Opta: prijs kabel moet omhoog
“Arnbak zoekt ruzie met dergelijke uitspraken”, meent woordvoerder Ewald van Kouwen van de Consumentenbond. “De kabelsector heeft gewoon een verkeerde ondernemingsbeslissing genomen door te veel te betalen bij de aankoop van de netten. Zij wisten dat zij die investering met de doorgifte van televisieprogramma’s niet konden terugverdienen. Ze mogen niet nu de consument confronteren met de rekening van het uitblijven van het succes van nieuwe diensten. Zeker niet zolang deze geen alternatief heeft. ” Zeggenschap Arnbak suggereert een tariefmodel dat hij afleidde uit de telefoniesector. Consumenten betalen in dat model een vastrechttarief voor de aansluiting en vervolgens een vergoeding voor afzonderlijke diensten, zoals basis- en pluspakketten voor analoge en digitale televisie, telefonie en breedbanddiensten. Opta heeft nu geen zeggenschap over de tarieven die kabelexploitanten in rekening mogen brengen bij abonnees. Die worden bepaald door het ministerie van OCW, de gemeenten en de NMa. Maar Arnbak vindt dat het toezicht op de sector beter gestroomlijnd moet worden. De sector heeft nu te maken met ‘een lappendeken’ van wel zes toezichthouders, die elk hun eigen beleid volgen. Geen onderscheid Daar kan verandering in komen met de nieuwe Europese regels (ONP) die in 2003 ingaan. Dat stelsel maakt voor het toezicht geen onderscheid meer tussen technisch verschillende communicatienetwerken zoals vaste, mobiele telefonie en kabelnetweken. Arnbak vindt dat daarmee ook het toezicht op toegang en concurrentie op die netwerken bij één controlerend orgaan moet komen te liggen. Directeur Rob van Esch van de Vecai noemt Arnbaks voorstellen ‘interessant’ maar voor een tariefverhoging is het te vroeg. Een voorstel van Casema daartoe stuitte vorig jaar op hevig protest.