Biometrie in opmars in de zorgsector_
De smartcard herbergt twee chips. Eén voor de opslag van het tot ‘template’ gecodeerde biometrisch kenmerk (hier het vingerhuidpatroon) en een tweede voor ‘zorginformatie’, zoals de medicatie. De arts schrijft voor op stofnaam, de apotheker verstrekt op merknaam en het is voor de arts van belang dat merk te weten met het oog op reacties die bijvoorbeeld een daarin aangewend bindmiddel met andere medicijnen kan aangaan. Als een patiënt in het ziekenhuis de opgeslagen vingertemplate laat vergelijken met zijn op dat moment te scannen vingertop (waardoor komt vast te staan dat de kaartinformatie echt die persoon betreft), kan de arts de gegevens kopiëren naar zijn elektronisch patiëntendossier. De pas, daartoe gestoken in een speciaal ontwikkeld apparaatje, herinnert de vergeetachtige oudere patiënt met een signaal eraan dat het tijd is voor zijn pillen. Apothekers werken aan koppeling naar de backoffice om optimaal van de mogelijkheden te profiteren. Bijzonder is dat de vingerscanner zich op de pas bevindt, waardoor arts noch apotheek een aparte biometrielezer nodig heeft. Twee Leidse ziekenhuizen participeren in het project met een aantal patiënten dat naar verwachting van projectleider Wim Kuling oploopt tot 150. Gestart is met drie apotheken in Alphen aan den Rijn. Daar komen er nu negentien bij in de Leidse regio en nog eens twaalf in de Kust en Bollenstreek, tezamen goed voor driehonderd patiënten. Kuling kondigde aan dat Zorg en Zekerheid broedt op uitbreiding naar andere cliëntencategorieën, zoals diabetici en GGZpatiënten. Ook wil hij biometrische identiteitsverificatie inzetten voor nieuwe toepassingen. De circa 1 miljoen documenten die jaarlijks heen en weer gaan tussen de zorgverzekeraar en tweehonderd tandartsen, wil hij kwijt door een ‘Dental Web’ te introduceren. Wanneer een tandarts zich met een biometrisch pasje aan het systeem bekendmaakt, kan hij zijn declaratie plaatsen en later de administratieve afwikkeling volgen. Kuling sloot aan bij de actualiteit door ook de fraudebestrijding aan te kaarten. Het College Toezicht Zorgverzekeringen pleitte onlangs in een advies aan minister De Geus voor een identificatieplicht in ziekenhuizen. Het CTZ vindt chipkaarttechnologie met biometrie daarvoor het meest geschikt, maar op korte termijn niet haalbaar. Zorg en Zekerheid is er echter klaar voor. "Zorg alleen na verificatie van identiteit en verzekeringsrecht", aldus Kuling. Zorg en Zekerheid neemt dit jaar een beslissing om dan eventueel medio volgend jaar ermee te starten. Database De Landelijke Vereniging van Traumacentra maakt ook gebruik van biometrie. Met een chipkaart en vingerafdruk krijgen geautoriseerde hulpverleners op afdelingen Spoedeisende Hulp toegang tot een centrale database om patiënteninformatie op te slaan ten behoeve van latere raadpleging, eventueel door andere hulpverleners. Het systeem ondersteunt zo de communicatie tussen de centra en stelt het ministerie van Volksgezondheid in staat om de traumahulpverlening te monitoren en het departement van Verkeer en Waterstaat om een ongevallenregistratie bij te houden. Bij calamiteiten ondersteunt het de GHOR sector (Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen) bij de triage en kunnen naams of persoonsverwisselingen worden vermeden. Het systeem is nu in twee ziekenhuizen operationeel, maar zal volgens Luc Taal worden opgeschaald naar alle 85 afdelingen Spoedeisende Hulp in Nederland. Ook wordt gedacht aan een mobiele variant, waardoor vanaf de ongevalsplek een vooraanmelding kan worden gedaan en optimaal geprofiteerd kan worden van het ‘golden hour’, waarin snel routeren naar een juiste behandellocatie de levenskansen fors vergroot. Naast Parkinsonpatiënten en traumahulpverleners krijgen ook drugsverslaafden een biochipkaart op zak. Daartoe zijn de ministeries van BZK, Justitie en Volksgezondheid vanaf 1998 bezig met het LCMR project, dat een Landelijke Centrale Middelen Registratie moet opleveren. Van deze doelgroep worden voor de zekerheid twee tot vier vingerafdrukken genomen. Dat moet waarborgen dat alleen daartoe gerechtigde personen methadon ontvangen en op termijn ook (in speciale projecten) heroïne, dat alles tevens in de juiste dosering. Na proeven in Zwolle en Den Helder start in mei de landelijke invoering. Volgens projectleider Hubert Groen worden tot midden volgend jaar zo’n 250 uitgiftelocaties ermee uitgerust. Methadonposten worden momenteel gefrequenteerd door zo’n 15 duizend verslaafden, het systeem heeft capaciteit voor 30 duizend. Tijdens de NBFbijeenkomst bleek dat het nog veel tasten en zoeken is voor wie biometrie wil invoeren. Wim Kuling had een centraal aanspreekpunt gemist (en wellicht nu in het NBF gevonden). "Er is veel en er is ook veel niet, maar in elk geval schort het aan coördinatie." Het ontbreken van normen en standaarden had hem vele hoofdbrekens gekost. Het Nationaal ICT Instituut in de Zorg (Nictiz) is actief op dat punt, maar de vele rapporten en talrijke overleggroepen stemden Kuling ‘niet hoopvol’.