ICT is aangewezen hulpmiddel om verkeersstromen te dirigeren
Het programma simuleert op grafische wijze verkeersstromen op basis van actuele en historische gegevens. Het kent de bestemming van auto’s die uit een bepaalde richting komen en voorspelt aan de hand van complexe algoritmen het rijgedrag van de automobilist, bijvoorbeeld als er ergens een ongeluk gebeurt. “De grote kracht van dit systeem is dat je kunt anticiperen op filevorming”, legt Metha uit. In combinatie met satellietbeelden worden voertuigen die scheef op de weg staan en het andere verkeer ophouden meteen herkend. Projecten als DynaMIT zijn noodzakelijk, omdat huidige verkeerssystemen verouderd raken. Op dit moment wordt hoofdzakelijk gebruikgemaakt van lussen in het wegdek. Deze systemen meten de aanwezigheid en snelheid waarmee auto’s over de snelweg rijden. Een vertraging in de rijsnelheid wordt door het systeem geïnterpreteerd als filevorming. Daarnaast zijn er op belangrijke knooppunten en bij tunnels camera’s die ongelukken kunnen registreren. “Er is nog weinig volledig geautomatiseerd”, zegt Rob Visscher van Rijkswaterstaat. “Verkeersleiders moeten zelf naar de beelden van camera’s kijken en ook handmatig waarschuwingen voor verkeersborden boven autowegen invoeren. Als er ergens een ongeluk gebeurt waar geen camera’s zijn, wordt dat pas opgemerkt als er een melding binnenkomt of er toevallig een helikopter boven hangt. Eigenlijk ben je dan al te laat om automobilisten voor filevorming te waarschuwen.” Niet gekoppeld Een ander nadeel is dat de verkeerslussen in ons land niet onderling zijn gekoppeld. Er kan wel gewaarschuwd worden voor een file op de A13, maar het verkeer op bijvoorbeeld de A28 krijgt daarover geen informatie. Visscher: “Uiteindelijk willen we alles met elkaar verbinden, maar de infrastructuur is daar nu nog niet klaar voor. Op dit moment beschikt Rijkswaterstaat alleen over een landelijk communicatienetwerk voor keringen, sluizen en bruggen.” Aan een netwerk (VIC-net: Verkeers Informatie en Communicatienetwerk) wordt evenwel hard gewerkt. Als het aan Rijkswaterstaat ligt, krijgt ICT de komende jaren dan ook een prominente rol in het verkeer toebedeeld. Zo is men nu al bezig om voor het jaar 2030 een slim wegdek te ontwikkelen, dat van de nieuwste technieken gebruik zal maken. Een aantal eerder uitgevoerde proefprojecten op dit gebied, zoals automatische voertuiggeleiding en dynamische rijstrookmarkering, wordt de komende jaren nader onderzocht. Dertig jaar vooruitkijken is volgens Rob Visscher noodzakelijk omdat moderne elektronica hooguit vijftien jaar meegaat. “Als we nu niets doen, zitten we straks met een verouderde infrastructuur”, zegt hij. Het Slim Wegdek is één van een reeks van experimenten in het kader van het innovatieprogramma ‘Wegen naar de Toekomst’ van Rijkswaterstaat en maakt gebruik van systemen die door anticipatie, comfort en veiligheid een vlotte doorstroming van slimme voertuigen moeten garanderen. “We hebben mensen vanuit de praktijk, dus ook de weggebruiker zelf, gevraagd om ideeën aan te dragen”, legt Visscher uit. “Voorwaarde was wel dat het realistisch en betaalbaar moest blijven.” Eén van de eerste projecten is ondersteunende signalering voor het ritsen van voertuigen. Langs of op de weg komen ‘lopende lichten’ die de automobilist zoveel mogelijk moeten begeleiden. Visscher: “Ritsen lost het fileprobleem niet op, maar voertuigen kunnen er wel makkelijker door invoegen.” Om de interactie tussen weggebruiker en ritssignalering nader te onderzoeken, worden voorafgaand aan de praktijkproef bij TNO in Soesterberg en op de Universiteit Groningen rijsimulaties gedaan. Visscher: “Een dertigtal gebruikers gaat in een auto zitten die aan computersimulatie-systemen is gekoppeld, waardoor ze beelden van passerende en invoegende voertuigen krijgen te zien.” Als eenmaal duidelijk is welke lichtsignalering het beste werkt, zal worden begonnen met de aanleg van een proefstrook van ongeveer een kilometer. Overigens is nog niet duidelijk waar die proefstrook zal komen. Slimme routes In de toekomst wil Rijkswaterstaat systemen onderzoeken waarmee beter kan worden gewaarschuwd voor files als gevolg van ongelukken. Een van de mogelijkheden is om route-informatie aan een centrale server door te geven, zoals vertrekpunt, bestemming en gewenste aankomsttijd, waarna de server aan de hand van actuele informatie de slimste route kan uitrekenen. De gebruiker krijgt die informatie dan in de auto op een display te zien. In de verre toekomst zou de weg zelfs een veelheid van taken van de weggebruiker kunnen overnemen. In dat verband spreekt men ook wel van co-operative intelligent vehicle highway systems (CIVHS). Rob Visscher van Rijkswaterstaat verwacht niet dat satellietsystemen de voertuiggeleiding geheel zullen overnemen. “Technisch kan het, maar daar staan enorme kosten tegenover, zeker als je elk voertuig individueel wilt aansturen. Ik kom uit de telecommunicatiesector en dan weet je dat voor dit soort grootschalige toepassingen momenteel veel te weinig capaciteit beschikbaar is.” Wel wordt er gekeken naar goedkopere oplossingen om informatie over het rijgedrag van weggebruikers te vergaren. In de Verenigde Staten wil men in plaats van lussen in de weg gebruikmaken van mobiele telefoons om de snelheid en richting van voertuigen te bepalen. Bedrijven als TruePosition gebruiken driehoeksmetingen om uit de signalen van verschillende antennemasten de positie en de richting en snelheid van voertuigen te berekenen. Op dit moment wordt die technologie gebruikt om alarmeringsdiensten snel ter plaatse te kunnen krijgen, maar er gaan steeds meer stemmen op om de technologie breder in te zetten. “We moeten verkeersproblemen veel efficiënter aan gaan pakken”, zegt MIT’s Metha.