Overslaan en naar de inhoud gaan

Open source vaak nog proeftuin

Voor de eerste keer organiseerden de stichting i-Portal en Digital port Rotterdam onlangs een congres onder het motto ‘Open Source Ervaringen’. Afgevaardigden van organisaties als IBM, Rabobank, de gemeente Leeuwarden, Greenpeace en Wireless Leiden konden op de bijeenkomst hun ervaringen met open-sourcesoftware uitwisselen. De opkomst viel met ruim 150 aanwezigen zeker niet tegen.
Maatschappij
Shutterstock
Shutterstock

Waarom deze conferentie? "Ik miste op andere open-sourcecongressen de concrete ervaringen", aldus Léon Gommans van de Rotterdamse ICT-ondernemersvereniging i-Portal. Hij had vooraf onderzoek gedaan naar het gebruik van open source bij tien organisaties en daarnaast een - niet representatieve, gaf hij grif toe - enquête gehouden via de website van het congres. Die leverde twintig reacties op. Volgens Gommans valt de geleidelijke acceptatie van open software te duiden met theorieën over de levenscyclus van technologische innovaties. De meeste ondervraagde organisaties zitten nu in de fase van de ‘vroege meerderheid’. Dat wil zeggen dat de eerste problemen zijn overwonnen en grote partijen als HP en IBM zich achter het fenomeen hebben geplaatst. Gommans: "Open source lost ook een businessprobleem op, Linux vervangt Unix en reduceert de complexiteit. Er is brede kennis en support, ook van grote partijen. Pas afgestudeerden hebben nu kennis van Linux, al bestaat er nog wel een scherpe scheiding tussen hen en degenen die met Windows werken." Pilots De meeste toepassingen van Linux in Nederland bevinden zich nog in de fase van de ‘early adopters’, stelt Gommans vast. Meestal gaat het om pilots, maar in sommige gevallen hebben die al geleid tot volledige implementatie. Bijvoorbeeld bij een internet service provider die op basis van prijs de concurrentie wil aangaan. Op basis van open source is een volledige omgeving voor web hosting ingericht, inclusief zaken als webmail, web services en facturering. Een ander voorbeeld van geslaagde open-source-implementatie is die van een oliemaatschappij die actief is in landen waar vanwege exportbeperkingen van de Verenigde Staten bepaalde geavanceerde technologie niet mag worden ingezet. Het bedrijf nam in deze ‘generally embargoed countries’ haar toevlucht tot open source om een complete netwerkomgeving met Office-toepassingen te realiseren. Doordat iedereen de broncode kon bekijken, bestond de waarborg dat aan de Amerikaanse exporteisen werd voldaan. Zakelijke, ERP-achtige toepassingen van open source staan volgens de bevindingen van Gommans nog in de kinderschoenen. Wie met open source aan de slag wil, doet er goed aan eerst een ‘niche’ te kiezen. Van daaruit is het makkelijker om een compleet product voor een grotere groep te ontwikkelen. Het zou zo ook mogelijk zijn applicaties voor de ene branche uit te breiden en geschikt te maken voor een andere branche. Per ongeluk Verschillende open-sourceprojecten in Nederland werden op de conferentie in Rotterdam door de betrokkenen zelf toegelicht. Zo past Leeuwarden open source toe in een Content Management System (CMS) voor de website van de gemeente. "Dat is min of meer per ongeluk gebeurd", vertelt Annette Veenstra van de Bestuursdienst Leeuwarden. "De beste applicatie bleek een open-source-applicatie te zijn. We hadden van tevoren geen beleid vastgesteld om zo veel mogelijk met open source te gaan werken, zoals sommige andere gemeenten. Wel hebben we voor open standaarden gekozen." Belangrijk voor het welslagen van het project in Leeuwarden is de goede stand van de