Hoogervorst buigt niet voor IT’ers

Zij doen daarom niet mee aan de ‘Proof of Concept’ (PoC), zoals het ministerie de test met de landelijke verwijsindex noemt. Het gevolg is dat de partijen die wel meedoen slechts 10 procent van de markt vertegenwoordigen en de proef dus niet representatief is. Bovendien ontbreekt volgens de aanbieders een migratieplan om van de huidige communicatiestructuren op basis van de OZIS-standaard te komen tot de nieuwe AORTA-infrastructuur. "Met OZIS kunnen apothekers nu meer controles uitvoeren op bijvoorbeeld contra-indicatie dan straks met de AORTA-systematiek", schetst Robi Nederlof, directeur van OIZ-lid PharmaPartners, de obstakels waar zijn klanten mee te maken krijgen. Die zorgaanbieders lijken bovendien de rekening gepresenteerd te krijgen van deze omwenteling in het zorgstelsel. Nederlof: "Een businesscase die inzicht geeft in kosten en besparingen is toegezegd door VWS maar de status daarvan is onduidelijk." Volgens OIZ-voorzitter Marcel van Loosbroek is er geen onwil bij de ICT-aanbieders. Er is veelvuldig overleg geweest en er zijn alternatieven aangedragen. "Die zijn echter genegeerd." Hoogervorst zegt dat de PoC-deelnemers niet 10, maar 30 procent van de markt representeren. Een hoog percentage is bovendien niet nodig, want het doel van de proef is aan te tonen dat het systeem werkt. "De partijen die niet meedoen houden wij op de hoogte van de ervaringen", zegt Hoogervorst. De businesscase komt vlak na 1 september beschikbaar, belooft de minister. Hij heeft er vertrouwen in dat de kosten meevallen en de besparingen ruim zijn. Van lastenverzwaring bij de zorgaanbieders is dus geen sprake. Een migratieplan is bovendien al gemaakt. Geen problemen De kritiek dat de aanpassingen te bewerkelijk zijn, legt hij naast zich neer. "De elf deelnemers hebben daar ook geen problemen mee. Ik kan me voorstellen dat de grote aanbieders ook commerciële belangen hebben bij het zo lang mogelijk operationeel houden van winstgevende systemen." PvdA-parlementariër Anja Timmer merkt op dat de minister bij een eventuele vertraging niet meer kan aankomen met aanbieders die niet op tijd leveren. Hoogervorst benadrukt dat hij geen eindverantwoordelijkheid heeft over het project, slechts over de regie. Hij gaat elke drie maanden een lijst publiceren van de aanbieders die hun producten gereed hebben.