Nederland zit niet te springen om ‘Investors in People’-keurmerk
Wapen In Engeland dragen inmiddels ruim twintigduizend bedrijven het IiP-keurmerk en zijn zeventienduizend organisaties bezig met het voorbereidingstraject. De Britse overheid introduceerde het keurmerk in 1990 als wapen in de strijd tegen de slecht draaiende economie in de jaren tachtig. Onderzoek wees namelijk uit dat bedrijven die structureel strategisch in hun personeel investeerden, opmerkelijk beter presteerden dan ondernemingen die hun menselijk kapitaal verwaarloosden. Het keurmerk is in feite niets meer dan een standaard voor het opleidingsbeleid van een organisatie, gekoppeld aan de organisatiedoelstellingen. “Wij horen vaak de kritiek dat IiP oude wijn in nieuwe zakken is. Dat klopt ook wel gedeeltelijk”, geeft Jaap Strating, general manager van Investors in People Nederland toe. “Maar het personeelsbeleid wordt wel in een ander perspectief geplaatst. En dat is nodig, zeker in de ICT-sector waar het moeilijker is dan ooit om mensen te behouden en binden”, zei hij deze week op het Exin-symposium ‘ICT-professionals boeien en behouden met opleidingen’ Strating zegt met name mogelijkheden te zien voor ICT-dienstverleners. Bedrijven in die sector lopen voorop op het gebied van strategische HRM- en persoonlijke ontwikkelplannen. Maar volgens Strating ontbreekt de verbinding vaak tussen de doelstellingen van de organisatie en de persoonlijke doelstellingen van werknemers. “Pas als je die op elkaar afstemt, behaal je concurrentievoordeel”, legt hij uit. Op papier In Groot-Brittannië is het project een groot succes, maar in Nederland loopt het nog niet storm op het keurmerk. Momenteel prijkt het IiP-certificaat bij slechts zeventien bedrijven in ons land aan de muur. Daarnaast zitten zeven bedrijven in het voortraject. Praktijk Toch liegen de voordelen van het keurmerk er op papier niet om: niet alleen het trainings- en ontwikkelingsbeleid is verbeterd bij de bedrijven die gecertificeerd zijn. Ook de productiviteit van werknemers is verhoogd, het ziekteverzuim verminderd, de verloopcijfers teruggedrongen en het imago verbeterd, blijkt uit Engels onderzoek. Maar zo simpel ligt het in de praktijk niet. De effecten van IiP blijken moeilijk te meten, zeggen bedrijven die ervaring hebben met het keurmerk. Onder meer de Nederlandse ICT-bedrijven Ordina Finance en Cipres, inmiddels onderdeel van Aino, zagen de positieve effecten van het keurmerk wel zitten en besloten zich te laten certificeren. Zij kunnen echter nog geen concurrentievoordelen melden. Sterker nog: Aino staat er momenteel alles behalve rooskleurig voor. “Ik moet toegeven dat ik er nog niets over kan zeggen. De beoogde effecten zijn nog niet hard te maken met cijfers. Wat dat betreft zitten we nog in een prematuur stadium in Nederland”, zegt Strating. Certificeringsdrift Desondanks blijft de directeur van Investors in People Nederland positief over de toekomst van het keurmerk in ons land. “Het heeft even tijd nodig. In Engeland zijn ze al tien jaar bezig. Daar is inmiddels ruim eenderde van alle Britse werknemers bij een door Investors in People gecertificeerd bedrijf in dienst”, weet Strating. Hij erkent wel dat het in Nederland moeilijker wordt om zo’n succes te bereiken. “In Groot-Brittannië heerst er een ontzettende certificeringsdrift, terwijl daar in Nederland veel sceptischer tegenaan wordt gekeken”, zegt hij. Hij streeft ernaar dat over vijf jaar minimaal drieduizend organisaties in ons land het keurmerk dragen. Het aantal door IiP gecertificeerde bedrijven moet de komende jaren ook wel omhoog, wil het door Economische Zaken gesubsidieerde project zijn bestaansrecht bewijzen – en daarmee het nut van de overheidsinvesteringen. Jaap Strating, general manager van Investors in People Nederland sprak afgelopen dinsdag op het Exin-symposium ‘ICT-professionals boeien en behouden met opleidingen’ in Zeist.