Silicon Wadi overtreft Silicon Valley
Israël besloot in 1970 een eigen wapenindustrie op te bouwen en stelde tientallen miljoenen dollars aan overheidsopdrachten en subsidies ter beschikking voor onderzoek en ontwikkeling. De omvangrijke staatssteun aan defensiebedrijven leidde tot een opbouw van Israëlische technologische knowhow die in de burgerwereld kon worden uitgebaat. Steeds vaker namen afgezwaaide militairen de kans waar om de in het leger opgedane kennis te vercommercialiseren. Gedurende de jaren tachtig begint zo het aantal nieuw gestarte Israëlische bedrijven sterk toe te nemen. Internationale, met name Amerikaanse, investeringsmaatschappijen stuiten op steeds meer originele ideeën in Israël en besluiten sommige start-up-bedrijven van risicodragend kapitaal te voorzien. Ook in Israël zelf krijgt de financiële wereld interesse in de commerciële potentie van de producten van eigen bodem. Zo wordt in 1985 de eerste Israëlische venture capital maatschappij opgericht door de voormalige bevelhebber van de Israëlische luchtmacht Dan Tolkowsky. Hij groeit uit tot de aartsvader van de Israëlische venture capital sector en zijn Athena Venture Partners krijgt navolging in een kleine 100 investeringsmaatschappijen die nadien worden opgericht. Bedrijven als Check Point Software, Aladdin Knowledge Systems, Mercury Interactive en Comverse Technology komen met behulp van dergelijke investeerders van de grond en slaan na enige tijd internationaal hun vleugels uit.
Immigranten
Maar de investeringen in hoogwaardige defensietechnologie zijn niet de enige oorzaak van het succes van Israël bij het opbouwen van een omvangrijke zelfscheppende IT-sector. Geconfronteerd met een grootscheepse instroom van Oost-Europeanen na de val van de Berlijnse muur, besluit de overheidnieuwe banen te creëren via het oprichten van zo veel mogelijk nieuwe technologiebedrijven. Deze oplossing sluit haarfijn aan op de situatie van de nieuwe immigranten. Een relatief groot gedeelte heeft niet alleen weinig geld, maar ook een achtergrond in de informatietechnologie en is bereid om tegen lage salarissen te werken. Om de meest ondernemende immigranten aansluiting te laten vinden bij het toponderzoek in het land worden ze in contact gebracht met technologische instituten als het Weizmann Center en het Technion. Om hun gebrek aan geld te compenseren, wordt financiering beschikbaar gesteld voor nieuwe technobedrijven.
Oprichten van nieuwe bedrijven door immigranten is niet de enige oplossing. Vanaf de jaren negentig worden ook in Israël opgeleide technici meer gestimuleerd om voor zichzelf te beginnen. Een belangrijk middel daartoe is het Israëlische leger, de Israëli Defense Forces (IDF), die niet alleen hoogwaardige technologie gebruikt, maar zijn recruten ook gratis opleidt tot technisch specialist of ingenieur. De IDF verruimt de mogelijkheden om militaire technologie aan te wenden voor commerciële doeleinden. De in eigen huis ontwikkelde systemen behoren inmiddels tot de wereldtop en kunnen, na aanpassingen, tot civiele producten worden omgebouwd of daarin worden verwerkt. Hoewel de allernieuwste militaire technologie geheim blijft, krijgen afgezwaaide militairen actieve ondersteuning om defensietechnologie van een vorige generatie in het civiele domein uit te baten. Voorwaarde is dat ze er werkgelegenheid mee scheppen.
Commercialiseren
Gedurende de jaren negentig begint de vorming van nieuwe Israëlische IT-bedrijven pas goed op stoom te komen. Honderden nieuwe IT-bedrijven, zoals NetVision, Audiocom, DemandTec en Chameleon Systems zien sindsdien het licht. Avionica voor gevechtsvliegtuigen vindt zijn toepassing in civiele communicatiesoftware. Technieken voor de analyse van satellietbeelden worden gebruikt voor DNA-onderzoek. Systemen voor camerabewaking worden toegepast op burgervliegvelden en in de Londense metro. Intussen draait militaire research steeds meer om informatietechnologie, wat leidt tot oplossingen voor systeembeveiliging, patroonherkenning, onderscheppen van berichten en versleuteling. Dergelijke technologie vindt zijn weg naar commerciële producten voor bijvoorbeeld network security, opslagbeveiliging, beheer op afstand en systemen voor het uitvoeren van transacties (‘billing’).
