Europese introductie i-mode is kwestie van maanden
De eerste (beperkte) diensten zullen dan ook via het pakketgeschakelde GPRS worden aangeboden, maar om welke toepassingen het gaat, is nog niet duidelijk. Dat hangt af van de beschikbaarheid van GPRS-toestellen. I-mode is de razend populaire dienst die NTT DoCoMo in februari 1999 in Japan lanceerde en inmiddels ruim twintig miljoen gebruikers telt. Die kunnen elkaar met aangepaste telefoons berichten of e-mail sturen of webpagina’s opvragen. I-mode biedt veel meer mogelijkheden dan WAP, dat nog altijd niet echt van de grond is gekomen. De functionaliteit van i-mode is de laatste maanden ook nog eens fors uitgebreid dankzij strategische allianties met Microsoft, Symbian en Sun Microsystems. Sinds januari zijn bijvoorbeeld Java-telefoons beschikbaar waarmee aandelenkoersen en dynamische spelletjes kunnen worden geladen. En met Sony wordt een dienst opgezet om PlayStation-spelmachines te laten communiceren met i-mode-telefoons. Al in mei zal bovendien de opvolger van i-mode worden gelanceerd: FOMA (Freedom of Mobile Multimedia Access). Dit W-CDMA-netwerk ondersteunt transfersnelheden tot 384 Kbps, veertig maal sneller dan i-mode. Daardoor kunnen videofilmpjes, televisie-uitzendingen, muziekvideo’s en haarscherpe foto’s ontvangen worden. Naast i-mode-telefoons zullen ook videofoons worden geleverd en PC-kaarten voor laptops. De nieuwe dienst zal niet meteen in heel Japan geïntroduceerd worden, maar aanvankelijk alleen in grote steden als Tokio, Yokohama en Kawasaki. Pas in 2004 zullen nagenoeg alle grote Japanse steden over de dienst kunnen beschikken. Met de introductie van dit 3G-netwerk (derde generatie mobiele telefonie) loopt Japan zeker twee jaar voor op Europa en vijf jaar op de VS. Om die reden probeert DoCoMo zijn technologie ook buiten Japan te verkopen. De onderneming heeft strategische samenwerkingen aangekondigd met telecombedrijven in Brazilië, Hong Kong en de Verenigde Staten. Voor Europese markt werd een belang genomen van 15 procent in KPN Mobile. Daarnaast neemt men, ook weer samen met KPN, deel in Hutchison 3G, maar dan voor de ontwikkeling van multimedia-toepassingen voor toekomstige 3G-netwerken. DoCoMo lijkt zich te realiseren dat het weinig zin heeft om voor Europa het Japanse model volledig te kopiëren. Het succes van i-mode in Europa hangt grotendeels af van de toestellen. Het zijn vooral Japanse fabrikanten die zich tot nu toe op deze markt hebben gestort. Europese fabrikanten als Nokia en Ericsson hebben ook i-mode-telefoons ontwikkeld, maar die lopen achter bij hun Japanse concurrenten.