Manager is slim genoeg voor Business Intelligence

Hun eindconclusie is tweeledig. In de eerste plaats concluderen zij dat managers ten onrechte denken dat ze op basis van informatie uit transactiesystemen, targets en bijsturingen controle kunnen uitoefenen en besturen. In de tweede plaats is hun conclusie dat intelligente bedrijfsvoering onbereikbaar blijft, zolang deze managementhouding dominant is, onafhankelijk van hoe intelligent software is of zal worden. De auteurs gebruiken de term BI willekeurig als aanduiding voor het concept van het verzamelen, analyseren en presenteren van bedrijfsgegevens en voor systemen die deze processen technologisch mogelijk maken. Hoe dan ook, naar beide standaarden gemeten, is BI bijzonder divers. Kwalificaties toekennen aan een zo diverse groep oplossingen resulteert in algemeenheden die niet passen binnen een academische uiteenzetting. Hetzelfde geldt voor beweringen als ‘in de praktijk lijkt men dit wel te denken en te proberen’, waar het gaat over de vraag of bijsturen en besturen kan via een ‘informatiekanaal als BI’. Beweringen als deze zijn niet te staven, toch vormen ze een peiler onder de rest van het betoog. Belangrijker is echter dat in de aanloop naar de eindconclusie Govers en Steehouwer een onterecht naïef beeld schetsen van hoe managers kijken naar Business Intelligence. Ze zouden BI zien als ‘heilige graal’, een oplossing om hun organisatie op afstand mee te besturen. In onze gesprekken met onze 1600 klanten zijn wij in geen enkele instantie een manager tegengekomen die een dergelijk eenvoudig beeld had van de mogelijkheden van BI. Managers zijn zonder uitzondering op de hoogte van de mogelijkheden die BI-oplossingen bieden, en welke niet. In tegenstelling tot wat Govers en Steehouwer beweren, spelen softwareleveranciers dan ook niet ‘technologisch in op de geschetste onjuiste managementveronderstelling’. Niet alleen omdat dit ons inziens niet de geldende denkbeelden zijn, maar ook omdat, waren ze dat wel, een dergelijk systeem dat managers op afstand een hele onderneming laat besturen, technisch nog ver in de toekomst ligt. De volgens sommigen wat verouderde term ‘Decision Support Systems’ dekt wellicht beter de lading van wat ProClarity en veel van onze collega’s leveren. Beslissingsondersteuning geeft aan dat de geleverde systemen de managers helpen bij het nemen van besluiten: ad hoc en op lange termijn. Wat vooruitstrevende BI-leveranciers niet beloven is wat de auteurs suggereren: ‘de technologische mogelijkheid om op afstand, als het ware boven de realiteit, te managen (waarbij ik ervan uitga dat de auteurs hier refereren aan ‘managen’ als ‘besturen’ en niet ‘bijsturen’). BI-systemen bieden geen inzicht in de toekomst van de wereldeconomie, wanneer het gaat vriezen, noch in welke andere onvoorspelbaarheid. Waar BI-systemen wel heel goed van pas kunnen komen is bij het maken van projecties en bij het doorberekenen van ‘what-if scenario’s’. Toegegeven, het haalt slechts een fractie van de totale onzekerheid die externe factoren tot gevolg hebben weg, maar nogmaals, geen manager zal een BI-oplossing zien als een bedrijfsbreed besturingssysteem. BI vormt het dashboard. Lampjes geven aan of alle functies werken, de meters geven alle mogelijke gewenste informatie van de auto en soms zelfs al van buiten. Alles voorzover het voorhanden of technisch mogelijk is. Maar de goede kant op sturen, dat doet de manager zelf. Op basis van ervaring, samenwerking, inzicht, interpretatie... Geen manager zou het anders willen. Jeroen Hovinga is Marketing Manager bij ProClarity Internalional.Bijdragen in de rubriek Opinie staan los van de redactionele opvattingen van AG. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te redigeren en in te korten. Bijdragen voor de rubriek kunnen worden gestuurd aan: ag@wkths.nl onder vermelding van ‘opinie’.