Rathenau Instituut wil discussie over gezichtsherkenning

De technologie op het gebied van automatische gezichts- en emotieherkenning ontwikkelt zich razendsnel. Computers kunnen al trefzekerder dan mensen echte emoties onderscheiden van gespeelde emoties. Maar hoewel beleidsmakers, juristen, technici en ethici de ontwikkelingen volgen, is in Nederland een debat nog niet op gang gekomen. Dat blijkt uit een verkennende studie van het Rathenau Instituut. Het instituut sprak met experts en zette de bestaande toepassingen op een rij.

Redactie AG ConnectMeer van deze auteur

Gedragscodes

Voetbalclub ADO weert hooligans aan de poort met behulp van camerabeelden. Wetenschappers kunnen foto's van voorbijgangers automatisch koppelen aan Facebook- of LinkedIn-profielen. Als je alcohol wilt kopen in een supermarkt in Klundert vergelijkt een computer camerabeelden met paspoortfoto's.
Het Rathenau Instituut laat in een verkennende studie zien dat biometrische databases groeien, toepassingsmogelijkheden toenemen en technieken verbeteren, en roept de vraag op welke gevolgen een en andere heeft voor de samenleving. Met de verkenning wil het Rathenau Instituut een basis leggen voor een publieke discussie in Nederland. Terwijl het in ons land tot nu toe stil blijft, zou er volgens het Rathenau Instituut de Verenigde Staten al volop discussie over het onderwerp. Bedrijven in Amerika ontwikkelen gedragscodes en er vinden hoorzittingen plaats over de impact van de technologie op privacy en andere burgerrechten.

Etniciteit

Het Rathenau instituut stelt vast dat onder meer de manier waarop gegevens opgeslagen worden, de privacy van de betrokkenen beïnvloedt: "Het maakt uit of de data lokaal of in een grote database komt en hoe ze is beveiligd. Zelfs de manier waarop de software 'getraind' wordt, heeft maatschappelijke gevolgen. Als er in de trainingsdatabase alleen blanke personen voorkomen, herkent het systeem individuen van een andere etniciteit minder goed".