Strijd om snelste JavaScript-engine duurt voort

Stephen Shankland, een publicist die onder andere voor CNET werkt, heeft eerdere tests herhaald nu Google en Mozilla nieuwe versies van hun browsers Chrome en Firefox hebben uitgebracht. Shankland gebruikt daarbij de JavaScript-snelheidstest die Google heeft samengesteld, en de SunSpider-test die oorspronkelijk door Apple is ontwikkeld. Die tests geven sterk uiteenlopende resultaten, zonder dat daar een bevredigende verklaring voor is.Op de test van Google zelf scoort Chrome opnieuw verreweg het beste, met een score van 2635 voor versie 0.4.154.33. De voorgaande versie haalde een score van 2265. Firefox is op afstand tweede, met een score van 182 voor bèta 2 van Firefox 3.1. Dat is nog langzamer dan de vorige test. Daarbij passen wel twee kantekeningen. Ten eerste natuurlijk dat Google de tests ontworpen heeft. Dat dat zijn browser daar goed op scoort, is niet vreemd. Daarnaast liep bij de vorige test de TraceMonkey JavaScript-engine van Firefox vast op de Google-tests. De Firefox-score van 235 is toen bereikt zonder de versnellingsmethoden die Mozilla ontworpen heeft. Dat de score nu met versnelingsmethoden daalt, is vreemd. Nadere inspectie van de Google-test zou op zijn plaats zijn.Bij de SunSpider-benchmark, waarbij een lagere waarde op een betere prestatie duidt, scoort Firefox het beste. Bèta 2 haalt een score van 2110, een verbetering van 6,5 procent ten opzichte van bèta 1. Google boekte met Chrome veel sterkere progressie op deze test en zit Firefox nu op de hielen. De door Shankland gemeten score van 2140 betekent een verbetering van ruim 26 procent in de prestaties van Chrome.Overigens benadrukt Shankland de betrekkelijkheid van de door hem uitgevoerde prestatietesten. Behalve dat ze niet representatief hoeven te zijn voor het beroep dat in praktijksituaties op de JavaScript engine wordt gedaan, zijn de prestaties ook altijd erg afhankelijk van netwerkkwaliteit, belasting van het systeem en dergelijke.