkelen en dat hun integratietechnologie nog lang niet in orde is. Terwijl marktplaatsen nu nog met name worden gebruikt voor inkoop van grondstoffen en hulpmiddelen, zal een gebruik voor de andere doeleinden (logistiek, CRM en productontwikkeling) dan pas echt van de grond komen. De meeste bedrijven denken binnen drie jaar ook veel intensiever gebruik te maken van marktplaatsen. In een aanvullende onderzoeksrapportage stelt Booz Allen Hamilton overigens te verwachten dat de pure, onafhankelijke marktplaatsen niet zullen overleven. Die bieden nauwelijks genoeg meerwaarde, terwijl hun infrastructuur kostbaar is. Consortia hebben volgens de Booz-onderzoekers veel meer kans te overleven, maar er zijn enkele kritische succesfactoren. Ze moeten ten eerste niet te veel deelnemers krijgen – Covisint met een vijftal leden functioneert beter dat Transora met 49 – en ze moeten een complete set diensten kunnen bieden. De kansen zijn nu het grootst voor de middelgrote bedrijven die tot dusver aan de zijlijn hebben gestaan, meent Booz.