Marketing en de digitale kloof
Je naam is Douglass Batt. Het bedrijf dat je mede leidt heet Concord Communications. Onbekend bij het grote publiek, maar een grote naam in de wereld van ‘telco’s’ en beheerders van wereldomspannende bedrijfsnetwerken. Je eHealthsuite houdt immers de gezondheid van die netwerken in de gaten. Jaarlijks zet je zo’n 88 miljoen dollar om. Je verhaalt over internet als medicijn voor gebrekkige democratieën en economieën, zoals je eerder voor afgevaardigden van de VN deed. Daar vond je een willig oor, omdat secretarisgeneraal Kofi Annan het probleem van de digitale kloof deze zomer nog eens benadrukte. Eigenlijk is internet voor democratie en economie wat anabolen steroïden zijn voor bodybuilders. Zo vind je, zonder argumenten te geven, dat de uitbreiding van de EU zonder de inzet van internet voor economische doelen kansloos is. Zoals je op 30 oktober al tijdens een door jou betaald egovernmentseminar voor de VN vertelde: kennis is macht en internet is de weg naar kennis. Natuurlijk weet jij ook wel dat je hongerende kinderen niet kunt voeden met ‘cybercake’, maar het hoeft niet of het één of het ander te zijn. Edemocratie, nog zo’n innovatie, belooft transparante overheidsinformatie. Maar wat als die informatie niet deugt en, zoals in China, met behulp van internationale ICTbedrijven de toegang tot onafhankelijke informatie wordt afgesloten? Hoe kan edemocratie zich dan ontwikkelen? Je pareert met een snedige oneliner: ‘Met edemocratie is het als met een verkoudheid: je vecht er tegen maar uiteindelijk ben je toch verkouden’. Je benadrukt wel dat China een ‘gorilla’ is die zich niet gemakkelijk door een koutje laat vellen. Als internet inderdaad een zegen is, wat voor infrastructuur leggen we dan aan in het backboneloze Afrika? Duur glasvezel of draadloze netwerken ondersteund door satellieten? Wie betaalt het eigenlijk? Sommige van je klanten gebruiken glasvezel en andere zitten in de draadloze netwerken. Je zegt niet te weten wat het beste is, maar dat deskundigen erop studeren. Het geld zal voor een deel uit de landen zelf moeten komen. Of die geen andere prioriteiten hebben? Op korte termijn heb je wellicht een zak rijst nodig, maar op langere termijn kan internet voorspoed brengen. Landen en individuen kunnen zich ermee uit de armoede werken, corruptie kan ermee worden bestreden en de zorg kan efficiënter worden. Nadeel is wel dat de mensen in ontwikkelingslanden niet alleen geen geld voor telecom en internet hebben, maar vaak ook niet voor andere belangrijke zaken als voedsel, schoon water en medische zorg. Gelukkig zijn er rijke landen die financiële steun geven. Met een beetje verhaal kun je die er wel van overtuigen dat een deel van het ontwikkelingsbudget naar eerste levensbehoeften als telefoons, internet en de daar bijbehorende glasvezelnetwerken toe moet. Je spreekt leden van de VN toe en verspreidt je boodschap in Europa. Zo vind je in Nederland een gewillig oor bij startend CDATweedeKamerlid Maarten Haverkamp, die voor hij in juli in het Binnenhof plaatsnam nog werkzaam was als egovernmentconsultant bij IBM. Hij vertelt een vijftal Europese journalisten hoe Nederland ondanks mooie initiatieven naar de tiende plaats van een egovernmentranglijst is afgezakt. Status De datum is 18 november 2002 en de locatie is, om je boodschap wat meer status te verschaffen, het gebouw van de Tweede Kamer. Om de ambiance nog meer cachet te geven heb je internationale journalisten van gerenommeerde kranten als The Times uitgenodigd. ‘Concord en politieke leiders verzamelen zich om een brug over de digitale kloof te slaan’, juicht het begeleidende persbericht. Buiten Maarten Haverkamp zijn er echter geen ‘politieke leiders’ op 18 november. Haverkamp heeft CDAcollega’s gevraagd, maar zij hadden andere dingen aan hun hoofd. Buiten zijn eigen fractie heeft Haverkamp nog geen politieke contacten, het is ook daar geen ‘hot item’, verklaart hij de afwezigheid van vertegenwoordigers van andere partijen. De bijeenkomst was ook niet als politiek debat bedoeld.