Overslaan en naar de inhoud gaan

Oudste Nederlandse internetbedrijf nog lang niet uitontwikkeld

ICATT interactive media begon als een spin-off van de Universiteit van Amsterdam. Als stichting hadden de oprichters al geëxperimenteerd met vormgeving (interface design) voor computersystemen, maar direct na de oprichting begon het internet te lonken. Digitaal pionier Dick Bierman van de UvA (tegenwoordig hoogleraar Parapsychologie in Utrecht) hielp ICATT aan de nodige kennis over het world wide web.
Business
Shutterstock
Shutterstock

Al snel begon ICATT zich toe te spitsen op het ontwikkelen van informatiesystemen met grafische interfaces in netwerken. ICATT werd in de beginjaren eigenlijk vooral bekend met een portal genaamd Amsterdam Valley, waaraan tientallen bedrijven en instellingen waren gekoppeld. Een van de eerste grote opdrachtgevers was het ministerie van Verkeer en Waterstaat, waarvoor het Amsterdamse bedrijf een portal en een zoeksysteem voor de waterwereld mocht ontwikkelen. Evangelisatiewerk, noemen directeuren Hanneke van der Horst en Michiel Klønhammer het prille begin van ICATT. “Als er iets is veranderd, dan is het wel dat onze klanten tegenwoordig veel meer over internet weten”, zegt Van der Horst. “Vroeger moest je echt uitleggen wat internet was. We hebben zelfs nog bij klanten internet aangesloten en verteld hoe de modems werkten. Tegenwoordig ben je veel meer een partner in een project.”Met de vier aandachtsgebieden web­applicaties, interactieve marketing en communicatie, iGovernment en e-learning wist het bedrijf de afgelopen vijftien jaar ondernemingen als Keesing Denksport, Stork, ANP-CapitalPhoto’s, Hogeschool Arnhem-Nijmegen, Uitgeverij ThiemeMeulenhoff, de gemeenten Amsterdam, Amstelveen en Nijmegen en de ministeries van VWS, VenW en Sociale Zaken aan zich te binden. Voor sommige klanten werkt ICATT al tien jaar. Voor uitgeverij ThiemeMeulenhoff ontwikkelde het bedrijf alleen al tweehonderd websites met digitale catalogi, mailinglijsten, discussiegroepen, marketingacties en andere interactieve componenten. Een andere klant was de Kamer van Koophandel, waarvoor ICATT de site, diverse applicaties en e-mailmarketingsysteem Lyris leverde. ICATT was verantwoordelijk voor de frontendtechnologie naast aanvullende systemen. “We staan vrij nuchter in deze markt. Het past ook een beetje onze klanten, die willen geen al te wilde dingen”, zegt Klønhammer. “Daarnaast hebben we ons altijd gericht op lichte applicaties. We zijn bijvoorbeeld erg goed in het maken van zeer ingewikkelde onlineformulieren. Dat hebben we onder meer gedaan voor Wigo4it, een samenwerkingsverband van de gemeenten Rotterdam, Utrecht, Den Haag en Amsterdam. Het is misschien minder sexy dan streaming video, maar technisch even uitdagend.”Ook zakelijk gezien heeft ICATT altijd een behoudende koers gevaren. Tijdens de internethypejaren werd ICATT verschillende keren benaderd voor een overname, maar Van der Horst en Klønhammer kozen ervoor om zonder externe financiering door te gaan: “We vonden het allemaal erg spannend die toenaderingspogingen, maar de angst om in de verkeerde werkomgeving terecht te komen, heeft ons telkens weer tegengehouden.”Niet alles bleef bij hetzelfde. De techniek is in de loop der tijd enorm veranderd. Deed ICATT in het verleden alles zelf, tegenwoordig wordt veel meer externe kennis ingekocht. “Vanuit onze ervaring met e-learning – leren op afstand – was het logisch geweest als we ons bijvoorbeeld op gaming hadden gestort”, zegt Klønhammer. “Alleen is het tegenwoordig geen enkel probleem om die kennis in te kopen.” Anno 2008 concentreert ICATT interactive media zich dan ook grotendeels op advies, projectmanagement, technologie en design ten behoeve van internetoplossingen. Van der Horst: “Soms zitten we in de hoek van Logica, dan weer in de hoek van Lost Boys. We zijn vrij flexibel. Alleen het zware automatiseringswerk laten we liever aan andere marktpartijen over.”Technisch richt ICATT zich vooral op open-sourceframeworks, oftewel een mengeling van gestandaardiseerde automatiseringstechnieken en open-sourcetoepassingen. Klønhammer: “We gebruiken over het algemeen veel software van Microsoft omdat het enorme voordelen biedt voor onze klanten. We zijn daardoor geen echt open-sourcebedrijf.”Verder dan drie jaar willen de oprichters niet vooruitkijken, maar de volgende vijftien jaar willen ze zeker nog volmaken. “Ik denk dat we dan nog steeds min of meer hetzelfde soort werk zullen doen”, zegt Van der Horst. Klønhammer verwacht een groei in bedrijfskritische internetapplicaties en onlinebedrijfscursussen, oftewel e-learning. “Bij het onderwijs blijkt e-learning over het algemeen een moeilijke markt, maar ondernemingen beginnen het echt op te pakken.”

Lees dit PRO artikel gratis

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

  • Toegang tot 3 PRO artikelen per maand
  • Inclusief CTO interviews, podcasts, digitale specials en whitepapers
  • Blijf up-to-date over de laatste ontwikkelingen in en rond tech

Bevestig jouw e-mailadres

We hebben de bevestigingsmail naar %email% gestuurd.

Geen bevestigingsmail ontvangen? Controleer je spam folder. Niet in de spam, klik dan hier om een account aan te maken.

Er is iets mis gegaan

Helaas konden we op dit moment geen account voor je aanmaken. Probeer het later nog eens.

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in