Auto-industrie houdt IT-ontwikkeling niet bij

De ontwikkeling van elektronica blijkt een groot probleem voor de auto-industrie. Tegen de tijd dat een nieuw model twee jaar op de markt is - relatief jong voor een auto - zijn de elektronische systemen al verouderd. Een voorbeeld van een systeem waarmee de auto-industrie de race verliest, zijn de geïntegreerde navigatiesystemen. Ook de klassieke autotelefoon is helemaal uit beeld verdwenen. In opkomst is de ‘nomadische’ apparatuur; allerhande draagbare elektronica die functies van de geïntegreerde apparatuur bruikbaar maakt buiten de auto en bovendien een kortere levencyclus heeft en zich dus makkelijker aanpast aan de stormachtige ontwikkeling in de elektronica-industrie. Nu nog nemen automobilisten verschillende apparatuur mee in de auto, variërend van mobiele telefoons, pda’s tot laptops en draagbare, toepassingsgerichte navigatiesystemen. Naar verwachting nemen nieuwe generaties van de slimme telefoon een groot deel van die taken over. Toch is er behoefte aan een integratie van die nomadische apparatuur met het computersysteem in de auto, bijvoorbeeld om gegevens over de auto te kunnen gebruiken in het beslisproces van het navigatiesysteem. Een ander voorbeeld waar die integratie van pas komt, is het noodoproepsysteem. Sensoren in de auto worden geactiveerd op het moment van een ongeluk. Mobiele telefoons zijn steeds meer een persoonlijk gereedschap dat de meldkamer een goed beeld kan geven van de situatie waar uitgerukte hulpdiensten op aan rijden. De koppeling tussen de beide systemen moet er dus voor zorgen dat de noodoproep wordt geactiveerd en de statusgegevens van de auto aan de mobiele telefoon worden doorgegeven. De mobiele telefoon vult die gegevens vervolgens aan met persoonlijke gegevens en de positiegegevens en stuurt deze door naar de meldkamer.Voor de integratie van de systemen is een goede gestandaardiseerde interface nodig die het mobiele platform koppelt aan het computersysteem in de auto. Als onderdeel van een Europees project genaamd Global Systems for Telematics (GST) is een raamwerk ontwikkeld waarbinnen applicaties kunnen worden ontwikkeld die gebruik kunnen maken van elkaars gegevens, ongeacht van welke auto- of elektronicafabrikant de producten afkomstig zijn. In dit verband is onder meer gekeken naar de telematica-aspecten, de certificering, naar betaalmechanismen en de beveiliging. Het nadeel van een mobiele telefoon als ‘nomadisch apparaat’ is de noodzaak van een complexe communicatieverbinding tussen de auto en de telefoon, die bovendien gevoelig is voor storingen. Het project heeft in ieder geval duidelijk gemaakt dat de toekomstige telematicasystemen in de auto geen losstaande bedrijfseigen toepassingen meer zullen zijn. De noodzaak te standaardiseren wordt door de autofabrikanten erkent, maar de behoefte op korte termijn een deel van de zeer lucratieve markt voor telematica-applicaties in de auto veilig te stellen, leidde tot nog toe tot de vele bedrijfseigen toepassingen. Ofschoon de programmaleiding denkt dat de activiteiten binnen GST het kwartje heeft doen vallen bij de automobielindustrie, gaat deze ervan uit dat het nog tien jaar duurt voor concrete toepassingen van het programma zijn terug te vinden in auto’s en mobiele apparatuur. Het GST-programma, dat in 2007 werd afgerond, werkten zo’n vijftig organisaties mee, variërend van de grote automobielproducenten en bedrijven uit de telecomindustrie tot wetenschappelijke instituten.