Niet alleen vanwege het ‘grote geld’ Financiële instellingen hebben carrierebewuste ICT’ers veel te bieden
Kledingvoorschriften Marian de Jong werkte aanvankelijk in de culturele sector. Daar kwam ze veel in contact met mensen uit de financiële dienstverlening en raakte onder de indruk van hun professionele manier van werken. In 1998 stapte ze over naar de zakelijke sector en begon bij Stater, een dienstverlener voor de hypotheekmarkt. De Jong: “Ik raakte in die tijd ook besmet met het internetvirus. Tegelijkertijd werd ik projectmanager voor Eubos, de eerste on-line hypotheekverstrekker op internet. Stater leverde de back-office en techniek.” Na een tijd vertrok ze om te gaan werken voor een internetstartup van een grote verzekeraar. “Ik wilde wel op avontuur met een stel internetcowboys.” Ook dat bleek een leerzame ervaring, vooral wat betreft het ongestructureerde optimisme van een startup in die tijd. Ze voelde zich er steeds minder thuis. “Ik verlangde terug naar clicks en bricks. Ik had weer behoefte aan businessmodellen met meer realiteit.” Toen een selectiebureau haar benaderde voor de functie bij een bank, moest ze wel lachen. “Ik dacht toen nog dat bij een bank iedereen in driedelig grijs liep en dat het er ongelofelijk saai zou zijn.” Maar het bureau bleef duwen. De Jong had leuke gesprekken bij de bank en sinds mei dit jaar werkt ze als coördinator internet op de afdeling Directe Distributie van de ING Bank, het ‘competence centre’ voor elektronische kanalen zoals internetbankieren. De Jong: “Wat mij opvalt is de enorme collegialiteit. Het is allemaal heel informeel, ook qua kledingvoorschriften. Ik vond het heel bijzonder om een dergelijke sfeer aan te treffen bij een bank. Er is hier ook veel aandacht voor de persoonlijke ontwikkeling van mensen. Het wordt serieus genomen, de werkzaamheden moeten aansluiten bij je ontwikkelingsplan. De arbeidsvoorwaarden zijn goed en de voorzieningen ook, zoals bijvoorbeeld de sportfaciliteiten.” Er is volgens De Jong veel ruimte voor eigen initiatief en het ontdekken van nieuwe mogelijkheden. Een goed voorbeeld daarvan op haar afdeling zijn de ‘new business pools’. Medewerkers dragen zelf ideeën aan voor nieuwe toepassingen en technologieën in het voordeel van de bank en kunnen dit met een team uitwerken. De Jong: “Er is tijd en ruimte om je te verdiepen in nieuwe ontwikkelingen en producten.” En hoe zit het met de carrièremogelijkheden? “Die zijn er genoeg binnen de ING, ook voor vrouwen.” Mirjan Klein Hofmeyer werkt bij ABN Amro. Als Portfoliomanager is haar aandachtsgebied de standaardisatie van ‘browser-based developments’ in Nederland, dus de producten op internet en intranet. Voordat ze bij ABN Amro in dienst kwam, zat ze er al enige tijd als ‘externe’ van een klein softwarebedrijf. “Als je me zeven jaar geleden had gevraagd bij een bank te gaan werken had ik echt keihard nee gezegd. Ik hecht waarde aan een persoonlijke aanpak, ik wil geen nummer zijn. Ik moet mijn ei kwijt kunnen in een creatief proces en bij een bank zag ik dat zeker niet zitten.” Pas toen ze er gedetacheerd was, realiseerde ze zich dat het anders was dan ze had gedacht. Ze besloot te blijven. “Ik ben geen jobhopper, ik zat tien jaar bij dat softwarebureau, maar ik wil wel afwisseling en uitdaging. ABN Amro heeft een enorme IT-afdeling. Je kunt dus steeds iets anders doen en toch binnen de bank blijven. Ik heb in de vijf jaar dat ik hier zit al vier keer iets anders gedaan. En het is niet zo dat ik iets half afmaak, en dan verder ga. Het is een automatisch proces, dat geleidelijk gaat.” Net als De Jong is Klein Hofmeyer erg gecharmeerd van de aandacht voor persoonlijke ontwikkeling. “Iedere medewerker wordt geacht een persoonlijk plan te maken en dat jaarlijks bij te stellen samen met de HR Manager. En het gaat niet alleen om het uitbouwen van je software skills. Ook persoonlijke vaardigheden komen aan bod.” Loopafstand Een voorzichtige vraag naar de legendarische secundaire arbeidsvoorwaarden lokt bij Klein Hofmeyer een genuanceerde reactie uit. Lachend zegt ze dat ze absoluut niet te klagen heeft, maar stelt tegelijkertijd dat je altijd goed kunt leven van het IT-vak en dat je daarvoor echt niet bij een financiële instelling hoeft te werken. Toch kan bijna geen enkele industrietak tippen aan de voorwaarden van de banken, verzekeraars en pensioenfondsen. Hypotheekrentes liggen voor personeelsleden percenten lager dan voor klanten en er is korting op verzekeringen en pensioensregelingen. Annemieke Bok is Human Resource Advisor van Rabobank International. “De bancaire wereld betaalt primair goed, maar daarnaast zijn er tal van andere voorzieningen en dan bedoel ik niet alleen kinderopvang.” Bij de Rabobank kunnen werknemers bijvoorbeeld ook reizen boeken met korting, en ze betalen geen of minder verzekeringskosten. Ook de locatie trekt. Het hoofdkantoor van Rabobank in Utrecht, op loopafstand van het Centraal Station, lokt vermoeide ex-gedetacheerden die het reizen zat zijn en op vaste werktijden willen werken zonder veel de deur uit te moeten. Daarbij biedt de financiële dienstverlening ook zekerheid: de sector kent veel grote organisaties met – in vergelijking met de meeste ICT-bedrijven – stabiele financiële resultaten. Spannend Het grote geld is voor veel ICT’ers ook een aantrekkelijk aspect en dan gaat het niet over het bedrag dat maandelijks op de bankrekening staat. Bok: “In internationaal bankieren en investment banking gaan zulke enorme bedragen om, dat is heel spannend. Het geeft veel mensen een groot gevoel van verantwoordelijkheid. Als er een systeem uitvalt zitten we direct in een alarmfase.” Klein Hofmeyer: “Soms sta ik er bij stil en dan realiseer ik me dat het geld waar mijn afdeling mee omgaat twee keer zoveel is als de hele jaaromzet van mijn vorige werkgever. Maar binnen de bank is het maar een klein beetje. Die miljoenentransacties horen bij je werk. Ik vind dat wel grappig.” Interne IT-afdeling Van alle bedrijven in de sector (banken, verzekeringmaatschappijen, hypotheekverstrekkers) heeft 12,8% een eigen automatiseringsafdeling waar gemiddeld 10,8 mensen werken. Dat komt neer op in totaal bijna 20.000 ICT’ers. Ter vergelijking: bij de zakelijke dienstverlening is dat percentage 19,1% met gemiddeld 7,6 werknemers en in de industrie 14,3% en gemiddeld 4,8 medewerkers. (bron: Heliview) Annemieke Bok: „Die miljoenentransacties horen bij je werk. Ik vind dat wel grappig.” Marian de Jong: „Ik dacht toen nog dat bij een bank iedereen in driedelig grijs liep en dat het er ongelofelijk saai zou zijn.” Mirjan Klein Hofmeyer: „Als je me zeven jaar geleden had gevraagd bij een bank te gaan werken had ik echt keihard nee gezegd.”