Europa maakt inhaalslag op supergebied
“Dat bleef zo, tot vijf jaar geleden.
Toen klom Japan opeens naar de hoogste plaats met de zogeheten Earth Simulator, een door Nec speciaal gebouwde computer waarmee de aarde kon worden gesimuleerd. Het verschijnen van dat systeem, uitgerust met 5120 processors en een rekenkracht van 36 teraflops, zorgde voor een schokgolf. Jack Dongarra, een van de bedenkers van de top 500, noemde het apparaat zelfs de Komputnik”, zegt dr. Anwar Isseyran, algemeen directeur van rekencentrum Sara in Amsterdam. De naam was een directe verwijzing naar de Sputnik, de Russische kunstmaan uit 1958 die de Amerikanen deed beseffen dat hun voorsprong in de ruimterace lang niet zo vanzelfsprekend was als ze altijd hadden gedacht. In 2002 gebeurde het weer, nu op het gebied van supercomputers. Het toen snelste Amerikaanse systeem had 4096 processors aan boord, die goed waren voor een rekenkracht van ruim 7 teraflops.
Net zoals de Sputnik ervoor zorgde dat de Amerikaanse inspanningen op ruimtevaartgebied in de hoogste versnelling werden gezet, was het effect van de Komputnik dat de race naar de snelste super in de VS pas echt goed losbrak. De plannen werden gegoten in de zogeheten Grand Challenges, projecten waarvoor heel veel rekenwerk nodig was en die een ware uitdaging vormden voor zowel wetenschap als industrie.
Het was IBM dat het systeem van de Earth Simulator op de knieën dwong, en wel met de Blue Gene-series. Dit zijn speciale computerclusters, waarbij alles erop gericht is zoveel mogelijk berekeningen per seconde te kunnen doen. Blue Gene was de naam van een project binnen IBM, dat de grenzen van supercomputing moest verkennen en zo mogelijk oprekken. Het eerste systeem dat hieruit ontstond, was de Blue Gene/L, een systeem dat voor de Amerikaanse overheid werd gebouwd. De L stond aanvankelijk voor één bepaald systeem, namelijk het apparaat dat door het Lawrence Livermore National Laboratory werd gebruikt. Inmiddels zijn er bijna dertig systemen naar dat voorbeeld gemodelleerd. De opvolgers van de /L zijn al in de maak, met als ultieme doel de bouw van een petaflopscomputer. Een systeem dat 10 tot de macht 15 bewerkingen met drijvende komma per seconde kan uitvoeren.
De Amerikanen zullen haast moeten maken, want in Japan wordt al gewerkt aan en systeem dat veel meer dan een petaflops moet presteren. Door de Japanse overheid is het Riken-supercomputerproject gestart. “Dat moet over drie jaar al een computer opleveren met een kracht tussen de 1 en 10 petaflops”, zegt Osseyran van Sara. In de jaren daarna zal de capaciteit van de systemen drastisch worden opgevoerd, tot een niveau ver boven de 100 petaflops. Dat zal spelen in de periode 2015 tot 2020. In de vijf jaar daar weer na zal een systeem met een capaciteit van minstens 1000 petaflops ofwel 1 exaflop het levenslicht zien.