Sun wil kant-en-klare oplossingen leveren
De deal maakt een einde aan een slepende rechtszaak van Sun tegen zijn aartsrivaal uit Redmond. Microsoft betaalt 700 miljoen dollar om de zaak over het misbruik van Microsofts monopoliepositie te schikken. Daarnaast koopt Ballmer voor 900 miljoen het daarbij ontstane patentgeschil af en neemt hij voor nog eens 350 miljoen dollar licenties op diverse Sun-technologieën. Bovendien beloven de twee de komende tien jaar samen te werken om ervoor te zorgen dat hun hard- en software optimaal samenwerkt. Met het nieuws over de schikking verhulde Sun handig de presentatie van slechte kwartaalcijfers. Het verlies is de eerste drie maanden van dit jaar volgens voorlopige cijfers opgelopen tot 750 tot 810 miljoen dollar. In een nieuwe bezuinigingsronde moeten wereldwijd 3300 banen verdwijnen. Bovendien zal softwarebaas Jonathan Schwartz binnen het management de functie van operationeel directeur gaan bekleden - een positie die sinds het vertrek van Ed Zander in juni 2002 vacant was. Sun omschreef de reorganisatie als ‘een van de grootste herpositioneringen van na de internetzeepbel’. Daarmee werd meteen pijnlijk duidelijk hoe klein het belang van de overeenkomst is voor de financiële positie van de serverfabrikant. De verliezen van dit kwartaal nemen al weer een flinke hap uit het bedrag van de schikking. De betalingen van Microsoft voor het gebruik van Suns patenten vormen echter een welkome bron van extra inkomsten. Kritiek Onderwijl neemt de kritiek op Sun toe. De firma slaagt er niet in zich te vestigen op de markt voor Linux-servers - het segment van de servermarkt dat het snelst groeit. Grote deals rond Suns nieuwe softwarebundels voor servers en bureaucomputers blijven uit. En McNealy slaagt er maar niet in de verliezen om te buigen in winst. Na het knappen van de internetzeepbel, waar Sun goede sier wist te maken met zijn internetservers, is de onderneming een nieuwe koers ingeslagen. Sun wil zich positioneren als een leverancier van kant-en-klare oplossingen. Daarvoor trekt CEO McNealy graag de vergelijking met de auto-industrie. Bij het kopen van een auto maakt niemand zich zorgen om zuigerringen die in de motor zitten, als hij maar rijdt. Zo zouden bedrijven zich ook niet langer druk moeten maken over het besturingssysteem van hun servers, of dat nu Linux, Unix of Windows is. De tijd is rijp voor een nieuw soort technologiebedrijf, zo bepleitte CEO McNealy een week voor de aankondiging van de deal met Microsoft tijdens een bijeenkomst voor de internationale media op het hoofdkantoor van Sun. "De technologiesector prijst al 25 jaar lang afzonderlijke onderdelen aan. Niemand vertelt erbij wat het kost om dat allemaal te assembleren en te testen. Niemand koopt een telefoonswitch of vliegtuig op de manier waarop we computersystemen bouwen." Anders McNealy beweerde dat als hij vandaag Sun Microsystems zou oprichten, hij twee dingen anders zou doen. "Ik zou elke werknemer vertellen dat hij een e-mailadres moet nemen bij Yahoo! Dat kost me niets en het verandert niets aan de manier waarop wij zakendoen. Ten tweede zou ik mijn bedrijfssoftware anders inrichten. Wij gebruiken nu ERP van Oracle waarin we 1500 aanpassingen hebben gemaakt. Ik zou naar Salesforce.com stappen. Die hebben duizenden klanten die via internet hun bedrijfssoftware gebruiken. Als je Salesforce.com vraagt om een optie toe te voegen, zeggen ze simpelweg ‘nee’. Als ik het telefoonbedrijf opbel met de vraag of zij een optie willen toevoegen krijg je hetzelfde antwoord. En toch is er niemand die zijn eigen telefoonnetwerk bouwt, terwijl iedereen sleutelt aan zijn bedrijfssoftware." Recente aankondigingen van Sun Microsystems illustreren deze strategie. Sinds vorig najaar levert de fabrikant zogenaamde referentie-architecturen: kant-en-klare systemen die zijn ontworpen voor veelvoorkomende toepassingen zoals ‘mainframe rehosting’ en business intelligence. Deze architecturen vormen de kant-en-klare auto’s waar McNealy het over heeft, waar een Dell-server slechts een ‘losse zuigerring’ vormt. En zoals de ware hobbyist bij een auto naar believen kan sleutelen, kan hij ook bij Suns architecturen