‘Toename e-learning gaat ten koste van traditionele leervormen’
De groei van e-learning als leervorm moet volgens Simone Bissels van Nidap echter gerelativeerd worden, omdat het aantal cursisten dat met behulp van deze leervorm wordt opgeleid nog erg klein is. Zo maakt 91 procent van de ondervraagde bedrijven dit jaar gebruik van regulier klassikaal onderwijs en 85 procent kiest voor individuele begeleiding en coaching. In 2003 liggen die percentages volgens Nidap respectievelijk op 79 en 75 procent. Budget Gemiddeld wordt dit jaar door Nederlandse ondernemingen 12 procent van het budget uitgegeven aan e-learning. De ICT-sector en de overheid geven verhoudingsgewijs het meest uit aan deze leervorm. In grote Nederlandse organisaties, met meer dan duizend medewerkers, wordt veruit het meest gebruikgemaakt van e-learning. Bij die bedrijven groeit het gebruik van de educatiemethode naar verwachting ook het hardst het komende jaar. De ICT-sector is koploper in het volgen van bedrijfsopleidingen met behulp van e-learning. Maar ook de financiële dienstverlening en de transportsector maken relatief veel gebruik van deze leervorm. Leervorm Het gebruik van Computer Based Training als leervorm groeit volgens het Amsterdamse onderzoeksbureau nauwelijks meer. “Het is goed mogelijk dat e-learning in de toekomst de cursisten die nu onder CBT vallen zal overnemen. Dat zou betekenen dat e-learning na klassikaal en individuele begeleiding de derde belangrijkste leervorm wordt in Nederland”, zegt Bissels. Toch wordt momenteel in de meeste bedrijven niets aan e-learning gedaan. Ruim eenderde van de bedrijven bevindt zich nog in de oriëntatiefase. Slechts bij een klein aantal bedrijven zal e-learning volgens haar ook echt de belangrijkste leervorm worden. “E-learning bij bedrijfsopleidingen zal pas werkelijk een vlucht nemen als het een toegevoegde waarde heeft als aanvulling op traditionele leervormen”, denkt de Nidap-onderzoeker. Zij verwacht dat dit bij eenvijfde van het bedrijfsleven het geval zal zijn.