A+certificaat is nog steeds niet populair
Dat is niet veel voor een ITopleiding van het allerlaagste niveau, temeer omdat grote ondernemingen als Microsoft, Novell en Cisco, A+ graag als uitgangspunt nemen voor hun eigen certificatietrajecten tot MCSE (Microsoft Certified Systems Engineer), CNA (Certified Novell Administrator) en CCNA (Cisco Certified Network Associate). Sentiment De reden voor de terughoudenheid ten aanzien van A+ in Nederland is onduidelijk. Mogelijk speelt het sentiment dat er een Amerikaanse standaard wordt opgedrongen een rol. In een poging de belangstelling onder grotere groepen beginnende IT’ers op te wekken, komt er eind deze maand een Nederlandstalige versie van het computerexamen voor A+. Rudolf Tegelaar is regionaal vertegenwoordiger van CompTIA, de Amerikaanse brancheorganisatie achter A+ en een aantal andere leveranciersonafhankelijke ICT certificaten. Tegelaar is weliswaar niet tevreden over het aantal gecertificeerden in Nederland, maar zoekt de oorzaak vooral in het huidige economische klimaat. "De vraag naar A+certificaten stagneert, maar dat komt doordat de hele ITopleidingenmarkt in het slob zit door de recessie." Tegelaar signaleert een trend dat bedrijven wel hun medewerkers de A+opleiding laten volgen, maar het kennelijk niet belangrijk vinden dat ze ook het A+certificaat halen. Welke bedrijven dat zijn, kan Tegelaar niet zeggen en welke argumenten die ondernemingen daarvoor geven, weet hij niet. "Steeds meer grote Nederlandse bedrijven als Getronics, Randstad ICT, OceTechnologies, de Belastingdienst en Minolta gebruiken de cursus als startpunt voor de opleiding van hun technici. Of bieden de mogelijkheid vrijwillig het A+certificaat te halen. Dus het draagvlak voor A+ groeit wel degelijk." Bij Getronics hebben sinds 1999 ruim driehonderd medewerkers het A+certificaat gehaald. Jeroen Aarts, manager training en development van Getronics: "Wij certificeren voor A+, niet alleen omdat onze klanten dat verwachten, maar ook omdat het een goede basis is voor de vakinhoudelijke groei van de medewerkers. Omdat de ontwikkelingen snel gaan, is solide basiskennis van groot belang. Als het A+examen ook Nederlandstalig beschikbaar komt, verwachten we dat A+ voor een grotere doelgroep binnen onze onderneming toegankelijk wordt. Denk bijvoorbeeld aan de interne doorstroom van monteurs van onze bekabelingsinfrastructuurdiensten naar fullservice ICTdienstverlening." Makkelijker "Vertaling naar het Nederlands maken de leertrajecten makkelijker en vooral toegankelijker voor onze ICT’ers", zegt Michiel Ris, marketingmanager van Randstad ICT. Nu de kennis van de Engelse taal geen rol meer speelt, verwacht ik dat onze slagingspercentages omhoog gaan en evaluatiegesprekken zinvoller worden." Rudolf Tegelaar denkt dat de behoefte aan certificatie toeneemt nu de arbeidsmarkt ruimer wordt. "Toen de arbeidsmarkt krap was, hadden ICT’ers het niet nodig om certificaten te halen. Voor werkgevers was de kennis die iemand bezat voldoende om een IT’er in te zetten. Nu is er weer meer tijd." Volgens Annemarie Bosschaart, woordvoerster van Exin, neemt de belangstelling voor certificaten toe. "Dat komt doordat werkgevers meer dan vroeger inzicht willen hebben in het rendement van de cursussen waar ze hun medewerkers naartoe sturen. De kandidaten zelf zien het voordeel vooral in de aantoonbaarheid van hun verworven kennis door middel van een certificaat. Werkgevers kunnen vandaag de dag immers selectiever zijn dan voorheen." Die redenering gaat kennelijk niet op voor A+, want Tegelaar ziet de vraag naar A+ stagneren. Goedkoop is het A+certificaat overigens niet. Een kandidaat moet twee examens afleggen die per stuk 157 euro kosten. Wie geen enkele vorm van cursusmateriaal aanschaft, is minimaal 314 euro kwijt voor het A+papiertje.