ConflICT: 10 tips voor ‘scrumcontracten’
Voor (ICT-)juristen is het van belang om het onderscheid tussen waterfall en scrum te onderkennen bij de ondersteuning in het opstellen van en/of het onderhandelen over contracten. Hieronder volgen tien tips over scrumcontracten en onderhandelingen.
Shutterstock
Shutterstock
- Wellicht cliché, maar realiseer je dat nog lang niet iedereen bekend is met Agile/scrum contracting. Dit kan leiden tot ‘langs elkaar heen praten’ tijdens het opstellen van en/of het onderhandelen over de contracten. Organiseer een sessie om uit te leggen wat Agile/scrum is. Zorg ervoor dat daar ook degenen bij zijn die je aan de onderhandelingstafel treft.
- Realiseer je dat Agile/scrum geen toverformule is die zich voor alle IT-projecten leent. De methodiek leent zich prima voor de ontwikkeling van software, met een (redelijk) deskundige opdrachtgever die ook bereid en in staat is om actief betrokken te zijn in het project. Wil of kan een opdrachtgever dat niet, dan is toch wellicht de watervalaanpak beter. Waak er met andere woorden voor dat er niet gescrumd wordt om het scrummen; het mag geen doel op zich zijn. Wees flexibel.
- De focus dient te liggen op samenwerken in plaats van contractsonderhandelingen (Agile manifesto).
- Het team is key. Hierin zitten de leverancier én de opdrachtgever. De opdrachtgever neemt de beslissingen. Leg dat vast. Het team moet over voldoende kwaliteit beschikken. Leg vast wie key personnel zijn. Deze personen mogen in principe niet wijzigen tijdens het project. Tijdens de sprints moet het team in principe hetzelfde blijven.
- Veranderingen in de scope van het project zijn regel en geen uitzondering. Biedt daar in de contracten ruimte voor. Focus op de wijze waarop je de veranderingen afspreekt (binnen het team), maar bied dus wel de ruimte om gaandeweg het project af te wijken van de initiële scope.
- Fasering is key. In verschillende fasen (in scrumtaal: sprints) die een paar dagen tot een paar weken per sprint kunnen duren, wordt met een multidisciplinair team (van zowel leverancier als opdrachtgever) gewerkt. In een backlog (flexibel overzicht) staan de gewenste functionaliteiten. Resultaat van een sprint is altijd een getest en werkend stuk software. Zorg dat deze uitgangspunten contractueel gewaarborgd zijn, maar behoud wel de flexibiliteit om daarvan te kunnen afwijken.
- Denk erover na of het wenselijk of zinvol is om fouten per sprint direct te laten herstellen, of daarvoor een aparte sprint in te richten.
- Monitoring is key. Tijdens het hele project moet worden bewaakt waar het project zich bevindt en hoeveel tijd er nog nodig is (velocity).
- Besteed aandacht aan hoe je vaststelt dat een onderdeel af is. En wat doe je als niet alle items uit de backlog kunnen worden gehaald? Gaan de items terug naar de backlog, worden er items geschrapt, of worden er toch extra sprints getrokken? En voor wiens rekening? Om de voortgang niet door dit soort discussies te laten frustreren, kun je overwegen om afspraken te maken over het tijdelijk parkeren van dergelijk discussies.
- Scrum is een creatieve oplossing voor de manco’s in de watervalmethodiek. Besef dat als contractmaker en onderhandelaar, en wees zelf ook creatief!