Uitzendbureau biedt Oost-Europese IT’ers aan
Directeur Frank van Gool benadrukt dat de nieuwe divisie, OTTOjobs.eu geheten, niet de zoveelste vacaturesite is. “Het hele matchingproces gebeurt digitaal.
Werknemers die beschikbaar zijn voor een nieuwe, tijdelijke baan, plaatsen er hun kwalificaties, ervaringen en wensen. En werkgevers die op zoek zijn naar tijdelijke werknemers plaatsen hun vacature, met alle relevante informatie, zoals duur, beloning en vereiste ervaring.” OTTOjobs.eu maakt een match tussen vraag en aanbod en brengt de partijen, na het betalen van een fee, via sms en internet met elkaar in contact. Van Gool: “Het staat werkgevers en werknemers vrij om zelf een overeenkomst te sluiten, maar vanzelfsprekend kan de gehele afhandeling en begeleiding – van transport, tot huisvesting tot vertaaldiensten – ook via ons geschieden.”
Sinds deze week loopt er een pilot in Nederland en Polen. Op dit moment zouden er enkele duizenden kandidaten beschikbaar zijn, al kan Van Gool niet zeggen om hoeveel ICT’ers het precies gaat. Als de try-out slaagt, zal vanaf begin 2008 ook met de werving begonnen worden in Duitsland, Engeland, Slowakije, Tsjechië, Hongarije en de Baltische Staten. “Op termijn kun je ook denken aan landen als China en Maleisië. Ook die landen beschikken over een groot arbeidspotentieel dat graag aan de slag wil in Europa”, aldus Van Gool.
Op jaarbasis zijn er ruim 10.000 Polen aan het werk in Nederland via OTTO. Tot nu toe richtte het uitzendbureau zich vooral op de logistiek en de industrie, maar vanaf nu wil het ook klanten op het gebied van automatisering gaan bedienen met arbeidskrachten uit Oost-Europa. “Zeker in Roemenië wemelt het van de hoogopgeleide, Engelssprekende, supergemotiveerde mensen die graag voor een ICT-bedrijf in West-Europa aan de slag willen”, aldus de OTTO Work Force-directeur. De ‘nieuwe Europeanen’ die zijn organisatie hierheen haalt, zijn niet zozeer goedkoper. “Maar ze zijn wel beter. Ze passen zich gemakkelijk aan, spreken hun talen, zijn betrouwbaar en werken hard. Bovendien is het gemiddeld ziekteverzuim zeer laag”, aldus Van Gool.
Binnenkort wordt er in Den Haag gesproken over het al dan niet openstellen van de grenzen voor arbeiders uit Roemenië en Bulgarije. Van Gool verwacht dat, net als destijds met Polen, ‘de beslissing op de lange baan wordt geschoven’. “De angst regeert in Nederland. En dat is zonde. Want wat krijg je straks? Dat de beste krachten naar de landen gaan die hun grenzen als eerste openstellen, zoals Groot-Brittannië. Wij moeten het uiteindelijk doen met de tweede keus.”