naar believen onderdelen en uitwisselen. Maar het is McNealy’s overtuiging dat de meerderheid dat helemaal niet wil, of ten minste niet zou moeten willen. In datzelfde rijtje passen ook Suns softwarebundels. Eind vorig jaar kondigde de onderneming aan dat het diverse applicaties gaat bundelen in een aantal suites. Het Java Enterprise System (JES) omvat middleware zoals een applicatieserver, kalenderserver en identiteitsserver. Het Java Desktop System (JDS) omvat onder meer een browser, tekstverwerker en het Linux-besturingssysteem. De prijs van deze pakketten moet klanten over de streep trekken: beide pakketten kosten 100 dollar per werknemer per jaar. De verkopen van de softwarebundels komen echter maar langzaam van de grond. Sun geeft geen omzetcijfers van de bundels, maar wil wel zeggen dat er in de eerste dertig dagen na de officiële bekendmaking honderdduizend licenties van het Java Enterprise System zijn verkocht. We moeten er echter rekening mee houden dat het hier uitsluitend gaat om gebruikers die zijn overstapt op het goedkopere licentiesysteem. Nieuwe gebruikers zullen nooit zonder een uitgebreide test (en dus binnen dertig dagen) overstappen op nieuwe software. Over het binnenhalen van nieuwe klanten, doet Jonathan Schwartz schimmig. Schwartz is hoofd van de softwaredivisie en sinds vrijdag 2 april de nieuwe chief operations officer, zeg maar de tweede man van Sun. "In het Westen zijn veel bedrijven zo dom om 500 dollar te betalen voor een desktopsysteem", lichtte Schwartz tijdens de persbijeenkomst van eind maart toe. "Maar bij universiteiten, callcentra en productiebedrijven zien we veel interesse. We zijn nu bezig met vijfhonderd pilotprojecten in diverse sectoren." De honderdduizend JES-licenties leveren Sun 10 miljoen dollar per jaar op. Voor een bedrijf dat per jaar zo’n 11 miljard dollar omzet, is dat kruimelwerk. Maar de software helpt weer om hardware te verkopen, benadrukt Schwartz. "Wij zien software als een manier om de verkopen van onze hardware te stimuleren en andersom. We hebben begin dit jaar een marketingprogramma gelanceerd waarbij je een gratis server krijgt als je voor 1499 dollar per jaar een licentie neemt op onze ontwikkelaarsoftware. RedHat en Dell kunnen daar niet tegen concurreren." Om de nieuwe strategie mogelijk te maken, moest ook het hardwareaanbod op de schop. McNealy begrijpt namelijk ook wel dat de wereld niet zal standaardiseren op systemen met Solaris en Suns Sparc-processor. Daarom introduceerde hij in augustus 2002 een server die gebruikmaakt van Intels Xeon-processor en daarmee uitstekend geschikt zou zijn voor Linux-toepassingen. Deze systemen vormden Suns antwoord op de opmars van Dell, maar de introductie liep uit op een flop. Klanten twijfelden aan Suns toewijding aan de Xeon, en zij kregen vorig jaar november gelijk. Toen verruilde Sun de Xeon alweer voor AMD’s Opteron-processor. De Xeon-systemen van Sun zijn nog altijd niet terug te vinden in de verkoopstaatjes van marktonderzoekers zoals IDC. De Opteron-systemen zijn nog maar enkele weken daadwerkelijk op de markt. Helpen Hier zou de schikking met Microsoft wel eens kunnen helpen. Want hoewel Sun altijd beweerd heeft voor elk probleem een oplossing te bieden, mist het producten die goed samenwerken met software van Microsoft. Als onderdeel van het vredesverdrag, hebben de twee kemphanen toegezegd dat zij elkaars producten beter op elkaar gaan laten aansluiten. In de toekomst werkt.Net met Java en Windows met Solaris zonder dat de gebruiker daar halsbrekende toeren voor hoeft uit te halen. En wie weet zal Sun zelfs binnenkort servers leveren met Windows Server 2003. Want hoe hard de bedrijfstop altijd heeft bezworen dat het dat nooit zou doen, na vrijdag 2 april lijkt niets meer onmogelijk. Het zou in ieder geval een logische stap zijn voor een bedrijf dat pretendeert producten te verkopen die een probleem oplossen, zonder religieus fanatisme over wie de hard- of software heeft ontworpen. CEO Scott McNealy van Sun Microsystems: "Als ik vandaag Sun zou oprichten, zou ik elke werknemer een e-mailadres bij Yahoo! laten gebruiken en zou ik mijn bedrijfssoftware anders inrichten." foto: reuters