Ecatalogus helpt handel in plastic pijpen en fittingen
Wavin maakt onder andere rioolsystemen en gas en waterdistributiesystemen en de specificaties daarvan zijn over het algemeen gebonden aan lokale normen en regels. "Een buis die je maakt in Duitsland, kun je vaak niet gebruiken in Nederland of in Denemarken. Er gelden andere maten, andere drukverschillen en dus andere eisen" zegt GertJan Maasdam, director ebusiness van Wavin. Afgezien daarvan zou het internationale transport van bijvoorbeeld rioolbuizen ook relatief te duur worden. Dergelijke factoren verklaren grotendeels het decentrale karakter van Wavin. Voor ruim eenderde van de artikelen van Wavin bestaat er echter wel degelijk een Europese markt. Op die producten richt zich de interne elektronische marktplaats die Wavin heeft opgezet. "Veel producten maken we op één plaats en verkopen we in andere landen. Allerlei koppelstukken die een klein volume en een grotere waarde hebben, die kun je door heel Eropa versturen. Dan zijn de schaalvoordelen er zeker." Een centrale ITregie bestond bij de aanvang van het project, twee jaar gelden, nauwelijks. "Er werd heel erg lokaal bepaald wat er gedaan werd op het internet en dat beperkte zich tot de presentatie van het bedrijf en statische productinformatie." Alleen de Scandinavische werkmaatschappij was al bezig met aanbieden van transactiefunctionaliteit. De daar opgedane kennis kwam meteen van pas. Eind 2000 werd besloten de duizenden artikelen van de productievestigingen in een eenduidige database te zetten om de onderlinge handel te stroomlijnen. Het resultaat is nu een interne virtuele marktplaats voor de handel tussen de zusterbedrijven uit de Wavinstal. "En we zijn net met de externe fase begonnen", zegt Maasdam. Twee externe leveranciers (groothandels) zijn inmiddels aangesloten op Wavin Xchange en in december volgt de eerste grote directe afnemer. Leerproces Keihard aantoonbare procesverbeteringen zijn nog niet aan de orde. De handel binnen Wavin is uiteindelijk ook niet datgene wat de grote voordelen moet opleveren. Maasdam: "Je kunt pas echt gaan meten als je een fors volume van externen via de marktplaats kunt laten lopen. Je ziet nu wel veel meer kruisbestuiving tussen de Wavinvestigingen. Logisiteke managers wisselen al ideeën uit om beter met elkaar samen te werken." Onder de klanten, nutsbedrijven, weg en waterbouw en de bouw en installatiebranche onderscheidt Wavin twee doelgroepen. Enerzijds zijn er de indirecte klanten, zoals loodgieters die Wavinproducten bij een grote bouwhandel betrekken of architecten die Wavinproducten voorschrijven in hun ontwerp. "Die gaan we via de publieke website de catalogus voorzetten, waarin niet alleen de productinformatie zelf beschikbaar is, maar ook alle aan het product gerelateerde technische normen en installatiehandleidingen." Via de site worden ook design en calculatieprogramma’s aangeboden, bijvoorbeeld voor een vloerverwarming, waarmee een loodgieter een complete bestellijst voor de distributeur kan samenstellen. Wavin Xchange is de marktplaats voor de Wavinvestigingen, de groothandels en de grote klanten. Daarbij gaat het erom zo efficiënt en comfortabel mogelijk zaken te doen. Catalogus cruciaal Het centrale systeem is niet opgezet met software van een typische marktplaatsleverancier, zoals Commerce One of Ariba, maar met een CRMachtig pakket van Blue Martini. "Dat is vooral vanwege de catalogusfunctionaliteit. De complexiteit en omvang van de catalogus is bij ons een veel kritischer proces dan het Xchangeverhaal." De feitelijke marktplaats is gebouwd door Andersen Consulting, die ook als implementator optrad. In ITopzicht vindt Maasdam de integratie met de zeven verschillende ERPpakketten die de tien grootste Europese vestigingen in gebruik hebben de lastigste klus. Voor elk van die pakketten "SAP, Baan, BPCS, noem maar op" moest een interface worden gebouwd, waarin de bestelprocedure en de financiële en logistieke afhandeling via Wavin Xchange gestalte krijgt. "Het testen daarvan kost erg veel tijd." Ook als er in de toekomst nieuwe handelspartners toegang krijgen tot de marktplaats zit in die integratie volgens Maasdam het meeste werk. Met de middelware MQSeries hoopt Maasdam de integratie wat te vergemakkelijken. Op 1 december moeten de 17.000 intern verhandelde artikelen allemaal in de centrale database zitten en uiteindelijk alle meer dan 40.000 producten. Het is een enorm bestand: digitale tekeningen, een digitale foto, plus de gerelateerde technische documenten in 17 talen. Over de 54 te gebruiken standaardattributen is tevoren lang overlegd. De landenvestigingen beheren zelf hun producten in de centrale database. "Daar hebben we een hele set van regels voor afgesproken. Dat gaat tot op heden goed."