Taalconjunctuur
Dat taal conjunctuurgevoelig is kun je ook zien op de arbeidsmarkt. In de vette jaren die achter ons liggen, schrokken ITbedrijven er niet voor terug om advertenties te plaatsen die één of meer krantenpagina’s besloegen. Daarin werd dan bijvoorbeeld plaats ingeruimd voor een ‘testimonial’ van een werknemer. ‘Ik vind het ontzettend uitdagend om hier te werken, ik heb leuke collega’s van wie ik veel leer en we hebben flexibele werktijden.’ Maar omdat dergelijke dure ‘blabla’ toch niet genoeg nieuw personeel opleverde, ging op een gegeven moment ook de etiquette rond werving en selectie op de helling. Ballonvluchten, een exclusieve rit met de Thalys, een lunch van Joop Braakhekke, een dagje in het BigBrotherhuis omstreeks 2000 kon een geschikte sollicitant in de ITsector kiezen uit vijf banen en dus wisten de bedrijven van gekkigheid niet meer hoe ze de aandacht op zich moesten vestigen. Berucht werd de actie van de Tas Groep: het contract werd getekend in de showroom van een autodealer; je kon zó wegrijden met je leasebak. Dat gevis in een vrijwel lege vijver leidde niet alleen tot overdaad aan de kant van de werkgever, maar ook tot karigheid aan de kant van de potentiële werknemer. In 1997 heeft K. Weug, indertijd adjunctdirecteur van CMG, daar iets interessants over gezegd op een congres getiteld ‘De jacht op kandidaten’. Hij vertelde dat hij sollicitanten allang niet meer om brieven vroeg. "Zo’n sollicitatiebrief is vaak een herhaling van een advertentie. Daar heb je helemaal niets aan. Cv’s vraag ik wel. Hoe slechter de cv, hoe beter de kandidaat. De wanhopige zoeker maakt een puike cv. De echt goeie mensen hebben daar geen tijd voor en die willen we hebben." Ik vind dat een even meesterlijke als verbazingwekkende redenering. Schrijf in een gehaast emailtje ‘die baan van jullie, dat lijk me wel wat’, en vat je loopbaan vervolgens slonzig in drie zinnen samen, en je neemt een forse voorsprong op iemand die gewoon een nette brief stuurt met een ordentelijk curriculum vitae. Je cv opstellen is saai, maar iedere baan brengt saaie klusjes met zich mee, dus het lijkt mij niet onbelangrijk als iemand laat zien dat ook te kunnen. Inmiddels adverteren veel ITbedrijven alleen nog met banners op internet of met webadressen in kranten. Paginagrote advertenties heb ik al een tijd niet meer gezien. En het komt steeds vaker voor dat er tientallen geschikte kandidaten zijn voor één ITbaan. Het kan best zijn dat de slechtst geklede, rommeligste kandidaat, die alleen een belabberd emailtje heeft gestuurd, nog steeds de grootste kans maakt vanwege veronderstelde genialiteit, maar ik geloof dat pas als ik het zie. Reacties en aanvullingen naar e.sanders@wkths.nl