Proef met Zorgpas definitief mislukt
Volgens Martin Bontje, directeur van Zorgverzekeraars Nederland, is het grote aantal deelnemers debet aan de gesjeesde proef: "Hoe minder partijen meedoen, hoe sneller resultaat." Die analyse staat haaks op de eensgezindheid van het jaar 1999 toen alle Nederlandse zorgverzekeraars na jaren van voorbereiding tekenden voor deelname aan de Zorgpas. Daarnaast participeerde elke koepelorganisaties in de zorgsector in de proef. Nooit eerder was er zoveel eenstemmigheid rond ICT in de zorg. Belangentegenstelling De patiëntenkoepel NPCF, die hoge verwachtingen van de Zorgpas had, is teleurgesteld. Volgens NPCFvoorzitter Rob Meerhof is de Zorgpas mislukt door belangentegenstellingen. "De een wil betere administratieve processen, de ander soepel declaratieverkeer en de patiënten willen zorginhoudelijke communicatie." Ook meent hij dat er te weinig overdracht van kennis was. Volgens Meerhof is het draagvlak voor nieuwe ICTprojecten in de zorg voorlopig weg. "Iedereen legt de verantwoordelijkheid nu bij de ander." Insiders wijzen erop dat het de Zorgpas Groep veel diplomatie en organisatorisch jongleerwerk kostte om het ratjetoe aan deelnemers bij de les te houden. Het Zorgpasdebacle stelt volgens insiders grote vragen bij de mogelijkheid dat juist zorgverzekeraars de regie voeren over zorgICT, zoals vaak door de overheid gesteld. Ook is men sceptisch over projecten met een ‘landelijke’ signatuur, omdat die in de zorgsector altijd mislukt zijn. Met het stopzetten van de proef wordt zes jaar experimenteren overboord gegooid. In de regio Amersfoort liep al een testtraject met 385 duizend houders van een Zorgpas. Deze deelnemers kunnen hun chipkaart verknippen en in de vuilnisbak gooien. Zorgpasdirecteur Jan van der Loos pleit voor behoud van opgedane kennis en ervaring: "Anders heb je een permanente kapitaalsvernietiging." In de sector overheerst echter de opvatting dat met het staken van de proef ook de opgebouwde kennis verdampt. Omdat het draagvlak voor een nieuw initiatief ontbreekt, zullen betrokken consultants hun aandacht op andere onderwerpen richten, zo is de redenering.