Resultaten dwingen Sun tot ingrijpen
De eerste aanzet daartoe is dat de onderneming zijn divisies ‘managed services’ en ‘utility computing’ onder één noemer heeft gebracht. De nieuwe gevormde afdeling wordt geleid door Patricia Sueltz, die er eerder in slaagde Sun Services te hervormen van een puur op hardware georiënteerde organisatie in een IT-consultancyservice. Volgens de woordvoerder van Sun in Nederland hebben de aankondigingen in de Verenigde Staten niet direct gevolgen voor de organisatie in Nederland. Hij stelt dat Sun hier al jaren actief is als dienstverlener en dat de belangstelling daarvoor, mede door de nauwere samenwerking met de businesspartners, nu groeiende is. Sun maakt er geen geheim van dat het nieuwe initiatief ten doel heeft de acceptatie van zijn N1-technologie te vergroten. N1, ook wel aangeduid als het virtuele datacenter, is een technologie voor het flexibel benutten van servers, netwerken en opslagsystemen. Door ook als dienstverlener meer naar buiten te treden kan Sun beter concurreren met IBM en HP. Deze aanbieders bieden met achtereenvolgens Grid Computing en Adaptive Enterprise concepten aan vergelijkbaar met N1. Volgens Sun is de onderneming met N1 nu vooral succesvol in de wetenschappelijke wereld, van oudsher een sector waarin het bedrijf goed vertegenwoordigd is. Naast het promoten van N1 hoopt Sun Services ook een rol te gaan spelen op nieuwe terreinen als netwerkbeveiliging en bij het analyseren van softwarecode. Cruciaal Naast het promoten van N1 is uitbreiding van zijn activiteiten op het terrein van dienstverlening nog om een tweede reden cruciaal voor Sun. De onderneming laat al elf kwartalen achtereen matige resultaten zien en heeft behoefte aan een winstmaker. Sun Services was in het vorige kwartaal het enige onderdeel van het bedrijf dat groei realiseerde. De andere delen van het bedrijf moeten keer op keer een teruglopende omzet laten zien terwijl ook de winsten onder druk staan. Sun ligt inmiddels zwaar onder vuur van analisten. In een open brief aan het bedrijf adviseerde Merril Lynch in oktober vorig jaar al om vijf- tot zevenduizend werknemers te ontslaan. Daarnaast drong men aan om een duidelijke strategie te kiezen. Sun zou met het ondersteunen van twee Unix-versies, een voor zijn eigen Ultrasparc-processor en een voor de Intel-lijn, plus nog een Linux-versie een te versnipperd beleid voeren. Bovendien geeft de onderneming aan niet echt veel vertrouwen in Linux te hebben. Zowel Scott McNealy als software-topman Jonathan Schwarz omschrijven Linux als niet geschikt voor bedrijfskritische toepassingen. Dat werd nog eens onderstreept door het besluit vorige week om te stoppen met zijn onder Linux werkende Cobalt-servers. Sun lijfde Cobalt in 2000 in voor 2 miljard dollar. Alternatief De plannen van Sun om zich op te werpen als alternatief voor Microsoft dat volgens McNeally ‘steeds duurdere en meer complexe oplossingen voor de desktopomgeving heeft’ vinden evenmin genade in de ogen van Merril Lynch. Volgens de analist is het niet opportuun om Microsoft te willen verslaan op wat wordt beschouwd als zijn thuisbasis. Daarnaast betogen zij dat Sun zou moeten overwegen de eigen Ultrasparc-processorlijn te verlaten en systemen op basis van Intel-chips te gaan bouwen. Hoewel Sun al systemen op basis van de Intel-architectuur levert, heeft McNeally bij herhaling aangegeven dat het juist de processor is die de betrouwbaarheid en schaalbaarheid van besturingssysteem en applicaties garandeert.