KKK

Hoewel ze waren uitgenodigd om vooral zelf een input te leveren voor dat platform, deed Gerard Kleisterlee, Philips’ topman en prominent lid van het innovatieplatform, een boekje open over waar het wat hem betreft vooral om moet gaan bij het innoveren van de bijdrage die Nederlandse wetenschappers kunnen leveren aan onze kenniseconomie. Het gaat volgens Kleisterlee om ‘gedrevenheid, doorzettingsvermogen en durf. Om de wil om uit te blinken, om te winnen en om rijk te worden. Om Kennis, Kunde en Kassa!’ Fundamenteel onderzoek waarvan niet meteen vaststaat of de resultaten ook kunnen worden geëxploiteerd, wordt in die visie niet gezien als ‘innoverend’. Een enkele wetenschapper sputterde nog tegen dat ‘wetenschap ook betekent dat je een veld in loopt met de kans om de dochter van de boer tegen te komen’, maar dat bleek zeker geen algemeen gevoelen. De drie K’s van Kleisterlee lijken vooralsnog maatgevend voor de aanpak die het platform gaat kiezen. Natuurlijk is het raadzaam de wetenschappelijke inspanningen zo veel mogelijk te laten aansluiten bij de R&D-inspanningen van bedrijven, maar daarbij groeit het risico dat het fundamenteel onderzoek in de verdrukking raakt. De twee Nederlandse Nobelprijswinnaars, ook aanwezig in de Ridderzaal, moeten zo hun eigen gedachten hebben gehad bij de ontboezemingen van Kleisterlee. Inmiddels lijkt ook in de praktijk zijn adagium zoveel weerklank te hebben gevonden dat Nederlandse wetenschappers die zich bezighouden met fundamenteel software-onderzoek, nota bene in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven, zich openlijk afvragen of hun werk nog wel van belang wordt geacht voor de Nederlandse economische ontwikkeling op langere termijn. Hoe zat dat ook weer met dat kind en het badwater?