Assen stijgt fors in webmonitor
Medio 2003 ging een stuurgroep aan het werk met de wethouder en de gemeentesecretaris, de hoofden I&A en communicatie, en de projectleider. "Als je praat over een stadskaart op de site, of een on line raadpleegbaar raadsinformatiesysteem, denk je in deeloplossingen. Wij wilden naar een infrastructuur, waarin je zaken kunt structureren en vindbaar maken, en die zich ook makkelijk laat uitbreiden." In het functioneel ontwerp sloot Assen aan bij criteria die Advies Overheid.nl, het ICTU-programma van genoemde webmonitor, aanlegt bij de beoordeling van overheidssites. "Die hebben er verstand van," zegt Niemeijer nuchter, al mogen van hem de normen, verdeeld over vijf aspecten (algemeen, gebruiksvriendelijkheid, bestuurlijk, dienstverlening en participatie), best verder gaan. Doelgroep inschakelen Voor de bouw van de nieuwe site zijn gebruikersinterface en content management (CMS) apart aanbesteed. Bij de selectie van de ‘voorkant’ heeft Assen doelgroepen als jongeren, ouderen en gehandicapten ingeschakeld. Tweederde koos voor de aanbieder die het ’t rustigst had gehouden en de bezoeker niet vermoeide met getoeter en gebel. Dat was ‘theFactor.e’ in Groningen. De site kent niet alleen gemeentelijk aanbod, maar biedt ook ruimte aan derden, zoals theaters, musea, hotels, campings en natuurlijk de TT, met een korte tekst en een link naar eigen websites. Voor het CMS gaf Assen drie bedrijven een proefopdracht, waarna de keuze op Smartsite van het Delftse Seneca viel. Begin vorig jaar was alles beschikbaar en kon het beheer worden opgezet. Assen huurde een communicatiedeskundige in, die in afdelingssessies regelde welke informatie op de site moest, hoe die zou worden gestructureerd en wie als gegevensbron gold, die ook verantwoordelijk werd voor de bijhouding daarvan. Decentraal beheer. Webbewustzijn "Maar centraal vullen," zegt Niemeijer, want vanuit het project wil hij de kwaliteit in de gaten houden. De stuurgroep is daarop ook alert. Zij houdt het ‘webbewustzijn’ op peil en is actief met de doorontwikkeling van de site. Dat bewustzijn levend houden is trouwens niet eenvoudig, blijkt als Niemeijer naar knelpunten wordt gevraagd. Enige afdelingshoofden zweren bij persoonlijke gesprekken met burgers en hebben weinig op met dienstverlening tot in de huiskamer. "Men zegt: Internet is niks voor ouderen. Terwijl dat juist een categorie is, die erg actief is op het web en waarvoor Internet veel kan betekenen." Advies Overheid.nl toetst eenmaal per jaar alle overheidssites, tussentijds kunnen organisaties zelf gegevens aanbrengen. Zo wordt de monitor continu via een doehetzelfconstructie ge-update en met de jaarlijkse externe toets ‘gesaneerd’. Toen Assen april vorig jaar de on line vragenlijst van Advies Overheid.nl invulde, bleek het 372 plaatsen te zijn gestegen. Gejuich in Assen. De waardering komt ook tot uiting in bezoekersaantallen: 97.000 in 2002, 144.000 in 2003, vorig jaar tot april 44.000 (bijna 15.000 per maand) en vanaf april 345.000 (ruim 38.000 per maand). Gevraagd naar een verklaring voor het succes, wijst Niemeijer op zijn, inmiddels beëindigde, carrière in de wereldtop van het bobsleeën. "Daarvan heb ik geleerd dat je je als team kunt motiveren door duidelijke doelen te stellen." Maar hij wil er niet gewichtig over doen. Met ‘goed lezen’ (de criteria van Advies Overheid.nl) kom je een eind. Ook bestuurlijke stimulering helpt: de wethouder is enthousiast. En Assen is met zijn 62.000 inwoners ‘groot genoeg om iets voor elkaar te krijgen en niet te groot voor korte communicatielijnen’. Aanpassing Op 24 maart wordt de Overheid.nl Monitor 2004 gepresenteerd. Hoe Assen dan scoort, is onbekend, maar de recentste gegevens uit de continue monitor geven de site een gedeelde zesde plaats. Ook niet gek, maar Niemeijer pleit wel voor aanpassing van de normering. Op een schaal tot 100 is het onderscheid tussen zoveel gemeenten maar een enkel procentje of zelfs een promille. "Als je iemand erop zet, haal je snel een hoge score. Maar er zou meer ruimte moeten overblijven voor verbetering." Zelf heeft Assen al een vervolgfase ingezet, waarin het ‘t ‘Asser loket’ wil realiseren. Met behulp van de landelijke authenticatievoorziening DigiD moet dat burgers toegang bieden tot een persoonlijke webpagina, met daarop op hun profiel toegesneden gegevens en diensten. Meer aanbod Tevens wordt mogelijk minder naar de bekende weg gevraagd. De huidige site heeft een productencatalogus met zo’n 250 items, waarvan 75 zijn voorzien van een formulier. Het overgrote deel echter in pdf-formaat. Straks kunnen meer elektronische formulieren worden aangeboden, waarop al bekende gegevens van de burger automatisch zijn ingevuld. Om beveiligingsredenen gebruikt Assen voor deze vergaande interactie niet Smartsite, maar een apart CMS. Omdat de gemeente zich inmiddels heeft bekend tot open source daar waar het kan, overweegt ze een keuze voor ‘OpenCms’. Niemeijer: "Nadeel van open source is dat de gebruiksvriendelijkheid nogal eens wil tegenvallen. Maar in dit domein ontwikkelt het zich snel en komen steeds meer goede tools beschikbaar. Ik denk dat het een serieuze bedreiging kan worden voor Seneca. Wanneer we nu ons project zouden starten, zou de keuze wel eens anders kunnen uitpakken."