Overslaan en naar de inhoud gaan

IT-Management weet wat er omgaat op de werkvloer

- 31 procent: (helemaal) eens
Maatschappij
Shutterstock
Shutterstock

- 31 procent: (helemaal) oneens- 38 procent: neutraal Bij veel stellingen ontlopen de meningen van directie, management, hoger kader, middenkader en uitvoerend personeel elkaar weinig tot niets. De beleving op de vloer wordt goed aangevoeld door de beleidsmakers. Maar daar waar het de portemonnee raakt, ligt de beleving wel uit elkaar.Op de stelling ‘De salarisverhoudingen binnen mijn organisatie zijn eerlijk en consistent’ antwoordt de directie in 16 procent van de gevallen met (helemaal) oneens. Het uitvoerend personeel is het hier met 39 procent (helemaal) mee oneens, en 24 procent is het hier (helemaal) mee eens. Directie is het er juist voor bijna de helft (48 procent) (helemaal) mee eens.De verschillen tussen de ‘werkers’ en ‘kantoorneuzen’ lopen ook uiteen als het gaat over de relatie tussen individuele prestaties en de salarisverhoging (verhouding: 60 procent eens bij directie tegen 40 procent bij uitvoerenden) en de bonus (56 procent tegen 44 procent). De mannen en vrouwen op de werkvloer zijn er niet gerust op dat hun harde werken wordt herkend en beloond door het management/de directie. 29 procent is het (helemaal) eens met de stelling ‘Beter presteren dan de norm wordt herkend en beloond’. Terwijl de directie en het management het hiermee met respectievelijk 60 procent en 61 procent wel (helemaal) eens is.Naarmate de individuele werknemer minder invloed heeft op het resultaat neemt de steun voor een relatie met de bonus af (alle waarnemingen (helemaal) eens). ‘Bonussen behoren gerelateerd te zijn aan prestaties:’- individuele: 75 procent- van de groep: 54 procent- van gehele organisatie: 50 procentDirectie vindt overwerk zonder directe compensatie geen probleem (82 procent (helemaal) eens). Voor bijna 50 procent de uitvoerenden lijkt dit onbespreekbaar (46 procent (helemaal) oneens).Het gaat goed met de scholing en ontwikkeling van vaardigheden en competenties in de ICT-branche. Gemiddeld vier van de vijf werknemers geeft aan zich de afgelopen jaren te hebben ontwikkeld. Een ruime meerderheid (59 procent) ziet de mogelijkheid hiertoe ook als een belangrijke drijfveer om bij de organisatie te blijven werken. Aan de informatie over leerkansen en opleidingsmogelijkheden wil het nog wel eens schorten. Slechts 36 procent van de uitvoerenden geeft aan dat deze informatie goed is.Het is opvallend dat de directeuren die de hoogste functie binnen het bedrijf bezetten fors meer (52 procent (helemaal) eens) mogelijkheden zien om carrière te maken binnen de organisatie dan de laagste in rang (32 procent (helemaal) eens), die veel meer mogelijkheden hebben om door te groeien.Directie en management hebben nog wel iets te leren bij het overdragen van informatie. Hoewel respectievelijk 52 procent en 51 procent het (helemaal) eens is met de stelling ‘Mijn leidinggevende deelt ervaringen waarvan ik kan leren’ wordt dit door de uitvoerenden maar slechts door 34 procent zo ervaren!Dat heeft wellicht hiermee te maken dat maar 52 procent van de medewerkers de langetermijnstrategie en visie van de organisatie begrijpt, tegen 81 procent van de directeuren. Of komt het doordat slechts 26 procent van de uitvoerenden wordt betrokken bij het maken van beslissingen van de organisatie, tegen 73 procent dan de directeuren?60 procent van de directeuren en managers zegt zich te interesseren in het welzijn van de medewerkers. 36 procent van de uitvoerenden geeft aan dit ook als zodanig te ervaren. Dergelijke verschillen zien we ook bij stellingen als ‘De toekomst van de organisatie gaat mij aan het hart’ (84 procent versus 57 procent) en ‘Ik ben gemotiveerd om bij te dragen aan het succes van de organisatie’ (90 procent versus 67 procent).Dat de beleidsmakers het goed bedoelen is helder. De cijfers SFlblaten zien dat zij geloven in hun plannen. De cijfers laten ook zien dat de goede bedoelingen niet altijd begrepen of op de juiste waarde geschat worden. Soms is de oplossing simpel door niet optie A, maar juist optie B te kiezen. Jonge honden zijn minder geïnteresseerd in een goede pensioen- of kinderopvangregeling. Zij willen alleen weten in welke vette bak ze kunnen rijden. De cijfers laten het tegenovergestelde zien. Pensioen wordt met 71 procent en de leasebak met 39 procent als belangrijk gezien.Bezint eer ge begint. Onderzoek naar wat belangrijk is voor de medewerkers leidt vaak tot nieuwe inzichten. Het gaat dan over het verleggen van accenten, die soms zelfs goedkoper blijken te zijn of budgetneutraal kunnen worden uitgevoerd. Het resultaat is altijd beter passende arbeidsvoorwaarden en een grotere tevredenheid van de medewerkers! Harrie Wilkens is vanaf het begin verantwoordelijk voor de AG-Berenschot SalarySurvey. Hij is consultant bij Berenschot op het gebied van beloningsvraagstukken en benchmarks arbeidsvoorwaarden.

Lees dit PRO artikel gratis

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

  • Toegang tot 3 PRO artikelen per maand
  • Inclusief CTO interviews, podcasts, digitale specials en whitepapers
  • Blijf up-to-date over de laatste ontwikkelingen in en rond tech

Bevestig jouw e-mailadres

We hebben de bevestigingsmail naar %email% gestuurd.

Geen bevestigingsmail ontvangen? Controleer je spam folder. Niet in de spam, klik dan hier om een account aan te maken.

Er is iets mis gegaan

Helaas konden we op dit moment geen account voor je aanmaken. Probeer het later nog eens.

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in