CPB: haast geboden bij deregulering telecom
De overheid moet echter snel komen met de kaders waarbinnen zij dit nieuwe beleid uitwerkt. Wijzigingen in regulering kunnen namelijk ingrijpende gevolgen hebben voor investeringen die partijen in de telecomsector hebben gedaan. Daarom is een duidelijk tijdpad noodzakelijk, concluderen de onderzoekers.
De huidige regulering werkt zelfs averechts. Vanwege de asymmetrie in de regulering richten de toetreders tot de markt zich eenzijdig op het DSL-netwerk. Dat bemoeilijkt een overstap naar het netwerk van de kabelexploitanten. Wanneer er twee gelijkwaardige, landelijk dekkende netwerken bestaan, neemt het gevaar van concurrentiewerend gedrag van een van de aanbieders door toetreders uit te sluiten sterk af. Mocht toch uitsluiting mogelijk zijn, hangt het nog steeds af van de mate van concurrentie op retailniveau of regulering noodzakelijk is, menen de onderzoekers. Wanneer de concurrentie fel is, is toegangsregulatie niet nodig.
Wel moet een toezichthouder letten op kartelafspraken. Dat is echter meer een taak voor de mededingingsautoriteit dan voor een sectorspecifieke toezichthouder. Volgens Bijlsma en Van Dijk blijft wel toezicht nodig op de interconnectietarieven omdat de marktwerking onvoldoende garantie biedt voor ‘welvaartsoptimale’ tarieven.