ICT-voorzieningen, ondersteund door een automatiseringsafdeling van zestien fulltime medewerkers. Leeuwarden mag dan niet meer dan 90 duizend inwoners tellen, maar de stad heeft een duidelijke centrumfunctie en kent wel een echte grotestadsproblematiek, aldus Veenstra. De gemeente afficheert zich met zijn 14 duizend studenten en vele HBO-instellingen graag als kennisstad en heeft bijvoorbeeld zelf een breedband-Cityring aangelegd nadat de markt het liet afweten. De start van het CMS-project in oktober 2002 leverde zeven offertes op, in prijs variërend van 100.000 tot 250.000 euro. Er bleken veel totaaloplossingen bij te zitten, terwijl louter om een CMS was gevraagd. "Het beste aanbod was een product dat we toch niet flexibel genoeg vonden", aldus Veenstra. Leeuwarden zocht daarom verder. Dit leidde naar MMBase, een open-sourceproduct dat Veenstra in 2000 bij de VPRO had gezien en dat door de gemeente Amsterdam als basis is gebruikt voor haar CMS Web-in-a-Box. Uiteindelijk is ook in de Friese hoofdstad de keus op MMBase gevallen, omdat het pakket objectgeoriënteerd is en meervoudig gebruik van informatie mogelijk maakt. "Toevallig is het ook open source", vertelt Veenstra. "Dit betekent dat we doelmatig omgaan met publieke middelen en er betere mogelijkheden voor verspreiding zijn. Anderen kunnen het ook gebruiken. Dat verkleint de afhankelijkheid van een bepaalde leverancier." De implementatie van MMBase is in een tweede aanbestedingsronde gegund aan een externe partij, het in Java gespecialiseerde Finalist IT Group. Het ontbrak de gemeentelijke IT’ers zelf aan de vereiste kennis. MMBase is namelijk geen compleet standaardpakket, veel ‘gelikte issues’ - zoals Veenstra het noemt - moet de gebruiker zelf nog (laten) ontwikkelen. Zo heeft Leeuwarden een previewfunctie laten toevoegen. Finalist heeft ook de koppeling met externe omgevingen en de installatie verzorgd. Niet goedkoper In de Leeuwardense praktijk blijkt open source niet goedkoper dan commerciële software, stelt Veenstra vast, maar ook niet duurder ten opzichte van de offerte met de beste prijs/kwaliteitsverhouding. Al met al zit het project ‘aan de onderkant van de prijsrange’ (van 1 tot 2,5 ton) die de offerteronde had opgeleverd, berekend over de eerste vijf jaar. Voor die prijs heeft de gemeente dan wel een flexibeler product. "De kosten gaan zitten in ontwikkeling, omdat wij heel veel willen veranderen aan de standaardomgeving van MMBase. Er moet 60 tot 80 procent bijgemaakt worden", aldus Veenstra. Hoe het nu verder moet, bijvoorbeeld met het eventueel leveren van het nieuwe CMS aan derden, is nog een open vraag. De gemeente wil zelf geen IT-leverancier worden, maar zou aan de andere kant graag zien dat anderen meedelen in de resultaten. "Maar als wij dit CMS aan derden willen aanbieden, komt er in elk geval geen 30.000 euro aan licenties achteraan."

Lees dit PRO artikel gratis

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

  • Toegang tot 3 PRO artikelen per maand
  • Inclusief CTO interviews, podcasts, digitale specials en whitepapers
  • Blijf up-to-date over de laatste ontwikkelingen in en rond tech

Bevestig jouw e-mailadres

We hebben de bevestigingsmail naar %email% gestuurd.

Geen bevestigingsmail ontvangen? Controleer je spam folder. Niet in de spam, klik dan hier om een account aan te maken.

Er is iets mis gegaan

Helaas konden we op dit moment geen account voor je aanmaken. Probeer het later nog eens.

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in

Maak een gratis account aan en geniet van alle voordelen:

Heb je al een account? Log in