Domeinnaam op internet is geen intellectueel eigendom
Met het toenemend commercieel belang van een onderneming op internet stijgt ook de waarde van een Top-Level Domain Name (TLD). Een treffende domeinnaam kan inderdaad geld waard zijn. Zo betaalde de internetfirma met de zoekmachine Altavista 3,3 miljoen dollar voor de domeinnaam altavista.com. Daarnaast doen generieke namen op internet het goed: business.com ging voor 7,5 miljoen dollar in andere handen over, autos.com leverde 2,2 miljoen dollar op en bingo.com 1,1 miljoen dollar. Het business-model van de Nederlandse domeinnamengrossier Name Space C.V. was dus zo gek nog niet. Vergelijk het met een platenmaatschappij. Ook dat is met hagel schieten. In 1994 speelde het waarschijnlijk eerste conflict over domeinnamen zich in – waar anders – de Verenigde Staten af. Toen eiste het Amerikaanse muziekstation MTV dat voormalig videojockey Adam Curry de door hem geregistreerde domeinnaam mtv.com wijzigde. Volgens de zender maakte Curry hiermee inbreuk op het merkenrecht. Curry begon in 1993 met zijn website, maar werkte sinds eind april 1994 niet meer voor MTV. De videojockey vond dat niemand intellectuele eigendomsrechten kon doen gelden op een combinatie van letters die samen een elektronisch adres vormen dat bestaat uit een getal. Achter gesloten deuren werd de zaak geschikt. Sinds die tijd zijn er wereldwijd waarschijnlijk duizenden rechtszaken over de rechtmatige registratie en het rechtmatig gebruik van domeinnamen gevoerd. Ook in Nederland. ‘Name Grabbers’ De hoofdregel luidt domweg: het merkenrecht en het handelsnaamrecht (intellectuele eigendomsrechten) zijn sterker dan de registratie van een domein en het gebruik ervan op internet. In beginsel vinden ‘name grabbers’ het gelijk dus niet aan hun kant. Dat ondervond bijvoorbeeld Name Space. In de zaak Albert Hein en 159 (!) eisers v. Name Space maakte de president van de rechtbank te Amsterdam op 13 juli 2000 korte metten met de praktijk van het registreren van namen van anderen. “Eén en ander leidt tot de slotsom dat Name Space door het gebruik van de domeinnamen inbreuk maakt op de merkrechten van de desbetreffende eisers. Dit rechtvaardigt de toewijzing van de vorderingen voor zover het inbreuk op merkrechten betreft.” Ook het gebruik van de handelsnamen van desbetreffende eisers is onrechtmatig, net als dat van de eigennamen van diverse eisers, aldus de kort gedingrechter. Mr. J. de Kreek, die zich eerder profileerde als de ‘digitale advocaat’, werd door de Amsterdamse rechter teruggefloten. De jurist had een aantal domeinnamen laten registreren zoals staatsblad.nl, staatscourant.nl en wettendatabank.nl, maar deze namen zijn allemaal merkenrechtelijk beschermd. Houder van deze merken is uitgeverij SDU N.V. Niet alle gevallen liggen zo zwart-wit. Zo hoefde een bedrijf dat in bezit is van de domeinnaam beursplein-5.nl deze niet over te dragen aan Amsterdam Exchanges (AEX), terwijl het gebruik van de domeinnaam tweedekamer.com – door een bedrijf en niet door ons parlement – ook rechtmatig is, aldus de Amsterdamse rechter in kort geding. Hetzelfde geldt voor ariel.nl dat als privé-website (persoonsdomein) geen inbreuk maakt op het wasmiddelmerk van Proctor & Gamble. Zeggenschap Over de domeinnamen met de landenextentie.nl heeft de Stichting Internet Domeinregistratie Nederland SIDN) de uitsluitende zeggenschap. Vorige week waren er 645051 bedrijfsdomeinen en 623 persoondomeinen vastgelegd. Deze stichting stelt allerhande eisen aan degene die wil registreren en aan de domeinnaam zelf, maakt verder onderscheidt tussen bedrijfs- en personendomeinen en vindt ook nog eens dat uitsluitend bepaalde categorieën bedrijven, zoals internet service providers, domeinnamen mogen registreren. Directe registratie, zoals wel ten aanzien van de.com-,.net- en.org-extenies mogelijk is, heeft de Nederlandse stichting dus verboden. Bovendien was er lange tijd veel gedoe over generieke domeinen in Nederland, zoals taxi.nl. Die mocht een individueel bedrijf niet registreren omdat deze namen moesten worden voorbehouden aan min of meer representatieve brancheorganisaties. Misleiding mag namelijk niet, zo bepaalt het reglement van de stichting. Dat niet iedereen blij is met het restrictieve beleid van SIDN, laat zich raden. Inmiddels gaan er stemmen op om meer vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties invloed te laten uitoefenen op het Nederlandse domeinnaamregistratiebeleid. Zelf heeft de stichting besloten tot het houden van een soort brede maatschappelijke discussie. Verschillende zaken staan hier op de rol: alternatieve geschillenbeslechting, territoriale beperkingen voor aanvrager/houder van een domeinnaam, de positie van particulieren (natuurlijke personen) niet handelend in de uitoefening van een beroep of bedrijf en de openbaarheid van registratiegegevens. De crux is echter helder. Speel niet voor wetgever. Volg het Amerikaanse voorbeeld en stel zo min mogelijk regels op voor domeinnaamregistraties, biedt iedereen de mogelijkheid zelf een domeinnaam te registreren en wees transparant ten aanzien van de registratiegegevens. En: een nationale registratie-autoriteit hoort zich verre te houden van conflictoplossing, niet alleen omdat zij de regels terzake opstelt, maar tevens omdat zij partij bij een geschil kan zijn.