Breedband in Europa traag van de grond
Eind dit jaar heeft 3,3 procent van de Europese huishoudens een snelle breedbandaansluiting op internet. In Noord-Amerika heeft op hetzelfde moment al 14,4 procent zo'n aansluiting. Koplopers in Europa zijn Zweden (9,4 procent) en Nederland (6,1 procent). Bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk blijft hier met amper 1 procent ver bij achter. Eind 2005 is de penetratie van breedbandaansluitingen weliswaar sterk toegenomen, maar de verschillen tussen Amerika en Europa zijn er niet minder om. In Noord-Amerika kan dan 53,1 procent van de bevolking snel internetten. In zestien Europese landen is de penetratie dan gemiddeld 24,2 procent. Opnieuw zijn Zweden (37,3 procent) en Nederland (33,9 procent) in 2005 de uitschieters. Strategy Analytics wijt de achterstand van Europa aan de naar verhouding zwakkere kabelsector. In de Verenigde Staten en Canada zijn kabelbedrijven actiever in de distributie van kabelmodems onder hun abonnees, wat telecombedrijven weer aanspoort om de concurrerende DSL-technologie te propageren. In Europa heeft het touwtrekken over de ontbundeling van de 'local loop', de laatste kilometers tussen telefooncentrale en abonnee, de aandacht afgeleid van de stimulering van breedbandinternet. (gke)