Vanenburg investeert in Finland

Voor beide partners snijdt het mes aan twee kanten. Vanenburg-dochter Triffit zal de toepassingen van Rissa in Europa en de Verenigde Staten verkopen. Op zijn beurt nemen de Finnen een licentie op software van Triffit om deze onder eigen merknaam te distribueren. VBS NL, ook een volle dochter van Vanenburg, zal Rissa’s producten voor mobiel servicepersoneel op projectbasis verkopen in Centraal Europa. De Vanenburg Group is het investeringsvehikel van Jan en Paul Baan, de voormalige oprichters en directeuren van Baan Company. De gebroeders Baan zagen hun softwarebedrijf vorig jaar na financieel wanbeleid in handen vallen van het Britse Invensys, maar met hun participatiemaatschappij zijn ze nog volop aan de slag. Vanenburg steekt geld in veelbelovende technologie die na de grote hause in enterprise resource planning is opgekomen. ‘De ERP voorbij’, noemen ze dat bij Vanenburg. Het zes jaar bestaande Rissa Solutions telt zo’n 35 werknemers, van wie er relatief veel (twintig) actief zijn in onderzoek en ontwikkeling. In 2000 leed het bedrijf een verlies van 0,8 miljoen euro over een omzet van 1,2 miljoen euro (2,6 miljoen gulden). “De omzet zal dit jaar uitkomen op ongeveer 2 miljoen euro. Volgend jaar verwachten we break-even te draaien”, zegt oprichter en huidig directeur Mika Rissa. De door de teloorgang van Baan Company ietwat beschadigde reputatie van de gebroeders Baan lijkt directeur Mika Rissa niet te deren. Voor hem is Vanenburg vooral een welkome strategische partner. “Ze kunnen onze software helpen distribueren, maar ze zijn daarin niet de enige of de belangrijkste. Vanenburg is in Rissa geïnteresseerd vanwege zijn ERP-achtergrond. Onder hun invloed is de reikwijdte van onze software nog wat aangescherpt”, vertelt Mika Rissa op het hoofdkantoor in Espoo, een voorstad van Helsinki waar veel high-tech-bedrijven zijn gevestigd. Softwarefabriek Baan was ooit in Nederland pionier met de uitbesteding van softwareontwikkeling aan India. Via Vanenburg kan Rissa nu van dezelfde faciliteiten in de stad Hyderabad profiteren. “Het grote verschil met veel andere Finse bedrijven is onze toegang tot R&D in India”, meent Mika Rissa. “Hierdoor zijn wij als onderneming makkelijk schaalbaar, wat voor die andere bedrijven helaas vaak niet opgaat.” Volgens woordvoerder Axel Pothof heeft Vanenburg Business IT Solutions (VBIS) in zijn softwarefabriek in Hyderabad zo’n tien medewerkers volledig voor Rissa aan het werk gezet. Mobiel zakendoen is nu nog eerder uitzondering dan regel. Directeur Rissa verwacht dat door tariefsverlagingen van draadloos dataverkeer die situatie spoedig zal veranderen. “De kosten van dataverkeer via GSM-netwerken zullen dramatisch dalen - mogelijk tot 95 procent - zodra klanten de nieuwe GPRS-diensten beginnen te gebruiken in plaats van de oude GSM-datadiensten. Gebruik van een GPRS-netwerk wordt doorgaans afgerekend op basis van het aantal verzonden bytes, wat een buitengewoon goed model is voor zakelijke transacties”, stelt Rissa. Hij neemt als voorbeeld een simpele transactie: het controleren van de voorraad en het plaatsen van een bestelling. Met een gewone GSM-verbinding kost dat twee minuten, ofwel 33 eurocent. Via een GPRS-netwerk betaalt de gebruiker voor zijn 10 KB aan dataverkeer naar schatting slechts 3 eurocent. Rissa verkoopt zijn software, waaronder de applicatie mZipper, rechtstreeks aan grote bedrijven en applicatie serviceproviders (ASP’s) en verder via distributeurs. Belangrijkste afnemers zijn de exploitanten van mobiele netwerken. De klantenkring omvat nu 35 tot 40 van zulke bedrijven, voornamelijk in Finland en elders in Scandinavië. Opmerkelijk is dat 70 procent van de huidige klanten de software van Rissa vanaf een vaste PC gebruikt. “Een mobiel apparaat is weliswaar het meest interessant, maar niet essentieel voor onze oplossing. Je kunt dezelfde functionaliteit ook via een vaste verbinding krijgen. Maar die klanten kunnen in elk geval in de toekomst ook mobiele toegang gebruiken”, aldus Rissa. De potentiële klantenkring in Nederland omvat minder dan honderd (grote) ondernemingen. Mika Rissa: “Waarschijnlijk kunnen we in december of januari de namen van de eerste klanten in Nederland vrijgeven.” Nu wil hij alleen kwijt dat het gaat om een handelsfirma in reserveonderdelen, een bedrijf dat ‘field service’ verzorgt en een klant in de bouwbranche.