Linux: het jaar van de waarheid
Vooruitlopend op de overwinning van Linux ontstond vooral in de Verenigde Staten een ware industrie rondom het besturingssysteem. Nieuwe bedrijfjes zoals Red Hat, Caldera, SuSE en VA Linux ontwikkelden varianten van het programma, die niet alleen op internet verkrijgbaar waren, maar ook in de winkel verschenen. Gevestigde softwareproducenten brachten Linux-versies uit van hun belangrijkste producten. Oracle, Informix, SAP, Peoplesoft – allemaal deden ze mee aan de Linux-rage. Daarna werd het stil rond Linux. Het besturingssysteem bereikte een marktaandeel van bijna 30 procent bij de internetservers en soms werd een cluster Linux-machines ingezet ter vervanging van een mainframe. Van een doorbraak op de desktop en bij de handhelds was echter geen sprake. Voor een deel lag de oorzaak wellicht in de overvloedige aandacht bij IT-specialisten voor internet, dat ‘alles zou veranderen’ en waarbij Linux een randverschijnsel leek. Maar welke gebruiker of IT-manager had eigenlijk behoefte aan Linux? Windows stond op elke pc standaard geïnstalleerd en de kosten van het overstappen naar Linux wogen niet op tegen de vermeende voordelen. Maar sinds vorig jaar lijken de kansen voor Linux te keren. Softwaregrootmacht Microsoft meende een oplossing te hebben gevonden voor het nijpende probleem dat de inkomsten uit de verkoop van zijn traditionele producten stagneerden. Het aantal gebruikers van Windows, maar ook van de kantoorbundel Office, is al zo groot dat deze producten in hun belangrijkste markten dicht tegen marktverzadiging aanzitten. De geijkte methode om de omzet op te krikken door een nieuwe versie uit te brengen is uitgewerkt omdat gebruikers menen dat de huidige versies voldoen. De oplossing: een licentiemodel, waarbij de klant de software voor een jaarlijks bedrag huurt van Microsoft. Voor de licentie krijgt de klant het onbeperkte gebruik van een programma en krijgt hij de nieuwe versies er gratis bij. Het nieuwe afrekenmodel werd ingevoerd met de introductie van Windows XP en Office XP. Hogere inkomsten voor Microsoft betekenen uiteraard hogere kosten voor het bedrijfsleven, in sommige gevallen zelfs een kostenverdubbeling. Daarbij kwam dat de licentie voor Windows XP werd gekoppeld aan één specifieke computer. Het opwaarderen van een computer door het plaatsen van bijvoorbeeld een moederbord is riskant geworden, omdat XP de computer daarna misschien niet meer herkent en plotseling dienst weigert. Het bedrijfsleven protesteerde fel – in Nederland bij monde van de Netwerk Gebruikers Groep – tegen de monopolistische praktijken van Microsoft, maar de grootmacht uit Redmond was niet te vermurwen. Sindsdien is Linux weer in beeld als alternatief voor Windows. Zal Linux nu wel doordringen op de desktop? Sinds de vorige hype rond Linux – eind jaren negentig – is Linux een stuk gebruikersvriendelijker geworden. Moesten bij de eerste versies nog commandoregels worden ingetypt, tegenwoordig werken de Linux-implementaties van leveranciers als SuSE, Red Hat of Caldera volgens hetzelfde concept als Windows. Het tekort aan toepassingsprogramma’s – enkele jaren geleden nog een knelpunt – is ook verholpen. Tientallen softwarebedrijven brengen aan de lopende band toepassingen uit, van tekstverwerkers tot e-mailprogramma’s en van internetbrowsers tot spellen. De kantoorbundel Star Office van Sun Microsystems bevat eigenlijk alle toepassingen die een professional nodig heeft. De nieuwe Linux-variant Lindows van het gelijknamige bedrijf kan zelfs alle toepassingen draaien die onder Windows werken. Recentelijk zijn er wel vragen gerezen over de beveiliging en stabiliteit van Linux, maar zolang de meeste internetvirussen en andere digitale indringers nog voor Microsoft-programmatuur zijn geschreven, valt ook dat aspect nog gunstiger uit voor Linux. Toch is het onwaarschijnlijk dat het bedrijfsleven binnen korte tijd Microsoft zal afzweren. Allereerst omdat grote organisaties vaak langlopende contracten met hun leveranciers hebben afgesloten, die ze niet zomaar kunnen opzeggen. Even