Energie-switch niet rimpelloos te maken
Als consumenten op 1 juli daadwerkelijk van stroom- en gasleverancier moeten kunnen wisselen, is ook voor hen de gebrekkige administratie van gebruikersgegevens een complicerende factor. Dat is tevens een belangrijke kanttekening die EnergieNed (Federatie van Energiebedrijven in Nederland) maakt. De branchevereniging - sterk voorstander van liberalisering - vermeldt in een op zichzelf optimistische tussenrapportage dat de gegevens waarover de leveranciers nu beschikken niet goed op orde zijn. De ‘aansluitingenregisters’ die de 14 miljoen gas- en elektriciteitsaansluitingen identificeren, zijn vervuild geraakt, vooral door de recente fusies. De energiebedrijven staan momenteel hoog in de klachtenranglijst van de Consumentenbond en echt beter wordt het niet, aldus een woordvoerster. Meestal kloppen de rekeningen niet. De gegevensproblemen uiten zich bijvoorbeeld ook met het regelmatig aanbieden van groene stroom aan consumenten, terwijl ze al ‘groenestroomgebruiker’ zijn. Theo Fens, auteur van het jaarlijkse rapport ‘Trends in Energy’ van Cap Gemini Ernst & Young (CGE&Y), heeft ook die ervaring. Hij denkt dat het nog heel spannend wordt of de energiebedrijven hun administraties daadwerkelijk tijdig op orde krijgen. "We hebben bij CGE&Y net de laatste hand gelegd aan Trends in Energy 2004. En het blijkt dat er toch wel wat zorgpunten zijn over die administratieve last. We hebben daarover het halve boekje volgeschreven, naar aanleiding van onderzoek." Chris Verhoef, hoogleraar Informatica aan de VU, omschrijft het probleem fundamenteel: "De aansluitingen zijn in de IT afgezonken in termen van ‘aansluitingen’, niet van ‘klanten’." Theo de Bruin, manager ICT van Eneco, bevestigt de ‘mega-uitdaging’ van de energiebedrijven. De ontbundeling van de marktrollen heeft volgens hem grote consequenties voor de IT. "Daarbij ontstaat een datastroom die er vroeger niet was en dan worden aan de datakwaliteit veel hogere eisen gesteld." Volgens De Bruin zullen de systemen bij Eneco technisch wel tijdig af zijn, maar is waarschijnlijk de zuiverheid van de gebruikersgegevens het grootste probleem. "We doen al veel programma’s op dat vlak maar het mag duidelijk zijn dat dat niet echt een eenvoudige klus is. Persoonlijk verwacht ik niet zo’n heel erg rimpelloze overgang." Fens pleit er overigens voor de hele operatie ook eens van de andere kant te bekijken. "De liberalisering moet ook zijn kans krijgen. In 1998 is men begonnen met het liberaliseren. Je hebt nu het fusieleed en de integratie van de gegevensbestanden en vervolgens gaat de markt open, wat dus de hele sector aangaat. En dan is de regelgeving ook nog aan verandering onderhavig. Het is eigenlijk best knap dat de energiebedrijven toch nog in staat zijn rekeningen uit te sturen, zij het soms verkeerde. Er zijn niet zoveel bedrijven van die orde die dat presteren." Fens pleitte vorig jaar voor een soort centraal register om onder andere het switchen tussen leveranciers te vergemakkelijken en noemt de Belastingdienst als voorbeeld. "Iedere Nederlander heeft een sofi-nummer en daardoor gaat het zelden mis bij de Belastingdienst. Eventuele administratieve mismatches zijn dan in dergelijke centrale systemen makkelijk te herleiden." Fens zegt met de grote energiebedrijven daarover in gesprek te zijn. "Je kunt daarbij niet over één nacht ijs gaan. Als je dergelijke veranderingen wilt bewerkstelligen betekent dat namelijk een heel andere manier van inrichten van je bedrijf. Maar de voordelen zijn navenant. Je kunt dan ook zowel de back-offices als de front-offices integreren. En daar kun je veel geld mee besparen. In deze business gaat zo’n 15 miljard euro per jaar om en 1 procent besparing tikt dan flink aan."