De medewerking van het leger bij de commerciële uitbating van militaire technologie komt, analoog aan de Verenigde Staten, ook voort uit strategische belangen. Via de civiele sector wordt een deel van de ontwikkelingskosten terugverdiend, terwijl uitvindingen van private ondernemingen teruggeploegd kunnen worden naar het militaire domein.
Dominant
Hoewel de investeringen in militaire technologie nog altijd de dominante oorzaak zijn van Israëls IT-successen, worden sinds de jaren negentig ontwikkelingen in de civiele sfeer van groter belang. De technologie-incubators werden in de jaren negentig verzelfstandigd en toegevoegd aan de toch al omvangrijke venture capital-sector. Veel markten werden geliberaliseerd, zodat meer ruimte ontstond voor nieuwe initiatieven. De Israëlische overheid investeert sinds de jaren negentig in toenemende mate ook in onderzoek en ontwikkeling voor civiele doeleinden. Het gunstige onderzoeksklimaat trekt veel Amerikaanse hightech-bedrijven aan, zoals IBM, Intel en Cisco, die grote research-centra hebben opgetuigd in Israël.
Aan het begin van de 21e eeuw weet Israël handig in te spelen op zijn geografische ligging in het Midden Oosten, letterlijk op de grens van Europa en Azië, het continent waar hoge economische groeicijfers de norm zijn. Israël lijkt met zijn economische groei van 5 procent per jaar aardig bij het Aziatische tempo te kunnen aansluiten. Steeds meer Israëlische IT-bedrijven openen tegenwoordig vrij snel na hun oprichting een kantoor in bijvoorbeeld India of Japan. Enkele Israëlische venture capital maatschappijen onderhouden een kantoor in Tokio.
De voormalige landbouwgemeenschap is uitgegroeid tot een leverancier van hoogwaardige technologie.Als het gaat om de beschikbaarheid van kapitaal, hoogwaardig personeel en de mogelijkheden tot internationale expansie, laat Israël tegenwoordig zelfs de Californische Silicon Valley achter zich.
Technologie-incubators
Medio jaren negentig worden door de Israëlische overheid ongeveer 20 technologie-incubators gevormd. Elke incubator is gekoppeld aan een universitair of technologisch instituut dat aan de bedrijven knowhow en ondersteuning levert. Daarnaast wordt een bureau in het leven geroepen dat de vorming van nieuwe technologiebedrijven moet coördineren en financieel moet stimuleren: het Office of the Chief Scientist. De chief scientist, een wetenschapper die onder de Israëlische minister van economische zaken ressorteert, mag elk jaar voor pakweg 500 miljoen euro aan fondsen toebedelen aan veelbelovende ideeën die door jonge bedrijven worden voorgelegd.
Economische unie met VS
Zelfs zonder omvangrijke investeringen in technologie, zou Israël waarschijnlijk een innovatief land zijn, met dank aan de unieke bevolkingssamenstelling. Het land beschikt over een relatief jonge bevolking met een gemiddelde leeftijd van 28 jaar, vergeleken met 38 voor de Verenigde Staten en 40 jaar voor Nederland. De lage gemiddelde leeftijd is een factor op zichzelf die zorgt voor toekomstgerichtheid en een hoger niveau van risico-acceptatie dan in Europa en zelfs in de Verenigde Staten het geval is. Jongeren zijn immers meer geneigd tot risico’s en vernieuwing. Bovendien leidt de aanwezigheid van zo veel jongeren tot hoge investeringen in onderwijs.
Risico acceptatie
De VS hebben al in het begin van de jaren tachtig met Israël een soort economische unie gevormd waardoor vrijwel alle beperkingen in het verkeer van kapitaal en personen zijn opgeheven. Israëlische jongeren krijgen sindsdien gemakkelijk toegang tot Amerikaanse topuniversiteiten, zoals het MIT, en kunnen zich er gemakkelijk vestigen als hun Amerikaanse werkgever ze nodig heeft. Dit vrije verkeer van personen zorgt er ook voor dat jonge Israëlische bedrijven gemakkelijker toegang krijgen tot Amerikaanse investeringsmaatschappijen en financiële markten, zoals de Nasdaq. De meeste Israëlische venture capital-ondernemingen onderhouden een tweede kantoor in Californië. Ook kunnen veelbelovende Israëlische technologiebedrijven vrijwel meteen na hun oprichting een vestiging openen in de Verenigde Staten.