Betrouwbaarheid basis registratie blijkt onbekend
De gegevenskwaliteit van de GBA komt periodiek via alarmerende berichten in de publiciteit, zoals in juni, toen Amsterdam een publiekscampagne startte omdat niet minder dan honderdduizend inwoners op een ander adres zouden wonen dan waarmee ze bij de gemeente staan geregistreerd. Van ruim 13 procent van de hoofdstedelijke bevolking zou dit superbasisgegeven dus onjuist in de GBA staan. Het PvdA-Kamerlid Pierre Heijnen, eerder acht jaar wethouder van Den Haag, informeerde onlangs bij die gemeente en kreeg te horen dat bijna 28 procent van de adressen daar niet klopte. Ontvangers van GBA-gegevens zouden de juistheid elders verifiëren. Met Eddy Bilder (CDA) had hij vorig najaar een motie aangenomen gekregen, die meer dan 1 procent fouten in de GBA ontoelaatbaar noemde en van de regering een ‘GBA-actieplan’ verlangde om “de betrouwbaarheid van de GBA op het gewenste niveau te brengen”. In juni heeft staatssecretaris Bijleveld een brief van zeven pagina’s naar de Tweede Kamer gestuurd, maar die kwalificeerde dat stuk vorige week als een aardige inleiding, die echter nog wel gevolgd moet worden door een beschrijving van concrete stappen. Het gaat om de betrouwbaarheid van het belangrijkste onderdeel van het stelsel van basisregistraties, waarvan de hele publieke sector zich afhankelijk moet maken, maar Bijleveld legt weinig gevoel van urgentie aan de dag, vonden PvdA, CDA, VVD en SP.Het had hun ook verbaasd dat ze geen percentage had genoemd als foutenmarge en dus ook geen termijn waarop ze als doel gehaald wilde zien dat gemeenten daarbinnen blijven. In het debat vorig najaar, aanleiding voor de motie van Heijnen en Bilder, had Bijleveld gezegd dat het foutenpercentage in de GBA op 3 à 4 procent lag. Dat in haar plan nu een percentage ontbrak, bracht Heijnen tot de vraag of Bijleveld dat cijfer dan ‘uit haar mouw geschud’ danwel ‘maar wat geroepen’ had. Daar kwam het wel op neer, bleek uit Bijlevelds antwoord. Ze voelde wel degelijk urgentie, maar was bij de voorbereiding van haar plan op ‘complicaties’ gestuit. Het vorig jaar genoemde foutencijfer was gebaseerd op onderzoek uit 1998 en 2002 toen 97 procent van de GBA-gegevens bleek te kloppen. Maar voor het heden was het meer een slag in de lucht, bekende ze. “Er is onvoldoende cijfermatig inzicht in de betrouwbaarheid van de GBA. Daarover hebben we onvoldoende materiaal.” Bijleveld gaat nu een nulmeting doen in de vorm van een ‘representatieve steekproef’ uit GBA-V, het centrale verstrekkingssysteem met alle gemeentelijke bevolkingsbestanden. “Hoe bestáát het,” liet Heijnen zich vervolgens ontvallen.Bijleveld erkende dat haar Kamerbrief een lange inleiding had, maar toch ook negen maatregelen opsomde. Zoals de aanwijzing van de GBA als basisregistratie met terugmeldverplichting, de modernisering van de GBA (ligt stil wegens onvoorziene complexiteit en financieringsperikelen) en een knelpunteninventarisatie. Daarvoor was 20 augustus een bijeenkomst op haar ministerie gehouden, maar dat was volgens de staatssecretaris te kort geleden om iets over de uitkomst te zeggen. Toch is er al een verslag met een bijlage, die 94 knelpunten annex verbetersuggesties beschrijft. Zo merkte iemand op dat een kwart van de gevallen niet is op te lossen; dan blijft een adres ‘in onderzoek’ staan. Tot Bijlevelds maatregelen behoren ook bestuurlijke boetes (voor burgers die zich niet adequaat laten inschrijven; wetsvoorstel komt volgend voorjaar) en de opstelling van kwaliteitsnormen, waartegen gemeenten kunnen worden geauditeerd. Willibrord van Beek (VVD) vond het maatregelen die horen bij een situatie “waarin 98 procent goed is” en om de gegevenskwaliteit op peil te houden. Maar over een aanpak om de achterblijvende kwaliteit op peil te brengen, had hij te weinig gehoord.Er bestaan al GBA-audits waarbij alle gemeenten elke drie jaar worden getoetst op de onderdelen bestandsinhoud, verwerkingsprocessen en privacymaatregelen. Alle gemeenten zijn al tweemaal aan de beurt geweest; sinds midden 2007 loopt de derde cyclus. PricewaterhouseCoopers Advisory en KEMA Quality (die laatste in samenwerking met BMC) voeren de audits uit. Automatisering Gids heeft eind augustus gevraagd naar de uitkomsten van de eerste twee auditcycli, maar een woordvoerder van Binnenlandse Zaken, waar BPR onder valt, was er tot woensdag niet in geslaagd daar cijfers los te krijgen. “Ik beproef dat BPR heel terughoudend is en probeer dat weg te masseren.” Intussen is wel duidelijk dat de tot nu toe gehanteerde aanpak niet werkt. Die zegt iets over een ‘administratieve werkelijkheid’, terwijl juist zekerheid is gewenst omtrent de feitelijke situatie. Bijleveld laat nu onderzoek doen naar kwaliteitsnormen als basis voor een ‘beleidskader’ voor een vernieuwde audit. Wat PvdA-Kamerlid Heijnen betreft mag ze onmiddellijk beginnen om in de grote gemeenten een wijk te kiezen en huis aan huis te checken of de GBA klopt.