Markt zakelijke telecom werkt niet goed
Niet herkend
Opta hanteert bijvoorbeeld een afbakening van markten voor communicatiediensten die niet door de markt wordt herkend, constateren de onderzoekers. Vooral grootzakelijke gebruikers vormen een vraag naar een hele reeks diensten die in ‘percelen’ is onderverdeeld. Vervolgens selecteren de afnemers de meest geschikte kandidaat voor een heel perceel en niet op het niveau van de individuele diensten.
Dialogic signaleert verder haperingen in de marktwerking. Vooral in de dienstverlening aan middenzakelijke, grootzakelijke en multinationale afnemers treedt een sterke concentratie van aanbieders op. Uit de interviews blijkt bovendien dat tegenwoordig veel bedrijven gecombineerd inkopen om als grote partij te kunnen onderhandelen. In de praktijk hebben dus een groot aantal bedrijven te maken met verrassend weinig keuzemogelijkheden in de vrije markt.
De ‘geografische footprint’ van een aanbieder is belangrijk voor de afnemer en bepaalt in hoge mate de segmenten waarop de aanbieder zich kan richten. De afnemers hebben het liefst te maken met één aanbieder voor verschillende locaties.
Ex-monopolisten hebben het voordeel dat zij door hun wijdvertakte netwerk in het hele land consumentendiensten kunnen leveren. De exploitatie draait voor een belangrijk deel op deze consumentendiensten. Het is onmogelijk om louter op basis van inkomsten uit de zakelijke markt een netwerk te realiseren dat qua breedte (productaanbod en geofootprint) vergelijkbaar is met dat van de gevestigde partij. Daardoor kunnen veel van de kleinere telecomaanbieders bij een verzoek om informatie (RFI) van bedrijven geen aanbod doen. Kabelmaatschappijen hebben wel een grote footprint maar zijn vaak niet aanwezig op bedrijventerreinen.
Om tot een efficiënte regulering van deze markt te komen zou Opta een holistische aanpak moeten nastreven in plaats van toezicht op dienstenniveau, suggereren de onderzoekers. Ook zou Opta de dienstencategorieën moeten herzien, zodat niet langer een kunstmatig onderscheid wordt gemaakt, zoals datadiensten ‘over koper’ en ‘over glasvezel’.
Geen oplossing
Herdefiniëring lost echter niet alle problemen op die een sterk convergerende markt met zich meebrengt. Een splitsing van ex-monopolisten in infrastructuur- en dienstverleners waarop Eurocommissaris Reding onlangs zinspeelde, introduceert zijn eigen problemen. Zou KPN zoveel hebben geïnvesteerd in vernieuwing van zijn netwerk wanneer deze splitsing al had plaatsgevonden, vragen de onderzoekers zich af. Zij adviseren een nadere gedachtebepaling.