IT-professional houdt niet van polderen
De informatie over de cliënten ligt bij de ketenpartners opgeslagen in verschillende bronnen en wordt op de eerste plaats gebruikt in de eigen organisatie. Deze gegevens moeten daarnaast ook worden doorgegeven aan de andere partners in de keten zodat deze hun bijdrage kunnen leveren. Het Digitaal Klantdossier (DKD) moet dit gaan ondersteunen.
Iets vergelijkbaars speelt in de keten van digitale leermiddelen in het onderwijs. Steeds vaker worden de papieren leermiddelen vervangen of aangevuld met digitaal leermateriaal. Het gaat dan om oefenprogramma’s, simulaties, filmpjes et cetera. Scholen gebruiken digitale leermaterialen van veel verschillende ‘aanbieders’, bijvoorbeeld van educatieve uitgeverijen. De school staat voor de opgave om dit leermateriaal op een overzichtelijke manier aan te leveren aan de docenten en leerlingen. Daarbij maken scholen gebruik van een webbased intranet, een zogenaamde elektronische leeromgeving (Elo). Dit is een educatief intranet waar de docent het leermateriaal klaarzet voor de leerlingen en waarmee de leerlingen tijd- en plaatsonafhankelijk kunnen leren.
Uitgevers die het vaak multimediale leermateriaal produceren, en daar veel geld in investeren, willen zekerheid over een veilige distributie van hun producten bij al die verschillende scholen met hun eigen intranetten. Ook de betaling door de school of de ouders moet daarbij goed geregeld worden (zie kader).