TU Delft woedend op commissie Schutte
De TU Delft is woedend omdat voor de conclusies van de commissie Schutte elke grond ontbreekt. Volgens Hans Krul, lid van het College van Bestuur van de TU, stelt de commissie ten onrechte dat de beurzen voor excellente en buitenlandse studenten betaald zijn uit de rijksbijdrage, de zogeheten eerste geldstroom. "Ook het bedrag waar de commissie mee komt is niet juist. Wij hebben uit de derde geldstroom, afkomstig van het bedrijfsleven en studenten, 1,9 miljoen euro aan de beurzen uitgegeven. In alle openheid hebben we die beurzen verstrekt. Dat is nu ineens fraude. Volgens de commissie hebben wij ten koste van onze zusterinstellingen geld uit de rijkspot ontvangen, daar slaat ook de titel van het rapport van de commissie, ‘Eerlijk delen’ op. Maar wij hebben geen euro ten onrechte ontvangen." Uiterst onzorgvuldig Volgens Krul is de TU Delft zeer ontstemd over de ‘uiterst onzorgvuldige handelwijze’ van de commissie. Te meer omdat de commissie de TU inzage in de uitkomsten van het onderzoek heeft gegeven, waarna de universiteit onmiddelijk met de juiste cijfers en de geldbronnen over de brug is gekomen. Krul: "Daar is kennelijk niets mee gebeurd. Wij lijden ten onrechte reputatieschade en beraden ons nu op stappen om dit geredresseerd te krijgen." Veertig procent van de promovendi-plaatsen aan de TU Delft wordt door buitenlandse studenten vervuld. Het is volgens Krul voor de kenniseconomie van groot belang dat er goede studenten uit het buitenland in Nederland komen studeren. "Dat is ook hard nodig om instituten als het onze in stand te houden. We zijn inmiddels met ons beurzensysteem voor excellente studenten gestopt." Volgens de commissie vonden er in totaal in het Nederlandse wetenschappelijk onderwijs voor 3.612.399 euro ‘onregelmatigheden’ plaats in de bekostiging van het onderwijs, waarmee de TU Delft verantwoordelijk is voor de bulk van de ongeregelmatigheden in het academische onderwijs. De Erasmus Universiteit ging volgens Schutte voor ruim 400.000 euro in de fout, de Universiteit van Utrecht voor 65.304 euro en de Vrije Universtiteit voor 1.269 euro. Het hoger beroepsonderwijs (HBO) maakt het aanzienlijk bonter en fraudeerde volgens de commissie Schutte voor een bedrag van ruim 43 miljoen euro. Daar spanden de Hogeschool Zeeland (bijna 12 miljoen), de Hogechool van Amsterdam (9,8 miljoen) en de Hogeschool van Utrecht (5,7 miljoen) de kroon. Kritiek Er is veel kritiek geweest op de commissie Rekenschap, zowel op de conclusies als op de werkwijze. Ook van de kant van instellingen die in het rapport van de commissie niets onoirbaars hebben gedaan kwam kritiek. In 2002 werd duidelijk dat hogescholen sinds 1998 miljoenen euro’s rijksgeld in de wacht sleepten door te sjoemelen met studentenaantallen, -inschrijvingen en ontoelaatbare constructies met buitenlandse studenten. Na het zogeheten ‘Zelfreinigend Onderzoek’, waar de vorige minister van onderwijs Hermans opdracht toe gaf en waarin onderwijsinstellingen opdracht kregen zelf vast te stellen hoeveel er gefraudeerd was, werd in de zomer van 2003 de commissie Rekenschap ingesteld. De commissie heeft staatssecretaris Nijs van Onderwijs geadviseerd om minimaal 58 miljoen euro van de onderwijsinstellingen terug te vorderen.