RFIDchips blijven op de agenda
RFID, oftewel radio frequency identification, is een technologie waarbij RFIDlabels (‘tags’) op producten of hun verpakkingen ervoor zorgen dat deze op ieder moment in hun logistieke keten te traceren zijn. Daarbij ‘leest’ een scanner op enige afstand de informatie op de chip die in het label zit en past deze informatie eventueel aan. Logistieke systemen die afhankelijk zijn van de antwoorden op vragen als ‘is het product voorradig’ en ‘wat is de afleverstatus van het artikel’, kunnen er veel baat bij hebben. Op basis van diepgaande kennis over de vraag naar producten proberen bedrijven nu al hun voorraden te minimaliseren. Het volgen van producten op individueel niveau mogelijk gemaakt door RFIDchips maakt een verfijning van deze balans mogelijk. Besmet Toch leek het er even op dat RFIDtechnologie al in een vroeg stadium tot een besmet begrip verklaard was. De Italiaanse kledingwinkelketen Benetton wilde een deel van zijn collectie voorzien van RFIDchips. De vroegtijdige aankondiging daarvan door chipleverancier Philips bracht aan het licht dat Benetton zich nog niet voldoende gerealiseerd had dat er aan het gebruik van RFID in kledingstukken ook privacyaspecten zitten. Als je aan het winkelen bent heb je wellicht liever niet dat de caissière meteen ziet wanneer en voor hoeveel geld je je huidige outfit hebt aangeschaft. Benetton was het slechts te doen om het efficiënter maken van de logistieke keten. De hevige protesten van privacygroeperingen hebben het bedrijf ertoe gedwongen zijn huiswerk over te doen en te verklaren voorlopig geen RFIDchips in kragen te naaien. Het grote voorbeeld van de onontkoombaarheid van RFIDtechnologie is de Amerikaanse allesverkoper WalMart, het grootste bedrijf ter wereld. In juni berichtte de warenhuisketen aan zijn honderd grootste toeleveranciers dat zij hun pallets en dozen in januari 2005 van RFIDlabels moeten hebben voorzien. Inmiddels is de deadline verschoven naar begin 2006, maar geldt deze ook voor alle andere toeleveranciers. De macht van WalMart werkt veel van zijn leveranciers op de zenuwen. Volgens AMR Research is de zet van WalMart vooral een poging nog meer vat te krijgen op de logistieke keten, en dus ook op de marge van de leveranciers, die hun eigen logistieke efficiëntie als concurrentiemiddel hebben. WalMart is ook aan de slag geweest met een zogeheten ‘smart shelf’ in zijn winkels, waarbij producten van Gilette (scheerspullen, batterijen) op individueel niveau binnen de winkel gevolgd werden. Voorraadbeheer, diefstalbeveiliging en tezijnertijd automatische afrekening konden zo bijvoorbeeld gecombineerd worden. De proef is echter gestopt omdat WalMart zich naar eigen zeggen wil concentreren op toepassing van RFID in zijn magazijnen. Hoe gevoelig het volgbaar maken van losse producten ligt, blijkt ook wel uit het bericht van twee weken geleden dat RSA Security werkt aan zogeheten ‘RFIDblockertags’ die het uitlezen van informatie van de chips blokkeert, wanneer de consument daar bezwaar tegen heeft. Dergelijke labels even klein als een RFIDlabel zouden in de boodschappentas of iemands horloge kunnen worden verwerkt. Standaardisatie Invoering van RFIDtechnologie is niet bepaald een sinecure. Gartneranalisten Jeff Woods en Andrew White zien het nogal vage plan van WalMart als een manier om zijn leveranciers tot standaardisatie aan te zetten. De informatie op de chip moet tenslotte op grote schaal (in ieder geval binnen de Amerikaanse consumentengoederenmarkt) uitwisselbaar zijn. Toepassing van de Electronic Product Code (EPC) die simpel gezegd het huidige barcodenummer uitbreidt met een voor het losse product unieke code, is nog afhankelijk van verdere standaardisatie. Daarnaast is de RFIDtechnologie zelf nog niet voldoende gestandaardiseerd, bijvoorbeeld om te kunnen garanderen dat labels van de ene fabrikant kunnen worden gelezen door scannerapparatuur van de andere. Volgens Celestin Brouwer, business unit manager RFID van de Eindhovense vestiging van Zetes, is er veel belangstelling voor de automatische identificatie van goederenstromen. "Er wordt een hoop over gesproken, maar veel projecten zijn beperkte pilots." Zijn bedrijf is betrokken bij het gebruik van chips Brouwer gebruikt ook de term ‘transponders’ in bedrijfskleding die in industriële wasserijen wordt gewassen. Ook gasflessen, rolcontainers en pallets worden van RFIDlabels voorzien. Daarbij gaat het volgens Brouwer alleen om kunststof pallets, "omdat houten pallets vanwege hun lage prijs meestal niet geretourneerd worden." Grootschaligere logistieke stromen zijn nog zeldzaam. Brouwer vestigt daarbij zijn hoop bijvoorbeeld op zijn klant DHL. Ietwat lacherig doet hij over toepassing van de RFIDtechnologie in winkels. "Met een vol winkelkarretje door een poortje rijden, waarna alles automatisch wordt afgerekend, is technisch onmogelijk." Aluminium in sapverpakkingen en chipszakken zou de uitlezing verstoren. De RFIDchips moeten doorgaans van dichtbij worden gescand hoe kleiner de chip, hoe kleiner de maximale scanafstand. Dat partijen als Albert Heijn in de rest van hun logistieke keten met RFIDtechnologie efficiëntiewinst kunnen behalen, acht Brouwer weer wel waarschijnlijk. De prijs van een RFIDlabel is nog steeds een belangrijke factor. Deze bedraagt momenteel minimaal 30 eurocent; het ligt voor de hand dat een supermarkt met die kosten niet geneigd is ieder blik bonen van zo’n label te voorzien, als dat al nut zou hebben. Pas bij duurdere producten en grootverpakkingen of pallets komt de chip in beeld. Een mogelijk impuls voor het gebruik van RFID is regelgeving in bijvoorbeeld de voedingsmiddelensector, bijvoorbeeld de Haacpnorm. Het bewaren en vervoeren van voedingsmiddelen moet aan temperatuur en vochtigheidsrichtlijnen voldoen. Zogeheten actieve RFIDchips met ingebouwde sensoren kunnen het verloop van die factoren registreren.