belangrijk is dat elke organisatie die naar Linux overstapt voor enorme eenmalige kosten staat: op elke computer moet een nieuw besturingssysteem worden geïnstalleerd, IT-specialisten en eindgebruikers moeten worden omgeschoold en de ‘Linux-machines’ moeten kunnen ‘praten’ met de bedrijfsservers en met de buitenwereld. Een knelpunt is dat de kantoortoepassingen voor Linux nooit helemaal uitwisselbaar zijn met die van Office. Een plat tekstbestand dat met Word is aangemaakt kan zonder meer worden overgezet naar Star Office, maar de macro’s in bijvoorbeeld Excel laten het in een willekeurig Linux-spreadsheet afweten. Tegelijkertijd is de hulp bij technische problemen zeer beperkt, want het aantal Nederlandse leveranciers dat in Linux is gespecialiseerd is nog op de vingers van één hand te tellen. Daarom wachten veel organisaties nog met een overstap naar Linux tot ze de gevolgen in kaart hebben gebracht en wat testen hebben uitgevoerd. Uit het bedrijfsleven komen geruchten over grote ondernemingen die Linux serieus overwegen, maar insiders willen geen namen noemen. De gedachtevorming in de non-profit-sector lijkt wat concreter. Een IT-manager van een ziekenhuis in Katwijk heeft bijvoorbeeld berekend dat hij tonnen kan besparen door op Linux over te stappen en heeft een geïsoleerde pc met Linux-software uitgerust om de valkuilen tijdig te ontdekken. De Nederlandse overheid is een serieuze studie begonnen naar de effecten van een overstap naar Linux bij alle ministeries. De IT-managers van diverse Deense gemeenten onderzoeken Linux als alternatief voor Windows. De Britse politie – zestigduizend werkplekken – heeft in feite al besloten om naar Linux te migreren. Kortom, interesse voor Linux is er sinds de invoering van het nieuwe licentiemodel voor Windows volop. De software-industrie beseft dit en laat geen middel onbenut om de aantrekkelijkheid van het besturingssysteem te vergroten. Nieuwe spellen, Linux-versies voor handhelds, de Sony Playstation II voor Linux, handleidingen op internet voor de introductie van Linux in een Windows-omgeving – alles wordt uit de kast gehaald. Minstens zo belangrijk is dat steeds meer grote ICT-ondernemingen Linux inzetten als strategisch wapen tegen Microsoft. IBM bijvoorbeeld ondersteunt kleine Linux-producenten als Red Hat en SuSE bij hun productontwikkeling en voert Linux als belangrijkste besturingssysteem voor zijn servers. Begin dit jaar investeerde Big Blue opnieuw een miljard dollar in productontwikkeling voor Linux, waarbij het project Eclipse tot doel heeft de grenzen tussen Windows en Linux te slechten. Voor de Grid-technologie van IBM, het antwoord op het.Net-platform van Microsoft, is Linux volgens IBM ideaal. Even interessant zijn de inspanningen van America Online (AOL), dat ook nauwe banden onderhoudt met Red Hat. AOL concurreert fel met Microsoft op de terreinen van internettoegang, instant messaging en portalen voor e-business. AOL heeft duizenden van zijn eigen servers al omgezet naar Linux, terwijl klanten van de internetprovider worden gedwongen om Mozilla als internetbrowser te gebruiken. De logische volgende stap is dat AOL de Linux-versie van Red Hat gratis aan zijn klanten verstrekt om als een schil over Windows heen te leggen. De ICT-industrie krijgt verder hulp uit de detailhandel, omdat Walmart, de grootste Amerikaanse kruidenier, pc’s zonder Windows gaat verkopen. Tenslotte lijkt ook het juridisch getouwtrek tussen Microsoft en de Amerikaanse overheden zich in het voordeel van Linux te ontwikkelen. Een nieuwe eis van Justitie die neerkomt op ontvlechting van alle onderdelen van Windows, zou in theorie zelfs tot het einde van dit besturingssysteem kunnen leiden. Maar ook zonder zo’n dramatische stap zijn de perspectieven voor Linux beter dan ooit. Het komende jaar zijn die organisaties waar een overstap naar Linux wordt overwogen aan zet. Gaan ze toch morrend akkoord met het nieuwe licentiemodel van Microsoft of zullen ze de overstapkosten naar Linux als een eenmalige investering zien om op lange termijn hogere kosten te vermijden?