Om de duvel niet oud: Hans Appel
Toen ik thuiskwam zei ik tegen mijn vrouw: dat wil ik ook! Mensen van 50 die zeggen ‘ik ga afbouwen’, daar kan ik he-le-maal niet tegen.”
Voorlopig wijst niets erop dat het anders zal lopen. Appel, nu zo’n kleine tien jaar chief technology officer bij Sun Microsystems in Nederland, heeft een passie voor technologie, informatietechnologie in het bijzonder.
Bezieling
Als lector aan de Hanzehogeschool in Groningen probeert hij die bezieling over te brengen op studenten: een opvatting over IT die verder gaat dan ‘boekhouden’ met SAP of Baan. Over de horizon kijken. “De studenten werken in multidisciplinaire teams, en komen altijd weer met nieuwe, uitdagende ideeën. Daarom vind ik het werken met jongeren zo ontzettend belonend. In Nederland hebben we mensen genoeg met kennis van zaken en talent. Er is in zakelijk opzicht tolerantie voor ‘wilde plannen’. Het Tayloriaanse werk verdwijnt naar Polen, en Nederland wordt een creativiteits-distributieland. Dat is wel even iets anders dan een lijntje door de Betuwe.”
Appel kwam na een studie electrotechniek in de IT terecht. Eerst bij Sperry-Univac, later bij Wang en daarna Apple en nu uiteindelijk bij Sun Microsystems. “Besturingssystemen moesten nog uitgevonden worden toen ik begon”. In het werk ontdekte hij dat hij ‘aardig kon communiceren, op de KIJK-manier’. “Mensen dingen uitleggen en op ideeën brengen. Het leuke van ouder zijn is dat je dat ook bij Raden van Bestuur kunt doen. Als je een moeilijke boodschap hebt – bijvoorbeeld dat een bedrijf écht moet veranderen – kun je die niet door een 25-jarige laten brengen.”
In zijn loopbaan heeft hij vaak vooraan gestaan bij de nieuwste ontwikkelingen in de IT. Toch is hij eigenlijk voortdurend verrast. “Er is in al die jaren van alles onverwacht op me af gekomen. Toen ik startte hadden we bij Sperry Univac geloof ik 100 computers in heel Nederland. In de jaren ’70 soldeerde ik mijn eerste pc’tje in elkaar. Je kon er muziekjes mee maken. Collega’s vonden het geweldig. De geweldige opmars van de pc was een grote verrassing.” Net als het miljoenensucces van iets op het oog onnozels als ringtones, en habbo hotel dat hij in 2000 in Finland voor het eerst zag. “Toen ik mensen vertelde dat het een enorm succes zou worden dachten ze dat ik gek was. Jaren later lees je dan in de krant dat ouders met torenhoge telefoonrekeningen zitten vanwege datzelfde habbo hotel. Je moet naar de volgende generaties kijken: zij groeien op met de mogelijkheden van IT. Zoals een meisje op de Hanzehogeschool zei: “Als ik mijn mobiele telefoon verlies ben ik 60 procent van mijn leven kwijt”.
De nieuwste ontwikkeling waar Appel intensief mee bezig is is ‘de voelende computer’. Sensornetwerken die de computer zintuigen verschaffen. Hij haalt een kleine transistor uit zijn zak. “Dat neemt ongetwijfeld een hele grote vlucht, maar wanneer, en hoe? Mijn studenten zijn in multidisciplinaire groepen toepassingen aan het bedenken voor smart dust. Er is een groep aan de slag gegaan met gesture interfaces: de computer bedienen met gebaren. Wij denken dat het ‘natuurlijk’ is om de computer met de muis te bedienen: gelul! Ken je de film Minority report? Waar Tom Cruise in de lucht aanwijst wat hij nodig heeft van de computer? Naar zo’n soort interface willen we toe.”
Passie voor technologie, nieuwsgierigheid naar ‘the next big thing’ houden Appel gaande. “IT dringt op een voornamelijk positieve manier ons leven binnen. Ik ben een ontzettende positivo. Ik heb een hekel aan mensen die bij iedere oplossing wel weer een nieuw probleem verzinnen. Kritische ‘ja-maar-mensen’ oké. Maar geen mensen die je nergens voor meekrijgt. Ja, van de 100 ideeën schiet je er misschien uiteindelijk 99 af, maar het gaat om dat ene.” Hij blijft vooruitkijken. “Ik kijk nauwelijks terug, daar heb je niks aan. Dat wil niet zeggen dat je geen voordeel hebt van de innovatie die je hebt meegemaakt.”
Appel kan zich nog niet voorstellen dat hij niets zou doen na zijn 65e. “Misschien geen vijf dagen per week meer, maar ik zou het verschrikkelijk vinden niet meer bij te blijven, niet meer regelmatig in Silicon Valley te zijn. Schrijven blijft in ieder geval leuk, dat kan ik gewoon blijven doen na mijn 65e.”