Meten kwaliteit GSM eindelijk rond
De metingen concentreren zich op het bereik en de storingen van de netwerken van de aanbieders. Verder krijgt de eindgebruiker elk halfjaar inzicht in de snelheid waarmee – met behoud van telefoonnummer – naar een andere aanbieder kan worden overgestapt. Ook de kwaliteit van de verschillende helpdesks wordt bekend gemaakt. De vijf GSM-aanbieders verrichten zelf, volgens een aantal in het convenant omschreven standaardmethoden, de metingen aan de netwerken. TNO controleert de metingen. Voor sTN betekent het convenant slechts een begin. “Nu de uitvoering nog”, zegt sTN-directeur John van der Meulen. Hij ziet graag dat de kwaliteitsmonitor een uitbreiding krijgt naar telefonie over het vaste net en data- en internetverkeer. Ook moet de gesprekskwaliteit aandacht krijgen. De Consumentenbond en sTN streven al ruim twee jaar naar een objectieve meting. De eindgebruiker heeft dan meer argumenten dan alleen de prijs om te kiezen tussen aanbieders. Overleg met de aanbieders liep echter spaak op onenigheid over de meetmethoden en de verdeling van de kosten van het onderzoek. Eind 2000 nam het ministerie van Verkeer en Waterstaat de leiding in de discussie omdat de staatssecretaris Monique de Vries belang hechtte aan een onafhankelijke kwaliteitsmeting. V&W steekt de komende twee jaar 40.000 euro in het onderzoek. Consumentenbond en sTN dragen 27.000 euro bij. De Consumentenbond hoopt dat de aanbieders nu hun koudwatervrees wat betreft zelfregulatie kwijt zijn en meer afspraken over bijvoorbeeld algemene voorwaarden mogelijk worden.