Tablet en smartphone zetten manager aan tot meer overwerk

De tablet-pc is een apparaat dat vooral geliefd is bij vrouwen en bij jongeren – mensen jonger dan 45 jaar. 27 procent van de vrouwen heeft er een, terwijl slechts 21 procent van de mannelijke respondenten er een heeft. En 28 procent van de jongeren heeft een tablet-pc, tegen 19 procent van de ouderen. Ook speelt de functie een grote rol. Een derde van het hoger management en de directie werkt met een tablet, terwijl van het middelmanagement maar 18 procent een tablet heeft.

De meesten, twee op de drie, hebben een iPad. 10 procent heeft een PlayBook van RIM en bijna 14 procent een Galaxy van Samsung. Ze worden vooral (44 procent) gebruikt voor e-mail en mobiel internet. Dat is een verschil met het gebruik van smartphones. Het gebruik van mobiel internet is op de tablet veel groter (26 procent) dan op de smartphone (13 procent). Het gebruik van e-mail is gelijk, ongeveer 18 procent. Managers gebruiken de smartphone de helft van de tijd voor de primaire functies telefonie en sms. Slechts 3 procent van de tijd wordt hij gebruikt voor bedrijfsapplicaties.

Vrouwen en jongeren

Van de managers gebruikt ruim 60 procent de smartphone meer dan de helft van de tijd zakelijk. Opmerkelijk is wel dat vrouwelijke en jongere managers een hoger privégebruik hebben dan hun mannelijke collega’s van boven de 45 jaar.

De uitbreiding van het aantal gewerkte uren geldt zowel voor de vroege als voor de late uren. Want zeker 20 procent van de smartphonegebruikers kijkt binnen 5 minuten na opstaan zijn e-mails en berichten na. Een kwart doet dat binnen een halfuur en nog eens 30 procent binnen een uur. En ongeveer dezelfde percentages doen dat net voor het slapen gaan ook.

Tabletgebruikers zijn er iets gematigder in, maar veel scheelt het niet. Twee derde kijkt binnen een uur op zijn tablet naar nieuwe berichten. Bijna 10 procent doet dat binnen 5 minuten na het opstaan en 20 procent binnen een halfuur.

Persoonlijke ontmoeting

Beide mobiele apparaten worden steeds meer gebruikt voor het vergaren van informatie voor zakelijke beslissingen. Bijna 60 procent gebruikt zijn tablet daarvoor en 65 procent doet dat regelmatig met zijn smartphone. Ook gebruikt 45 procent de tablet en 50 procent de smartphone vaker voor het nemen van beslissingen.

Men zou wel meer tabellen en grafieken met mogelijkheden om door te klikken naar meer details willen op beide mobiele apparaten. Maar daar lijkt het voorlopig te stoppen. Want informatie over de prestaties van de organisatie, afdeling en individuele werknemers komt nog altijd vooral via desktop en e-mail bij hen terecht. Slechts bij een kleine 5 procent voorziet de tablet-pc hierin en tussen de 10 en 15 procent de smartphone. Voor 60 procent geldt bovendien dat ze niet meer actuele informatie via de smart­phone of tablet willen ontvangen. Want uiteindelijk vindt men een persoonlijke ontmoeting nog altijd de belangrijkste informatiebron voor beslissingen.